Volg ons op facebook
|
< terug
Een donkere nacht
Een heldere bliksemschicht verlichtte de maanloze nacht, al snel gevolgd door luid gedonder. De regen maakte haar nat, de typische bosgeur hing in de lucht.
Ze liep en bleef maar lopen, weg van hier voor het te laat was. Een snelle was ze altijd al geweest en nu ging het haar redden. Het moest! Rennende voetstappen achter haar, pletsend in de plassen. Het bos werd dichter, takken zwiepten in haar gezicht. Het duister maakte dat ze geen enkel gevoel voor oriëntatie meer had. Waarom werd het ook zo vroeg donker in de winter? Zij wist niet waarheen te gaan en hij had een mes.
Ze liep en bleef maar lopen. Nog altijd die lompe passen achter haar. Dit kon ze niet blijven volhouden, ze moest rusten, voor de steken in haar zij begonnen. Maar waar kon ze zich verstoppen? In de struiken misschien. Ze had juist een voorsprong opgebouwd, het was nu of nooit. Ze aarzelde, maar het lot hielp haar een handje. Een bijna strategisch geplaatste steen liet haar struikelen, recht de modder in. Zonder daar nog verder op te letten, kroop ze de begroeiing naast het pad in. Tussen de planten kon ze even, zelfs al was het maar voor een paar seconden, op adem komen.
Hoe kon het zover gekomen zijn? Ja, hij was wel een toffe kerel, maar nee, ze zag er niets meer dan dat in. Hij bleek uiteindelijk wel wat anders te zijn dan en toffe kerel. Die mails, die brieven, die telefoontjes, steeds meer en steeds erger. En nu dit, waar zou het stoppen? "Als ik je niet kan hebben, zal niemand je kunnen hebben!"
Krakkende takken, hij was dichtbij, was zelf ook gestopt met lopen. Ze zag hem niet, kon niet meteen zeggen waar hij was. Hij hijgde, was blijkbaar ook al serieus buiten adem. Hij was vlakbij, naast haar, ze kon het nu wel duidelijk horen. Hij leunde tegen een boom. Zo dichtbij, dadelijk zou hij haar toch zien.
In gedachten zag ze hem vertrekken, haar opgeven. Maar ze wist dat dat nooit zou gebeuren. Weer stappen. Stil nu, bijna stijlvol. Ze verwijderden zich tergend langzaam en helaas niet ver genoeg. Hij wandelde rond, op zoek naar iets blijkbaar. Op zoek naar haar dus.
Geritsel langs alle kanten, seffens kwam hij naar hier, waar zij zat. Het bos was veel te stil, dit zat niet goed. De wind begon op te komen, een vrij sterke wind zelfs. Zou hij ruiken waar ze zat, zoals een roofdier zijn prooi? Ze rilde, met klammende handen deed ze de rits van haar jack helemaal dicht. Haar hart bonsde, maakte het niet te veel lawaai? Een plotse stilte van zijn kant. Waar was hij? Weg? Alleen nog de rustige geluiden van het bos.
Maar schijn bedriegt, want voor ze het besefte, had hij haar al uit de struiken gesleurd. Ze gilde, maar enkel de dieren in het bos antwoordden. Een mep in haar gezicht deed haar abrupt het zwijgen toe. Dreigend hield hij het mes naar haar keel gericht.
Een ongeloofelijke angst maakte zich van haar meester, ze was ervan overtuigd dat ze ging sterven. In het moment dat ze geloofde dat ze hier enkel nog uit zou komen als een lijk, welde een enorme woede in haar op. Ze vloog op hem af, krabte, beet, sloeg en schopte waar ze hem maar raken kon. Hij was verrast en met veel geluk slaagde ze erin het mes af te pakken. Ze nam onmiddellijk afstand en richtte het nu naar hem.
De waanzin trok weg, alleen de angst bleef nog over. Haar handen trilden en hij zag het. Zou ze toeslaan? Hij had haar mentaal ten gronde gericht, hij verdiende het te sterven.
Een grijns verscheen op zijn gezicht, hij schreeuwde en duwde haar. Ze verloor haar evenwicht en viel met haar hoofd recht op een steen. Een scherpe, vlammende pijn trok door haar achterhoofd.
Alles draaide, langzaam verloor ze het besef van wat er allemaal gebeurde. Ze wist nog dat hij naar haar toe kwam en het mes afpakte. Dan waren er felle lichten, geroep en getier. Alles draaide. Een schot en vervolgens niets.
Ze werd wakker in de armen van haar grote broer, nog altijd in het bos. Hij suste haar. Alles kwam in orde, de politie was hier. Nog altijd die pijn, alles draaide opnieuw. Ze werd in een ziekenwagen geholpen. Net zoals de stalker uit haar leven was verdwenen, zouden op termijn de gedachten aan dit alles wel verdwijnen. Misschien zouden er uiteindelijk zelfs geen herinneringen meer bovenkomen. Maar hoelang zou ze dit alles herbeleven in haar nachtmerries?
Hopelijk zouden mooie dromen een eeuwige mist opwerpen.
feedback van andere lezers- teevee
bijtte (BEET) Een goed verhaal. het einde is wat flauwtjes. Zeg bvb:
Ze werd in een ziekenwagen geholpen. Het werd haar zwart voor de ogen. Maar haar broer was bij haar. Die legde een arm beschermend over haar heen. "Slaap maar, zusje! Het is allemaal in orde! Ik blijf bij je..." - Das
Vlot en snel met die leestekens die mekaar snel opvolgen. Fit en fut geschreven! Verhaal was niet mijn smaak maar je stijl des te meer. - waterklok1
knap!
het laatste vind ik eerlijk het gezegd het mooiste aan de hele tekst!
ik hoop het ook!
;)
lot
- duivelstrikje
Ik geef Das gelijk, het is een vlot verhaal. Heel vol, heel mooi.
Knap!
xx fien - geertje
de beklemmende sfeer goed weergegeven.
"seffens" zou ik vervangen door "dadelijk" of iets in die aard... - RolandBergeys
Je gebruikt naar mijn smaak te veel bijvoeglijke naamwoorden. Met minder woorden kan je de dingen soms sterker uitdrukken.
Een bliksemschicht verlichtte de maanloze nacht, al snel gevolgd door een donderslag (bvb) zou ik krachtiger vinden. Er zijn nog zo'n voorbeelden in je tekst. Toch vind ik het verhaal mooi. En is dit maar een mening hé. AnneleenR: Bedankt voor de tip. - Vansion
eerder mager verhaal
maar je haalt er wel méér uit, zeker in de twee eerste paragrafen die sfeer scheppen; en daar gaat het hem om ...
het einde bevalt me niet. het lijkt alsof de auteur raprap een mogelijk vervolg wil wegmoffelen ...??? AnneleenR: Het is in feite bedoeld als kortverhaal, eerder dan vervolgverhaal. Maar je hebt wel een punt. - gono
Zeer goed! AnneleenR: Bedankt! :) - aquaangel
seffens gebruiken we hiet niet...
je laatste zin heel poetisch ;)
xx AnneleenR: Seffens is inderdaad nogal volks. ;) - erinneke
graag gelezen - cehadebe
Fijn (spannend) om te lezen. AnneleenR: Dankjewel.
|