writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

De corpsstudent en de dikke Duitse dame .9

door RudolfPaul

Jürgen kwam op de sociëteit met een introducé, een Egyptische foreign exchange student, een jongen die aan de hogere landbouwschool studeerde. Robert-Jan herinnerde Jürgen voor de zoveelste maal aan hun afspraak.
`Misschien vanavond, zei Jürgen, zoals hij wel vaker beloofd had. `Maar eerst een potje dammen. Hij schijnt kampioen van Caïro of zoiets te zijn.'
Robert-Jan keek in het olijke, ronde gelaat van de Egyptenaar.
`En dan misschien een potje neuken. Voor we ons op moeilijk interpretatorisch terrein begeven.' Jürgen keek hierbij grijnzend naar zijn mediterrane vriend, die misschien niet alles begreep van wat er werd gezegd.
Het drietal begaf zich naar de ruimte waar dam- en schaakspelletjes gespeeld konden worden, in een hoek van de zaal waar andere corpsleden zich uitbundig overgaven aan biljarten.
`De piramidebouwer tegen de dijkenbouwer,' stelde Jürgen voor. De jonge Egyptenaar bleek zo goed dat Robert-Jan in een mum van tijd verslagen was. `De dijkenbouwer, een verre nazaat van Grote Pier, verliest het van de piramidebouwer, afstammeling van Ramses de Zoveelste,' stelde Jürgen met luide stem vast. Andere in corpsblazers gehulde leden kwamen om hen heen staan.
`En nu de winnaar van de eerste partij, de piramidebouwer, tegen de... tegen...'
`Tegen de concentratiekampbouwer,' stelde Robert-Jan voor. `Een afstammeling van...'
`Nee... Dat zeg je alleen om voor de tribune te spelen, en dan met name ten behoeve van onze besneden vriend hier,' zei Jürgen op verwijtende toon. `Noem me dan liever een bouwer van die Mauer. Een oudoom van me uit Oost-Berlijn heeft er inderdaad aan meegebouwd.'
Ook de muurbouwer verloor binnen de kortste keren doordat hij een wel heel stomme zet deed die zijn tegenstander de kans bood in een slag zowat de helft van Jürgens damstenen op te ruimen.
`Dumm, dumm, dumm,' zei Jürgen terwijl met zijn vuist tegen z'n voorhoofd sloeg.
`Ja, jij hebt het buskruit ook niet uitgevonden, hè,' zei Robert-Jan melig. `Of moeten we zeggen het Zyklon-B?'
Jürgen grijnslachte. `Laten we het maar eens gaan hebben over wat de hermeneutiek en de receptie-esthetica te bieden hebben,' besloot hij. `Maar hier kunnen we niet rustig praten. Laten we een andere plek zoeken.' Dit bleek het sein voor de Egyptenaar om op te stappen. Jürgen gaf zijn dikbillige vriend een klapje op zijn volumineuze achterste en zei: `Tot vanavond.' Het ontging Robert-Jan niet dat zij een blik wisselden.
Robert-Jan stelde voor om naar het rustige, gezellige huisje van de Duitse vrouw te fietsen. Maria zou het vast leuk vinden een landgenoot te ontmoeten. Nu Klaas tijdelijk uit de running was - hij zou nog minstens vier dagen in voorarrest moeten blijven, had de rechter-commissaris beslist - genoot de jonge huisvriend het volle vruchtgebruik van diens huis en vrouw. De jongens gingen door de brandgang en zetten de fietsen op het achterplaatsje. Robert-Jan had de sleutel van de achterdeur.
Hij stelde zijn medestudent voor aan Maria die languit in een ligstoel - eigenlijk een tuinmeubel - naar de Duitse tv lag te kijken. Ze groette hen met een loom gebaar. Kennelijk had ze het een en ander op. Ze had haar nieuwe bloemetjesjurk aan die ze bij een postorderbedrijf had besteld en die, toen ze het kledingstuk voor het eerst aan had, Robert-Jan deed denken aan een positiejurk. Hij vroeg of ze het goed vond dat ze even iets doornamen, ze zouden heel rustig zijn. Maria vond alles goed. Hij legde zijn boeken en papieren op het kleine keukentafeltje, en ze gingen aan het werk. Ze spraken zachtjes zodat Maria er geen last van zou hebben. Af en toe mengde de vrouw zich in hun gesprek. Toen de naam Jauss viel vroeg ze: `Möcht' ihr eine Jause, oder etwas anderes zu essen?'
`Nein danke, Frau Willendorf,' zei Jürgen beleefd. `Wir haben schon gegessen.' Hij was zich kennelijk onmiddellijk bewust van de Freudiaanse verspreking want hij putte zich uit in verontschuldigingen. Hij legde stotterend uit dat de Venus van Willendorf de grote moedergodin was, een vruchtbaarheidsgodin wellicht. Hij kreeg er een rood hoofd van. `Ich bitte sehr um Entschuldigung - es war ein Lapsus.'
`Na, du bist also scharf auf fleischige Frauen. Das also war des Pudels Kern. Nun lässt du die Katze aus dem Sack!' Op Maria's gezicht verscheen een brede glimlach. Ze luisterde met meer aandacht naar hen, terwijl ze zich bezighielden met de theorieën van Jauss. Toen Jürgen het over de open plek had, en de term Natureingang viel, wees Maria naar de open plek tussen haar geopende benen, daar was haar open plek. Die ze ook wel eens gevuld wilde hebben. Een Natureingang, die had ze ook. Ze wees op haar kruis. Daar had zij een Natureingang. Of de jongens die eens goed bij haar wilden bekijken? Natuurlijk wilden ze dat. Ze ging wat meer onderuit liggen, schortte haar jurk op en maakte met haar vingers bij haar kruis een voor een de kleine haakjes los van haar onderkleding - een body noemde ze het nieuw aangeschafte kledingstuk dat Robert-Jan nog nooit eerder van haar had gezien. Het kledingstuk, diese Reizwäsche, had ze speciaal gekocht om Robert-Jan te gerieven, vertelde ze, zodat ze van onderen altijd rundum die Uhr geöffnet kon worden in geval hij op weg naar college even langswipte voor een vluggertje. Het handbrede stuk katoen bij haar kruis legde ze als een klep omhoog tegen haar onderbuik, en de jongens keken verbluft naar haar schaamvacht die in het licht van de schemerlamp maïsachtig geel glinsterde. Beiden keken met bewondering en begeerte. `Goeie genade,' fluisterde Jürgen, `de kut van de koningin... van de moedergodin. Daar mag je wel u tegen zeggen.'
`Mein Natureingang,' zei Maria pontificaal, terwijl ze rechtop ging zitten met beide benen over de rand van de ligstoel. Met haar vingertoppen sperde ze haar buitensporig grote schaamlippen. `Guck mal! Komm mal her!' De jongens deden wat hun werd opgedragen en kwamen geknield als koorknapen tussen haar gespreide benen zitten, hun gezicht vlakbij haar grote genotsopening. `Ich werde euch mit der Nase auf meine Lustquelle stossen.' Ze zat, monumentaal, met de verheven blik van een pausin en legde haar handen zegenend op beider hoofd.
Een gebed - hardop! Dat eiste Maria. `Und dann bumsen wir - zusammen, zu dritt.' Ze keek van de een naar de ander. Jürgen knikte gretig. Ze keek Robert-Jan lief aan en vroeg: `Du bist doch mit von der Partie?' Robert-Jan knikte bedeesd.
Maar eerst hardop een gebed tot haar, de grote moedergodin, de Venus van Willendorf, een gebed voor haar geopende vulva. Jürgen kon niets anders bedenken dan `Salve Regina Vagina', hij had nooit iets met welke vorm van religie dan ook te maken gehad. Maar aan die drie onbegrijpelijke woorden had Maria niet genoeg. Ze wilde meer, een echt lang gebed, en dan wel hardop. Robert-Jan deed zijn best. Hakkelend, naar woorden zoekend, verzon hij in het Nederlands een geïmproviseerd `Onze Moeder' waar Maria wel niks van verstond, maar waar ze toch met een voldane glimlach naar luisterde:

