writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Dag, Bron en...opgedeelde versie 32 ( tijd voor drama)

door katrijn

De vrouw naast Bron greep zijn arm en begon te huilen. ' De arme jongen, de arme jongen. Hoe kon ze dat toch doen?' Ze keek Bron aan en haar ogen trokken wijd open toen ze merkte dat ze naar Dag keek. Maar dan groter, fitter en woester. Bron legde zijn vinger op zijn lippen. Sttt…en de vrouw knikte terwijl haar ogen begonnen te schitteren.
Het plein snakte collectief naar adem toen er 4 soldaten op het podium kwamen, net jes in uniform. Ze groetten hun vorstin met een strakke buiging. Bron staarde hen aan.
Tussen de vier in stond er iemand.
Onherkenbaar.
Met slechts een linnen, gerafelde broek aan en een band in zijn verwilderde, samengeklitte haren. Brons maag keerde direct en hij gaf over, maar niemand lette erop.
Dag stonk, was zijn eerste gedachte.
Bron kon hem ruiken tot waar hij stond. Bloed, angst, ontstoken wonden, uitwerpselen en duidelijk nooit een bad gezien. Zijn hart trok samen als Dag zich oprichtte. In een poging zijn schouders te rechtten. Bron hoorde iets kraken en het gezicht van zijn broer verwrong in een grimas. Maar hij stond er.
'Dag.' Moran keek met vrolijk glinsterende ogen naar de zwaar toegetakelde jongeman voor haar.
'Hallo Moran.' Het iwaseen hees, onnatuurlijk gekraak. Alsof hij jaren niet één normaal woord hadt gesproken. Alleen maar schreeuwen of zwijgen. Het publiek hield de adem in. Op de tweede rij viel er een meisje flauw, niemand deed een poging haar te helpen.
'Weet je waarom je hier bent?'
Dag moest duidelijk moeite doen om alert te blijven. Twee mannen hielden hem overeind zodat hij Moran kon aankijken. Zijn ogen glinsterden ongezond en het zweet stond op zijn gezicht. Hij had vrolijk rode wangen, wat niet past bij de rest van zijn conditie.
Ze gaven hem een duw in zijn rug toen hij niet antwoordde en Dag snakte kreunend naar adem. Bron zou de glimlach op haar gezicht nooit meer vergeten.
Voldaan.
Zijn bloed kookte, een borrelende, tindelende gewaarwording in zijn vingertoppen.
'Goed dan, ik weet het wel.' kakelde ze koket en ze klonk oprecht vrolijk : ' Wij, de mensen en ikzelf, zijn ervan overtuigd dat jij, Dag, het niet langer waard bent om...' In het publiek begon er man te roepen. De wacht sprong er zonder waarschuwing tussen en Bron kneep zijn ogen dicht . de man werd snel en efficiënt in elkaar geslagen. Moran keek toe. Oppermachtig.
Ze sleepten de man weg en niemand waagde om te protesteren. De vrouw naast Bron begon opnieuw te jammeren. Hij tapte troostend op haar hand.
'Haal hem hier weg, jongen. Haal hem hier weg zodat hij later zijn werk kan afmaken.' Fluisterde ze beverig en heel erg stil. Bron keek op. Naar het gebroken, toegetakeld en onherkenbaar verminkte lichaam van zijn broer. Hij miste 2 vingers en was zo mager dat ieder bot dat niet gebroken was, door zijn grauwe vel priemde.
Dag vond zijn blik.
Hij knipperde met zijn ogen. Ongelovig.
Een glimlachte dan.
Met een brede grijns keek hij op naar Moran.
Moran mepte hem in het gezicht voor zijn arrogantie en meer had Bron niet nodig. De woede, haat en een sterke beschermingsdrang stuwden hem naar voor. Hij greep Dag ruw bij zijn arm, sleept hem van het poduim en rende met zijn broer, die intussen flauwgevallen was, het hele plein door. Mensen riepen en juichten, maakten doorgangen en hielden de wacht tegen. Maar Bron hoorde niets en voelde niets, hij rende en wsit alleen dat hij vooral niet mocht stoppen. Hij kon zijn vluchtroute op zijn duimpje, het zat in zijn hersenen gebrand, ieder steegje, ieder brugje.
Hij bracht Dag zeven dagen later thuis, in zijn eigen vaste kamer in de herberg. De waard had vreemd opgekeken toen ze kwamen binnengewaaid. Bron compleet euforisch omdat zijn missie was geslaagd en Dag volledig buiten strijd.
Bron had hem, met pijn in het hart, moeten voortjagen. Ook al had hij gezien dat iedere stap er één te veel was. Dag had zeven slopende dagen achter de rug, waarin hij zijn eigen grenzen ferm had overschreden.
Daarna kwam het breekpunt.
Zijn lichaam was op.
Zijn geest kon niet bevatten dat alles over was, dat hij veilig was.
Hij schreeuwde, schopte en krijste nu al 2 weken aan elkaar het hele dorp bij elkaar. De 56 inwoners waren begripvol. Er stonden zeven huisjes in het dorp, zeven families, 1 clan. De eerstvolgende nederzetting was meer dan 10 dagen verderop. Niemand zou het in zijn hoofd halen om tot daar te wandelen, alleen maar omdat zijn broer een beetje vreemd was.
Er liepen nog vreemdere types rond.
Het was een hechte gemeenschap, hij woonde er al jaren. Ze kenden hem, vertrouwden hem als één van hen. Niemand deed moeilijk over Dag en zijn onduidelijke afkomst.
Hij hoorde bij Bron, dat was duidelijk. En dat was genoeg geweest.
Maar de landheer was iets minder geduldig. Hij was, tijdens een nachtelijke doorrit van zijn paard gedonderd toen Dag plots panisch begon te schreeuwen en dat nam de heer hem heel erg kwalijk.
Bron hield nu al 2 weken de wacht bij het bed van zijn broer. Maar als het zover was, was Dag met niets te kalmeren. En moest hij het uitzitten. Terwijl hij dacht aan datgene wat ze hadden uitgespookt met zijn broer waardoor zonnig, vrolijke Dag zo huilde en schreeuwde en doodsbang was van ieder geluid.
'Bron?' Bron kijkt op. De smid glimlacht vaderlijk en haalt hem terug naar het heden. ' Probeer wat te slapen, jongen. Zo heeft hij ook niets aan je. Geef hem tijd. Dat joch zag er miserabel uit toen je hem naar hier bracht, zoiets heelt niet in een weekje, jongen. Je kan hier wel slapen, er ligt vers hooi in de stal. Ik maak je wel wakker over een paar uurtjes.' Bron smelt al bij het idee alleen. Slapen.
'En Dag dan? Ik kan hem echt niet alleen laten, hoe vriendelijk je…'
'Ik vraag wel of Thilde even op hem wil letten. Je weet hoe die vrouwtjes zijn hé. Altijd willen bemoederen en nu onze kroost het huis uit is, zal ze zich met veel liefde over jouw broer ontfermen.'

 

feedback van andere lezers

  • Danvoieanne
    graag gelzen
    katrijn: Dank u wel. Hopelijk bent u nog niet te veel 'onsamenhangende' delen tegengekomen...ik ga er van uit dat anderen mij kunnen volgen, wat niet altijd het geval is. Hou mij vooral op de hoogte.
Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Totale score: 2

Uitstekend: 1 stem(men), 100%
Goed: 0 stem(men), 0%
Niet goed: 0 stem(men), 0%

totaal 1 stem(men)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .