writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Poppenkast

door pisatelj

Het eindigde met echte poppenkast, maar het voelde de hele tijd al aan als poppenkast. Het ging al mis op de luchthaven. Dat wil zeggen: een streep asfalt in een wei en een houten barak. In die barak twee zwarten in uniform. Tussen elke zin door zuigen ze een eeuw op een schijf citroen. Ze kunnen mij het land niet inlaten, want ik heb geen gele kaart. De naam van dat land doet er niet toe. Dat kweekt maar negatieve associaties en vooroordelen, terwijl andere mensen misschien totaal andere ervaringen kunnen hebben in hetzelfde land.

Maar alleszins: zonder gele kaart kom je er niet in. Zeggen ze. Die gele kaart moet bewijzen dat ik geen ongewettigde importeur van gele koorts ben. Ik zeg dat ik hier ben om les te geven, dat ik lerares ben, dat ik kom om hun jeugd te helpen. Dat er op de site van de ambassade niks stond over een gele kaart. Dat ik mijn contact bij mijn gastschool wil bellen. Dat ze op mij wachten.

'Bellen, bellen, bellen?, jongedame'

Een eeuw citroen zuigen.

'Hier zijn wij grote mensen.'

Een eeuw citroen zuigen.

'Hier regelen wij onze zaken zelf.'

Met zaken regelen bedoelt hij dokken. Baf. 50 euro kost zo'n gele kaart. Ik ken te weinig van voetbal om te bepalen of ze die ooit hebben afgetroggeld van een scheidsrechter. Maakt niet uit. Ik reis vaak en ik heb één regel: de eerste tegenvaller laat ik mijn humeur niet verpesten. Valt mij deze keer wat moeilijker dan anders.

Toen ik mij begin februari inschreef voor dit vrijwilligersproject, had ik last van een winterblues, zin in tropische temperaturen en een scheidslijn van 2000 km tussen mij en mijn kersverse ex. Er was ook een collega die zei: 'Je geeft een maand les in zo'n derdewereldland en je durft drie schooljaren niet meer klagen. Over niets. Zie 't als een antiklaagkuur. Ginder leer je de kleine dingen weer appreciëren.' Ondertussen heb ik echter een nieuw lief, is het ook in België tropisch en weet ik dat die collega een all-in vakantie in Turkije heeft geboekt.

Maar het was te laat om terug te krabbelen. Mijn inbox puilt uit van de enthousiaste mails. Ze hebben zelfs een hotel geregeld. Een Hilton hotel nog wel. Hoeveel instanties ze daarvoor hebben moeten aanspreken om dáár het budget voor samen te schrapen, wil mijn westers schuldgevoel liever niet weten.

Mijn contact had mij al toegevoegd op facebook en ongeveer elke dag gepoket. Tussen zijn profile picture en de man die nu voor mij staat zit wel een verschil van een slordige 40 kilo, maar ik herken hem. Als hij zijn handen kan thuis houden -vooroordelen, ik ontsnap er niet aan- wil ik voor hem wel een fitnessschema met aangepast dieet opstellen.

Liefst van al, zou ik direct naar het hotel gaan. In de hoop dat daar koud stromend water is en slechts een absoluut minimum aan mij verder niet bij naam bekende insecten. Nee, eerst twee uur rijden langs zandwegen en dan een rondleiding. Punt één dat opvalt bij de rondleiding: ik ben niet in een school, maar in een weeshuis. Dat wil ook zeggen: er zijn geen andere leerkrachten. Er zitten wel twee volwassenen aan een balie (letterlijk een deur over twee torens bakstenen), maar wat die hun rol precies is, wordt mij nooit geheel duidelijk. Ze vragen alleszins niet naar een gele of anderskleurige kaart, dus ik ben al blij.

Mijn leerlingen zijn een beetje overal te vinden. Ze slenteren door de gangen. Slapen in de gangen. En de actiefsten doen haasje over in de gangen. Kortom, ze doen alles in de gangen. In sommige hoekjes blijkbaar ook hun behoefte. Wat helaas, driewerf helaas, speelgoed blijkt op te leveren voor de allerkleinsten. Ik wil de stront uit hun handjes kloppen, maar mijn contact, Djéké, draait met zijn ogen. Ik maak er iets uit op als: 'Ach, laat kinderen kinderen zijn he.' Ik heb zin om te beginnen wenen. Waar ben ik aan begonnen? Ik beloof aan mezelf dat ik die collega samen met die ex van februari, als ik ooit nog thuis geraak, een gigantische schop in hun kloten ga geven.

De rondleiding leidt nog tot het pronkstuk op de zolder. Een poppenkast. Met het gordijntje er nog aan. Djéké doet mij het gordijntje betasten, zodat ik echt zeker weet dat het gordijntje er nog aan hangt! De poppenkast is een cadeau van de Franse ambassade. Djéké legt uit dat het een multifunctioneel item is. Ik kan het gebruiken om de kinderen te entertainen, maar ook als lesmateriaal. Ja, de zolder is mijn klaslokaal. Ik had het moeten weten. Voor de poppenkast ligt een plastic zeil. Daar mogen mijn leerlingen zitten. Ook het plastic zeil is multifunctioneel. 'Jullie kunnen het over jullie hoofden trekken en dan hebben jullie een hut om verhalen in te vertellen.' Armoede maakt creatief. Of psychotisch. Eén van de twee. Over een maand ken ik het antwoord.

Het Hilton hotel is gelukkig op tien minuten wandelafstand. Djéké zegt er wel bij dat ik die wandeling maar niet moet doen als het donker is. Dat was ik eerlijk gezegd niet van plan. Djéké zet mij af bij het hek voor de oprit. Hij moet ervandoor. Een vergadering. Hij is hier zoiets als burgemeester maar niet officieel. Er is ook een officiële burgemeester, maar die is nog nooit in het dorp geweest. Politiek heeft overal een andere logica.

Bij het hek zijn enkele verkoopstandjes. Dat wil zeggen strooien matjes waarop de verkopers hun waren hebben uitgestald. Sommige bieden niet meer aan dan twee blikken bonen. De verkopers klampen mij niet aan, zoals ik dat van Arabische landen gewend ben en dat bevalt mij.

Ook hier aan de balie, twee mannen. Als je hier een job krijgt, krijgt je broer die ook? Ik zeg mijn naam en ik krijg een sleutel. 105. Voorbij de balie geloof ik mijn ogen niet. Ik zit in een paleis. Alsof ik net een luxehotel in hartje Parijs ben binnengewandeld. Nog vijf stappen verder geloof ik ook mijn oren niet. Aan de bar hoor ik Nederlands! Ik ben in heel mijn leven nog nooit zo snel toegestapt op twee onbekenden.

Hans en Petronella zijn twee Nederlanders. Werken tijdelijk op de Nederlandse ambassade. In de hoofdstad zaten alle hotels vol met Amerikanen. En ze houden geen van beide van Amerikanen. Ze pendelen met een jeep van de ambassade. Maar een half uurtje rijden. Waarom heb ik er dan net twee uur over gedaan? Omdat mijn gastheer tol wilde ontwijken. Ach zo. We leren bij.

Ik vraag wat de Nederlandse ambassade zoal doet in dit land. 'Niks', zegt Hans, 'en daarom zijn we de tent ook aan het sluiten. Over drie weken zijn we hier weg.' Ik vraag of dat geen diplomatieke rel veroorzaakt, zo'n ambassade die de biezen pakt. 'Nee, hoor, tegen dat ze merken dat we er niet meer zijn, zijn we alweer vijf jaar verder', zegt Hans. Petronella lacht gereserveerd en nipt van haar glas wijn. 'Chardonnay', zegt ze. 'Moet je proeven.'