Onze Moeder die ons de hemel in leidt
Uwe Flamoes worde geheiligd
Uw Koninginnerijk kome
Uw wil geschiede
Gelijk in de hemel alzo ook op aarde
Geef ons heden ons vurig gewenst genot
En vergeef ons ons ongeduld, gelijk ook
Wij onszelf vergeven onze eigen geilheid
En leid ons niet langer in verzoeking, maar
Verlos ons van onze kwellende lust
Want Uwer is het Koninginnerijk, de kracht
En de begeerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.

Maria genoot zichtbaar van hun Maria-idolatrie. Mehr, ze wilde mehr. Robert-Jan probeerde het nog eens met een smeekbede uit Psalm 42. Met gedragen stem richtte hij zijn woorden tot haar:

Gelijk een hinde die naar een waterbeek smacht, zo smacht ik naar U, o machtige Godin. Ik dorst naar de Godin, naar de levende Godin. Wanneer zal ik in U komen.


Hiermee was Maria tevredengesteld. Ze gebood de jongens zich uit te kleden, trok ook zelf haar wijde jurk en het nauwsluitende stuk onderkleding over haar hoofd en stond op. Met z'n drieën stonden ze naakt in de kamer en keken naar elkaar. Ze wees met uitgestrekte armen naar het zich verheffende geslacht van beide jongens en riep met blijde verbazing: `Pfui Teufel! Das ist deutliche Körpersprache. Ihr seid affengeil.' Ze nam hen bij de hand mee naar het bed achter in de kamer.




 

feedback van andere lezers

  • Dora
    Het drietal daalde af naar de recreatieruimte, waar andere corpsleden uitbundig aan het biljarten waren en bezette de bordspelhoek.
    Je zal maar zo volmondig worden voorgelicht....dan doet ieder de oren wel dicht.
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .