writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Maneki Neko

door Ghislaine

Hoofdstuk 42

De motor draaide nog, al klom de temperatuur tot het kookpunt. De man achter het stuur keek tevreden terug om een geslaagde missie. Om dat te vieren, trok hij een blikje Jupiter open. Tien keer beter dan pilletjes. Roy nam voor alles en nog wat pilletjes. Pijn in zijn teen, een pil. Pijn in zijn goesting, een pil. Elroy was met dezelfde saus overgoten. Voor alles en nog wat, hup naar de medicijnkast.
Medicijnkasten waren soms een bron van inspiratie. Leuke inspiratie. Al had Elroy zich in een medicijntje verslikt. Een beetje teveel van goede dingen in een drankje verpeste de cocktail.
Een goede cocktail had een evenwichtige balans. Elroy had het lieve lesbische kind teveel yin gegeven maar te weinig yang. Zodat ze lang nadat Elroy al zijn zaad kwijt was, nog met haar kontje lag te wippen.
Wippen had voor Roy een andere betekenis. De associatie met de speeltuin. Net door diens speelsheid, had Elroy een speciale tafel gebouwd. Geen speeltuig voor slome Roy. Hij zou er zich geen raad mee geweten hebben. Net zo min als bier.
Bier, gin, wodka en Irisch koffie hadden ze dat dik flikkenmens opgevoerd. Yang om haar heropvoeding succesvol te maken. Perfectie. Net zo perfect als de naad van het bierblik waarover zijn zwaar beringde vinger voer gleed.
Gleed zijn vinger niet over een perfect mooie vulva? Hij liet zijn vinger voor de zekerheid nogmaals over de rand van het blikje gaan. Neen, zo perfect was het kutje niet geweest. De tafel was perfectie. Elke stoot die hij gaf, kwam terug. Ze masturbeerde zichzelf op zijn hand.
Een hand die een vuist werd. Een mokerhamer. De opening werd steeds groter. Anneke Ravels had een onverzadigbare put. Tot aan zijn pols ramde ze. Van puur genot begon ze te brabbelen.
Brabbeltaal die overging in gillen, zodra ze op haar hoogtepunt was. Dat gaf zo'n klere herrie dat het hem moeite kostte om er plezier aan te beleven. Maar hij had haar heropgevoed. Daar was het hem om te doen. Al deed hij weinig moeite.
Zijn geniale tafel was zo gemaakte dat An het grootste werk presteerde. Na een paar orgasmen kreeg ze haast en zette de zeilen bij.
Zeilen in de wind deed een schip varen van punt A naar B. Zij was op het B punt beland. Zijn pak kleurde hoop.
Hoop op een onvoorwaardelijk einde. Toen ze eindelijk de haven bereikte, was voor haar de lol eraf. Ook de missie zat erop. Diegene die daarna kwam, hield er andere maatstaven op na.
Koud, hard en stil.
Stilte viel echter te betwisten. Roy, de brave ziel kwam uit zijn lappenmand. Eiste tekst en uitleg waarom de vloer rood kleurde. Niemand verschafte uitleg. Roy moest zijn kop houden en braaf z'n pilletjes slikken. Dan verdween het rood vanzelf weer. Wat op verzet van Elroy stuitte. Die hield alles op een juist tijdstip, wat van Roy niet gezegd kon worden. Een luiaard en een hyperkineet, daar zat ruzie tussen.
De ruzie tussen die twee deed hem een radicaal besluit nemen om die kemphanen te liquideren. Dit keer ging het meisje in een doos. Retour aan afzender.
Het terugbrengen van dit pakje was bijna faliekant afgelopen. Stomme hond. Het beest had hem bijna verraden. Hij begreep niet waarom mensen zo gek waren met nestbevuilende vlooien bakken. Mocht de Rottweiler alleen geweest zijn, had hij er raad mee geweten.
Het hele geweten gedoe, deed zijn bloed nog koken. Spiky , de stomme idiote straathond. Het was door zijn geblaf dat pa door het lint ging. Het pak slaag had de man duur betaald. Ma vond het met haar dronken kop nog grappig. Het meisje op de stalentafel genoot en sperde haar slanke beentjes ver open. Of deed ze het voor de grap? Er was een duidelijk onderscheid in grapjes. Pa kon nergens nog mee lachen, nadat hij ontdekt had, dat koude , stille meisje zijn voorkeur genoten. De stalen tafel was zacht genoeg om grappige spelletjes te spelen.
Grapjes haalde hij heel graag uit. Grappige grapjes, geen flauw meisjes gedoe. Hij was altijd een brave jongen geweest. Misschien moest hij eens een grapje uit de oude doos in een nieuw jasje steken. Met dat plan in zijn achterhoofd, stuurde hij de wagen weer de weg op.


Hoofdstuk 43

Bonnarens Marc stond als een standbeeld voor het omnia solvitbord. Van alles wat ze tot nu toe hadden, stak met haken en ogen in elkaar. Niets klopte. Er ontbrak een cruciaal element in het profiel, alleen kon hij niet duidden wat het was. Van de tweehonderd koffers was amper de helft geïdentificeerd. Twintig daarvan hadden dankzij het orthodontisch onderzoek een naam. De rest bleef naamloos. En dat was niet zijn enige probleem. Het overgrote deel had niet eens een doodsoorzaak. Tachtig lijken zonder identiteit. Een grotere ramp kon hij zich niet voorstellen. Zestig waren door wurging om het leven gebracht, wist antropologe Dorien Vanbrabant hem te vertellen. Alle tachtig een Maneki Neko in hun koffer. Wat betekende die dingen? En er klopte nog meer niet. Botten van een tachtig jarige. Zijn proefkonijn? Hoorde dit lijk thuis in het dossier. De enige koffer zonder Maneki Neko. Deze vragen dreven hem tot wanhoop. Hij had de leeftijd in het profiel al bijgesteld. Er aan blijven sleutelen tastte de geloofwaardigheid aan. Het was nu al kantje boordje. Hem nog ouder maken was haast onmogelijk. Dan zat die gek zelf in een bejaardentehuis. Iemand tussen de zestig en zeventig overmeesterde geen prille dertigers of jonger. Dan moest je als moordenaar zelf goed oppassen voor het pak slaag van je leven. Dus de profielleeftijd werd niet meer bijgesteld. Zijn kredietwaardigheid als profiler was hem dierbaar. Hij besloot zich weer bezig te houden met de personeelslijsten van de uitvaartondernemingen. Hij had nog lang niet alle lijsten doorgenomen, vooral de stapel van de kleinere bedrijven leek meer te stijgen dan te dalen. Hij startte met de bedrijven die slechts twee bladzijden in beslag namen. Koude koffie en nog steeds geen spoor. Het kreeg een weerslag op zijn altijd zonnig humeur waardoor hij snauwend een telefoongesprek beantwoordde. Maar hij diende zich snel te herpakken want na een kwartier stond de jonge Jonathan Linart voor zijn neus. De rechercheur had niets van doen met zijn frustratie. De korte toelichting die hij gekregen had in het kort telefoongesprek liet een wrang gevoel na. Marc hoopte dat Jonathan hem de aanwijzing gaf waarna hij zo wanhopig op zoek naar was. Na de gebruikelijke sociale plichtplegingen bogen beiden zich over de documenten die Linart had mee gebracht. Zonder een woord te zeggen, dacht Marc aan een nieuwe link in het victimologie. Hij toetste het omnia solvitbord aan, typte zijn wachtwoord in om toegang te krijgen tot de centrale database voor kentekens en zocht naar de wagen van Bettina Debeuzelinck. Hij kreeg niet alleen het kenteken maar zag ook de melding dat het voertuig, een Ford Mondeo niet meer ingeschreven stond. De uitschrijving was tien maanden na haar dood uitgeschreven.
"Dan was mijn buikgevoel toch juist," zei Jonathan, die op de bureautafel van Alex zat met zijn benen te bungelen.
"Hiermee krijgen we victimologie rond, maar van een spoor durf ik nog lang niet spreken. We weten dat de slachtoffers geen familie hadden. Misschien duurde het daarom zo lang vooraleer men het voertuig uitschreef. Wat was dat met de boete van Edemir,"vroeg hij in de veronderstelling dat men de wagen had in beslag genomen.
"Helaas was het een familielid die de wagen ongevraagd had meegenomen. Zo vertelde de inspecteur die hem beboet had. Vanmiddag is de man een Duitser zijn boete betaald, cash bij ons op het politiekantoor," meldde Jonathan.
Dit was niet het antwoord waarop Marc gehoopt had.
"Werden er nog wagens gemist aan het rusthuis,"vroeg hij eerder geleid door intuïtie dan uit realisme.
"Naar verluid wordt er een Dogde Ram gemist. Het voertuig staat op naam van Janina Strauven. De mensen kwamen vanmorgen bij ons binnen voor aangifte.
Nog voor hij de kans zag van dieper op dit gegeven verder te gaan, lichtte het bord op en kreeg hij de opdracht van Chris om de namen van de volgende slachtoffers te noteren. Caz Belgin, Sarah Muizen en Leandra Souflakis, zorgkundigen die al meer dan vier jaar in hun koffers lagen. Na die karige uitleg floepte het bord uit. Na nog wat brainstormen vertrok de jonge Linart zodat Marc zich weer toelegde op victimologie. Op zijn computerscherm bleven twee uitvaartbedrijven staan zonder enige teken van leven.


Hoofdstuk 43

Janina keek haar behandelende arts na. De kamerdeur vertaalde zijn ongenoegen. Dat de jonge man behoorlijk in zijn wiek geschoten was, achtte ze eerder aan zijn lak aan professionaliteit dan menselijkheid. Daar had ze als verpleegster bitter weinig begrip voor. Niets of niemand kon haar hier in dit ziekenhuis houden tegen haar wil.
"Wat dacht die melkmuil wel," dacht ze rancuneus. Het was niet de bedoeling dat men haar als pluimvee te gebruiken."
Harde gedachten waar ze voor een stuk gelijk had. Dit ziekenhuis personeel blonk niet uit in vriendelijke hulpvaardigheid. Ze mochten blij zijn dat zij zich hier had willen laten verplegen. Ze vond dat ze het als hoofdverpleegkundige een pak beter gedaan had, dan de uilkuikens die hier rondliepen. En dat ze geluk gehad had, besefte ze zelf ook heel goed. Als ze haar ogen voor een paar minuten sloot, zag ze weer de Dodge Ram vanachter de haag komen. Zelfs hier veilig in een ziekenhuisbed voelde ze de dreiging die ervan uit gegaan had. De man achter het stuur was Petrus Vermeer niet geweest. Jelle's man zat als ingenieur ver weg aan een brug te werken in een tropisch land. En Roy kon het evenmin geweest zijn. Die had geen rijbewijs, voor zover ze wist. Laat staan dat hij haar uit de gevaarzone gebracht had. Ze had hem door een muur van vuur zien lopen. Dat had hij waarschijnlijk niet overleefd noch diegene die hij ondersteunde.
"Uw rijtuig mevrouw, " weerklonk het van haar man, die een rolstoel duwde. Ondanks de pretlichtjes in zijn ogen, kon ze er niet om lachen.
"Kop op. Binnen een paar weken loop je weer te zeuren over slechte jobstudenten,"zei Norbert Callebaut in een poging om haar op te beuren.
"Is het waar wat men hier in de wandelgangen fluistert?"
"Vrouw, ik heb me nooit met jouw werk bemoeit en daar ga ik nu heus niet aan beginnen. Kom, we gaan vertrekken," waarna hij haar als een veertje van het bed plukte, in de rolstoel zetten en zonder veel poespas tot bij de wagen bracht. Daar barstte ze in tranen uit. Die wagen had nooit meer de garage mogen verlaten.
"Seg mens, stel je niet zo aan. Peter zou niet het minste bezwaar gehad hebben. Het ding staat in de garage te verpieteren."
"Je had het zo beloofd," zei ze nog na snikkend.
"Hoe geraakte je thuis? De mijne staat voor onderhoud bij de dealer en die van u is er vandoor. Je mag ook lopend naar huis hoor, geen probleem," weerklonk het van Norbert, die gelijk zelf achter het stuur plaats nam en haar in de ambulancegarage liet staan. Zijn manier om de zaak te relativeren. Ze bond in.
" 't Is met u ook altijd wat" bromde haar man boos. De Ford Cobra was sinds kort een hekelpunt. Eentje waarover haar huwelijk dreigde te struikelen. Niet alleen haar huwelijk kreeg klappen, maar haar manier van werken des te meer. Ze was afgelopen tien jaar een echte kankeraar gebleken. En waarom? Omdat het leven gewoon zijn gang gegaan had?
"Als je tien jaar geleden je poot stijf gehouden had, was het niet zo gegaan," sprak haar geweten tijdens de zwijgzame rit naar huis. Deze gedachte gaf haar een vreemd gevoel van vrede. Aanvaarding dat haar jongste zoon nooit meer terugkwam.
"Zet hem morgen in een of andere autokrant," zei ze na een tijdje.
"Nu ik erover nadenk, zouden we hem beter nog een tijdje aanhouden. Of ga je met pensioen," klonk het van Norbert die op deze manier een aankomende ruzie bij voorbaat de kiem smoorde.
"Hm, liever niet. Ik zou niet weten hoe de dag doorkomen,"gaf ze eerlijk toe. Een hele dag thuis zitten niksen was geen aantrekkelijke gedachte.
"Niksen! Met zo'n knoert van een huis," dacht ze er gelijk achteraan, " Als je in het begin van de week de bovenverdieping gedaan hebt, kan je de het een week overslaan of het gelijkvloers krijgt nooit een beurt,"op het moment dat de wagen voor hun riante woning stopte. Norbert hielp haar in de rolstoel en parkeerde haar in de ruime lichte keuken.
"Televisie of?"
"De telefoon," vroeg ze met in gedachte het plan om Dokter De Koster te contacteren. Het medisch dossier van Roy was immers verloren gegaan. Misschien had Roy het niet overleefd, maar dan wist ze toch waarom de man soms zo raar deed. Zijn eindeloze monologen ging ze toch missen.
"Tien jaar geleden was het je ook opgevallen dat Paul Fransen voor geen meter deugde en toch liet je Peter met hem optrekken. Had die lamstraal buiten gesmeten, dan had je zoon niet moeten sterven."
Op de achtergrond hoorde ze de Cobra vertrekken.

 

feedback van andere lezers

  • pieter
    Beste Ghislaine,

    Ik heb voor het eerst wat van je gelezen; hoofdstuk 42. Ben er zo maar ingevallen en weet dus niet wat er allemaal speelt. Maar wat ik wel ontdek is dat je goed schrijft. Het loopt soepel en het is keurig en correct Nederlands. Dat is wat ik je wilde melden.
    Vriendelijke groet,
    Pieter.
    Ghislaine: Mijn dank voor uw gedegen feedback
  • GoNo2
    Ik volg tot het vervolg!!
  • danvoieanne
    Op naar het vervolg :-)
    Ghislaine: Die komen eraan. Sorry voor het lange wachten. Ben meer in een ziekenhuis dan thuis.
Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Totale score: 5

Uitstekend: 2 stem(men), 67%
Goed: 1 stem(men), 33%
Niet goed: 0 stem(men), 0%

totaal 3 stem(men)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .