< terug
"ZES" - Expeditie naar Mars - Hoofdstuk 1.7 D
Ik keek de twee even kort aan en deed een voorstel.
"Iemand zal dat aan Anne moeten vragen."
Hoofdschuddend gaven Zarah en Milo te kennen dat ze dat geen geweldig idee vonden. Het was Zarah die eerst sprak.
"Denk even na, Wozek. Ze is verdacht. We moeten proberen de ganse operatie voor haar stil te houden."
Ook in mijn ogen was Anne verdacht. Eigenlijk bedoelde ik dat iemand een beetje op de bots de vraag aan haar zou stellen. Dan begreep ik dat iedereen aan boord door het alarm wel op de hoogte was van de vondst van de stralingsbron. We konden er van uitgaan dat ze hun conclusies wel hadden getrokken over de herkomst van het moordwapen. Ik zag nog een mogelijkheid en deed een nieuw voorstel.
"Het kan in onze kaarten spelen dat Anne zelf wel zal weten dat ze nog altijd verdacht is. Als Ben haar die vraag zou stellen, zal ze zich verplicht voelen om te antwoorden, en denken dat Ben dat vraagt, gewoon omdat ze verdacht is."
Mijn nieuw idee viel meer in de smaak. Zarah knikte bedachtzaam en Milo kon zijn amusement nauwelijks wegsteken.
"Doe me er aan herinneren dat ik jou erbij betrek als ik nog eens een samenzwering op poten zet."
Hij tikte glimlachend met de wijsvinger tegen zijn slaap. Een mooi compliment, komend van één der knapste koppen van Europa. Natuurlijk, ik was niet aan mijn proefstuk toe op dat gebied, maar wist hij veel. Dit was maar spielerei.
Er bleef niet veel meer over om de vergadering verder te zetten. Stilzwijgend hadden we ongetwijfeld dezelfde personen als verdachten naar voor geschoven. Om zeker te zijn, legde ik die kaart toch nog maar op tafel.
"John en Rick zijn verdacht omdat zij in de controlemodule werken. Ik denk dat we het ook eens zijn dat Ben vrijuit gaat. En Anne kan de moordenaar zijn, maar dan niet zonder hulp van één van de twee heren, waarbij Rick dan natuurlijk een streepje voor heeft."
Ik keek naar de reacties van de dame en de heer in de zaal. Ze knikten. Zarah had nog een opmerking.
"Om de permutatie volledig te maken; ze kunnen ook nog alledrie schuldig zijn."
Ze bracht het ervan af met een wrange grijns, tekenend dat ze er een beetje de draak mee wou steken. De omstandigheden waren echter niet van het type om in bochten te gaan liggen. Milo beschouwde de vergadering duidelijk als gesloten. Hij maakte zich los en stond recht om zich voorover te buigen naar de monitor waar ik bijzat. Hij keek over zijn schouder achteruit naar mij.
"Stel dat ik aan ethanol wil geraken. Hoe pak ik dat aan?"
Ik keek hem grijnzend aan.
"Om hier op te drinken of om mee te nemen?"
Hij kon er goed mee lachen, en kaatste de bal terug.
"Om aan mijn patiënten te geven, zodat ze niet merken dat ik aan hun lijf aan het prutsen ben."
Ook Zarah kwam er geïnteresseerd bijstaan.
"Om je haar te kleuren moet je dit hebben."
Ze wees een lichtjes op en neer bewegende piek aan op de monitor. Het was die voor ammoniak, maar dat wist de dokter natuurlijk niet. Hij keek Zarah onthutst aan, waarna hij zijn kluts maar terug opviste. Breed lachend gaf hij haar een speels klopje op haar schouder mee. Ze deinsde erg heftig achteruit.
Daarbij liet ze ons geschrokken en oogballend achter. Vooral Milo zijn blik leek wel te bedelen om zijn excuses te aanvaarden. Maar ze bluste ons gelukkig snel.
"Ik ben het die me moet excuseren. Noem het maar een instinctreactie."
Ik had een goed zicht op het gebeuren gehad. Ik zag dat Zarah zich wat speels had hersteld, maar er was geen psychiater voor nodig om aan te voelen dat ze iets pijnlijks verborg. Ik was blij voor haar dat ze dat met humor kon doen, maar een wrange nasmaak bleef toch achter. Dat er iets ernstigs op haar lever lag te gisten, liet iets los in mijn hoofd. Ergens moest ik daar meer over te weten komen, ik had het gevoel dat het mij anders ook niet zomaar zou laten gaan.
Een stilte bleef enkele seconden duren, tot iemand op de deur klopte. Terwijl we keken schoof die open, om plaats te maken voor onze Scandinavische godin met het kastanjebruine haar. Mira zag ons alledrie kijken, maar ze groette ons niet. In plaats daarvan keek ze naar Milo zonder iets te zeggen of zelfs maar te gebaren. De dokter stond kalm recht en volgde zijn collega naar buiten. Ik begreep dat ze de job gingen doen, die ik niet kon.
Er bleef nog een goed uur over tot het geplande afscheid. Ik keek naar Zarah, die mijn blik leek te ruiken terwijl ze mee naar buiten ging. Ze keek om en probeerde een steungevende glimlach uit, waarna ze zich excuseerde.
"Ik ga me nog even opfrissen, denk ik."
Ik dacht even terug, en dan weer vooruit. Ik kon haar lach niet beantwoorden. Met dat korte oogcontact en een knikje richting Ben, vroeg ze me om hem van de loop van zaken in te lichten. Ik stond dus ook maar recht.
---
Wordt vervolgd
feedback van andere lezers- hettie35
Dit is een van je vlots geschreven delen, mooi om te lezen en het blijft aan je trekken op deze manier.
Groetjes Hettie Wardibald: Je fb blijft ook boeien. - Anjer
oogballend? te gek, moet ik onthouden grt Anjer Wardibald: Je weet in elk geval toch waar het op slaat?
|