Ik bestel ook zo'n glas en we klinken. 'Welcome to the sleazy Hilton', zegt ze met een knipoog. Er komt een lange zwarte naast mij plakken. Wit hemd, blauwe jeans. Staat hem goed. Een glimlach om een feestzaal mee te verlichten. Petronella kijkt me aan en zegt: 'Nou, als je zin hebt, voor tien euro kom je al mooi aan je trekken. Tenminste, naar ik hoor.' Ik ben soms traag van begrip. 'Tien euro voor een massage?'
'Als je hier tien euro betaald voor één massage, heb je ruim te veel betaald; hoor.' Hans vraagt of ik de jongen liever uit mijn buurt heb. Ik zeg: 'Ik ga echt niet betalen voor een potje seks. Daar ben ik nog net iets te jong voor.' En dan bijt ik op mijn tong, want Petronella lijkt mij al over de veertig. 'Ik wist niet dat er daar een leeftijd op stond.',zegt ze. Ik verontschuldig me en zeg: 'Nou ja, ik betaal dus echt niet voor seks.' Petronella sipt van haar wijn en zegt: 'Ik ook niet. Nochtans weet ik goed genoeg dat betaalde seks de goedkoopste seks van allemaal is.'

Hans knipt in zijn vingers. De barman doet een teken naar de jongen, alsof hij een krent uit zijn neus met zijn vingers wegschiet, en de jongen sloft weg, op zijn bruinleren slippers. Hans zegt: 'Als er 's nachts op je deur wordt gebonsd, doe dan maar niet open. Ze proberen het op elk moment van de dag.' Petronella knikt. 'Slim van ze. Een slaapdronken mens reageert soms toch net iets ander.'
Die Nederlanders hebben de zeden van een land snel in de smiezen. Gebons op mijn deur. Iedere nacht. De truc? Ik schreeuw dat ik al met iemand ben. Dan druipen ze het snelste af. Elke avond voor het slapengaan, check ik wel vijf keer of ik de deur wel goed op slot heb gedaan.

De eerste week probeer ik echt les te geven. Het kost mij elke ochtend een uur om mijn leerlingen bij elkaar te krijgen. Dan zitten ze er suf bij, als ik ze over Europa vertel. De kleinsten zet ik aan het kleuren. Hans levert mij wat balpennen en papier vanop de ambassade. Eén keer in de week komt er een dokter langs met een verpleegster. Die zorgen dat ze allemaal douchen. De oudste meisjes, 14 jaar oud, houden de slaapzaal in orde en wassen de kleren van iedereen. In grote ijzeren tobbes koken ze water boven een houtvuur. De was roeren ze om en om met een tak. Wat moeten deze meisjes denken van mijn verhalen over Europa? Wij hebben wasmachines en dan nog heb ik nog nooit in mijn leven ook maar één keer mijn eigen kleren gewassen. Die meisjes maken ook het eten klaar. 's Morgens en 's avonds de zelfde grijze pap, lekker met een vitaminepil. Ik eet in het hotel en zet dan de menukaart voor mijn bord. Sinds ik hier ben, kan ik niet meer eten als iemand kijkt.

Ik vraag Hans wat er eigenlijk van mijn wezen wordt als ze daar weg gaan. Hans knikt. Alsof die vraag moest komen. 'Ze blijven tot ze oud genoeg zijn om te beseffen dat ze gewoon weg kunnen. Op een bepaald moment vertrekken ze gewoon.' Ik vraag: 'Gewoon zomaar, de wijde wereld in?' Hans knikt. Ik zeg: 'Eentje is hoogzwanger.' Hans blijkt knikken.'Yup', zegt hij, 'de weeshuispopulatie houdt zichzelf in stand. Vraag maar niet wie de vader is.' Ik denk aan die twee bij de balie. 'O nee', zegt Hans, 'niet per se, elke ,jongen van twaalf kan het zijn.' De Chardonnay gaat elke dag een beetje vlotter naar binnen.

Ook gebons tijdens mijn elfde nacht. Ik schreeuw mijn vaste formule. Het gebons gaat door. Sneller en scherper in klank, niet zo dof als anders. Iemand die snel klopt, maar met weinig kracht. Ik vraag toch maar even wie het is. Lucy. Hoogzwangere Lucy. Ik doe de deur open. Ze ploft zich op mijn bed. Ik haal Hans er bij. 35 jaar ervaring bij buitenlandse zaken kwalificeert hem niet meteen als vroedvrouw, maar wat doet zo'n vroedvrouw meer dan het hoofd koel houden? Zoals Hans het later verwoordt: 'Hadden wij even mazzel. Dat jonkie heeft ze er vlot uitgepoept.' Hans is een top vent, zijn taal kan dat niet verloochenen. Als een mens hier niet een klein emotioneel muurtje optrekt, ga je er zo onder door. Hans laat die nacht nog een fles Chardonnay aanrukken en zegt: 'Ik zat in Nigeria toen Biafria zich afscheurde. Vergeleken daarmee is het hier een speeltuin.'

Mijn emotioneel muurtje stort drie dagen later in. Dat Lucy haar pasgebore gewoon liet dood vallen twee dagen na de geboorte, was slikken. Hans zei: 'Het is hard, maar ss het niet beter zo? Als die baby kon nadenken, is die niet gevallen, maar gesprongen.' Zonder hem was ik die dag al vertrokken. Ik heb het nog een dag extra uitgehouden.

Mijn wezen wilden poppenkast voor me spelen. Die dooie baby in de hoofdrol zien. Dat was de mokerslag te veel. Hans heeft mij schuddend en bevend naar de luchthaven gevoerd. 'Eerlijk gezegd, nooit gedacht dat je 't zo lang ging volhouden. De dag voor jij aankwam stonden hier vijf Italiaanse leerkrachten, die zijn de zelfde dag nog teruggevlogen.'

48 uur later ben ik thuis. Djéké ontvriend ik en blokkeer ik. Ik zak onderuit naast mijn vriend, voor tv, glas witte wijn in de rechterhand -geen Chardonnay, maar het alcoholgehalte komt overeen- en chocoladeijs in de linker. Als het journaal begint, klaagt mijn vriend: 'Het is weer eens komkommertijd. Een stierenloop in Pamplona en een wielrenner die zich ocharme verongelukt, dat is dan het grote nieuws. Terwijl er zoveel echt vreselijke dingen gebeuren in de wereld. Kijk nou, poppenkast is het.'

Het journaal sluit af met de geboorte van een dolfijn in één of andere Belgische zoo. De glimlach van de journaliste doet geloven dat de hele wereld met vakantie is.

Ik duw mijn chocoladeijs tegen zijn lippen. 'Is het niet gewoon heerlijk?'

'Wat?'

'Al die vreselijke dingen, zo ver van ons bed. We gaan ons niet opwinden in dingen waar we niks kunnen aan veranderen.'

'Wat voor passieve houding is dat?'

Ik trek hem uit de zetel. 'Kom mee, naar bed. Wees daar actief. Aan de rest kun je echt niks veranderen.'

'Jij neemt alles zo gelaten sinds je terug bent.'

Met mijn lippen nog koud van het ijs, neem ik zijn eikel in mijn mond.

Geen gezeur meer.

Die collega krijgt dan misschien toch gelijk.

Maar die schop in zijn kloten, die krijgt hij nog.

 

feedback van andere lezers

  • warket
    Wat vind u van mijn verhaal?
    Zeer goed.
    pisatelj: Ik vind het zelf niet al te best, maar ik blijf oefenen :-) merci voor de feedback!
  • doolhoofd
    Ik heb ook een verhaal getiteld Poppenkast op writehistory staan.

    Het doet me denken aan het laatste hoofdstuk van Tirza van Grunberg, waarin hoofdpersoon Hofmeester, die zijn dochter en haar vriendje net begraven heeft in zijn tuin, op reis gaat naar Afrika. Grunberg uit in dat hoofdstuk bedenkingen bij het woestijntoerisme.

    Baudrillard heeft geschreven:

    "Er bestaat geen realiteitsprincipe of genotsprincipe. Er bestaat slechts een finaal principe van de verzoening en een oneindig principe van het Kwaad en de Verleiding."
    - Jean Baudrillard, De Fatale Strategieën, pp. 110-111

    pisatelj: Welke boeken van Grunberg vind je de beste en waarom?
  • greta
    Aangenaam goed schrijfniveau. Fijn! En ook 'uitstekend' uiteraard.
    pisatelj: Verhaaltechnisch heeft het geen enkele meerwaarde :-) Maar merci :-)
Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Totale score: 6

Uitstekend: 3 stem(men), 100%
Goed: 0 stem(men), 0%
Niet goed: 0 stem(men), 0%

totaal 3 stem(men)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .