writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

De achterkant van het gelijk

door Dora

Tanja en Moon zaten relaxt op het bomvolle terras met een glaasje rood plus dure peuk. Netwerken, elkaar op de hoogte brengen van de laatste ontwikkelingen. Hun nieuwste project op internet liep aardig. Met een wijntje effe bijkletsen, nieuwtjes delen en wat brainstormen of branieweven.
Mona soesde, de eerste zon deed haar goed, tot het item 'kennissen' haar wakker schudde. Automatisch antwoordde ze, maar ze voelde zich betrapt en verzon een smoes. Ze trok zich terug in haar eigen wereld, tot Tanja op een gegeven moment vroeg of er iets was. Mona verdween totaal onverwacht, haar gezelschap verbaasd achterlatend. Had ze iets verkeerds gezegd, vroeg Tanja zich af? Mona kon soms raar afwezig zijn, had een licht ontvlambaar binnenleven, waar niemand achter keek. Was er iets met de verkering?

Waarom heeft men dit op school niet goed uitgelegd, hamerde het door Moons hoofd terwijl ze op haar fiets wegstoof zonder op het verkeer te letten.Thuis gooide ze onverschillig jas en tas van zich af en zette onmiddellijk de fluitketel op. Nu een grote pot rustgevende thee. Houterig liep ze te ijsberen tot ze het water op kon gieten. De tics waren er weer: handen wrijven, ogen knipperen en haar lokken wegschudden. Ze stak een kaars aan bij de Boeddha. De thee was klaar. Ze plofte in de bank, knoedelde zich op als een knotje breiwol en blies over de dampende mok alsof haar leven ervan afhing. Geschokt. Ja, zo kon je het wel noemen, maar er was ook iets anders gebeurd. Het tochtte in haar hoofd. Er stonden deuren tegen elkaar open. Woord voor woord herkauwde ze het gesprek. Tanja vertelde altijd smeuïg. De vette onsmakelijke roddel ging over ene Annelies, die Mona niet eens kende.

"Moon, een leeghoofdig popke, altijd in de nieuwste trents geilt ze rustig de kerel van een ander op. Zij is met recht de typische waard die haar gasten vertrouwt als zichzelf."
Mona knikte, al had ze vandaag helemaal geen zin in een spreekwoorden spraakwaterval.
"Nu heeft ze eindelijk genadeloos de kous op de kop gekregen,"maakte Tanja het spannend.
"Kreeg ze zijn lid op de neus?" snoefde Moon, "had ze niet het onderste uit de man moeten willen, haha." Tanja wachtte. Niet vies van een sappig lastertje vroeg Mona toch hoe dat met Liezepies was afgelopen waarop haar vriendin naar voren boog en fluisterend haar roddelrubriekje opende. Met levendige details gelardeerd schilderde ze hoe, waar en wanneer die Annapieske ontmaskerd was. Plastisch, met gore wetenswaardigheden erop en eraan. Annelies had letterlijk en figuurlijk met de billen bloot gestaan, in de tuin van die vriendin. "En haar ondergoed is er, hupsakee, aan flarden getrokken achteraan gegaan. Kun jij je het voorstellen Mona? Die trut heeft jarenlang haar vriendin beticht van overspel, terwijl ze het juist zelf deed. Wat een doortrapte intrigante, vind je niet?"
"Met wie deed ze het dan?"
"Let op Mona de Koning… met de man van die vriendin. Hoe laag kan iemand zinken? Karaktermoord op je vriendin plegen om je eigen geweten schoon te laten beffen?" Mona schrok, reageerde werktuiglijk, maar het leek of er iemand achter haar stond die met twee handen haar nek kraakte. Het werd licht in haar hoofd, alsof ze van haar stokje ging. Achter de gesloten oogleden was een gouden ikoon met het gezicht van haar glimlachende moeder verschenen... Waarom in Godsnaam, kwam dat mens haar hier, midden op de dag in de stralende zon, lastigvallen op hun terrasje? Ze had haar drie jaar niet gezien. Dat was verdomd lekker rustig geweest. Omdat ik ineens begrijp dat ma niet zinloos schermde met spreekwoorden, had ze zichzelf geantwoord. Als door een bij gestoken sprong ze op, mompelde iets van een groet en vluchtte.
Een aangeschoten ree.

Voorzichtig nipte ze slurpjes rust uit de mafgrote mok van haar vriend Hans. Ze kon ongestoord lang ineengedoken in haar denkhoekje zitten, alle kanten verwarmd door zacht velours. Haar hele lijf stond op scherp, leek het, klaar om zich te verdedigen. Waartegen? Slurkend liet ze haar gedachten de vrije loop. Ze verafschuwde spreekwoorden en gezegden. Hoe vaak had ma ze niet ingezet toen ze nog thuis woonde? Als hulpmiddel, waardeoordeel... ka-rak-ter-moord, woor-den-koord, on-ge-stoord.
"Het zegt iets van de ander, Mona, die jou vals beschuldigt. Trek het je niet aan, lieverd."
Op haar tiende was het begonnen, wist ze zeker. Of toch al eerder?

 

feedback van andere lezers

  • ivo
    hoe mensen kunnen zijn, verschrikkelijk ..
    Dora: Ja, maar ze zijn er, laten we het maar eerlijk toegeven.
    Bedankt Ivo, je leest zo trouw.
  • Danvoieanne
    Tja, de mensen zijn soms....
    Dora: Het kan verkeren, maar dit is een klein fragment van een gehele ontwikkeling, dus wie weet... Dank je.
  • warket
    Een mooi stukje schrijfkunst.
    Dora: Oef oh jeh, ik zit tintelend te gniffelen van je compliment, dank je wel.
  • Mistaker
    Tja er lopen mensen rond...

    Groet,
    Greta
    Dora: Men zei vroeger: er zijn mensen en fietsbellen, haha. Ik geloof dat het toen allemaal wat simpeler in elkaar zat, of zie ik het dan te makkelijk? In ieder geval. Je hoort nog over Groningen...goed?
    Bedankt. Mis T,
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .