writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Een weekje langbeenland

door pisatelj

Mannen fascineren mij. Ze lijken op vrouwen die hard hun best doen om bigger than life te zijn. Dat maakt hen vaak een beetje zielig, treurig, maar ook veel interessanter. Vrouwen berusten in het leven en dat is verdienstelijk, maar best ook wel saai. Mannen blijven vaak koppige gelukzoekers. Dat getuigt van weinig gezond verstand, maar hey, het geeft hen wel een zekere romantische aantrekkingskracht.

Mijn interesse in mannen koppel ik wel eens aan mijn fascinatie voor achtergestelde landen. Op dat vlak is mijn reis naar Slowakije best memorabel. Ik had toen weer eens een nieuw vriendje. Een slavist. Van zodra ik op zijn kot de Sovjetvlag zag hangen en de andere fake sovjetprullaria in zijn kasten zag zitten, wist ik al dat onze relatie nooit lang stand zou houden. Jens was een dromer, een nostalgicus en een dweper. Zonder concrete drive of levensdoelen. Maar hij had een magistrale, aristrocratische neus en grote handen waar de aders als paarse bergrivieren overheen pulseerden. Bovendien vond ik in zijn broek wat zijn grote neus al beloofde. Genoeg om mij toch enkele maandjes zoet te houden. Hij was natuurlijk ook handig als gids op reis in Oost-Europa.

Om de een of andere reden kozen we voor Slowakije. Dat was zo ongeveer het enige Oost-Europese land waar hij nog nooit was geweest. Mij maakte het allemaal niet zoveel uit. Als het maar geen typische zon- en strandvakantie was. Wat dat betreft, kwam ik niet bedrogen uit. Aan Bratislava, het hoofddorp, viel weinig te beleven. Het was een leeg gat, zeker voor een hoofdstad. Jens was echter dolenthousiast. Hoe groter en hoe aftandser de gebouwen, hoe liever hij het had. Ik zelf was teleurgesteld. Ik had het allemaal nog veel erger verwacht. Grijzer, grauwer, gezichtslozer. Één groot anoniem, ontmenselijkt moeras van beton had ik me voorgesteld. Maar nee, dit ex-communistische land had vooral veel opgesmukte negentiendeeeuwe gebouwen. De communistische blokken stonden ver buiten het centrum. De straten waren breed en proper. De trams waren netjes en reden op tijd. Ze hadden zelfs geen bejaarde vrouwen met baarden die controleurs moesten voorstellen. In een ex-communistisch land deed men toch nog altijd zijn best om werkelijk iederéén een baantje te bezorgen? Als ik Jens vroeg waarom al die clichés niet klopten, vond hij mij overdreven negatief.

Ik ergerde mij inderdaad. Met name de vrouwen waren een irritant lang en slank punt van ergernis. Op het vliegtuig had ik in de reisgids al gelezen dat Slowakije de mooiste vrouwen ter wereld had. Dat was flagrant niet waar, maar ik haatte die gids erom. De vrouwen hier waren lang, leken collectief aan anorexia te lijden en hadden benen tot onder hun oksels. Die benen zaten in broeken die de grenzen van strakheid verkenden. Laarzen hadden ze ook altijd aan. Ik was jaloers op hun lange haar. In Slowakije deden de vrouwen nog niet aan zelfcastratie. Misschien raakten de kortgeknipte jongenscoupes voor vrouwen pas in zwang in een verder stadium van het kapitalisme. Misschien knipten Westerse vrouwen hun haren kort als onbewust protest tegen een overdosis reclamespotjes waarin een langgelokte Hawaiaanse babe haar haren inzeept met de laatste nieuwe shampoo.

De mannen, of de mannetjesdieren zoals ik hen noemde, zagen er uit als skinheads met veel te grote koppen. Hun ogen leken ze gestolen te hebben van bejaarde koeien die waren dood gevallen tijdens het transport naar het abatoir. Hun gezwollen biceps was krampachtig bij elkaar getraind en vormde een afstotelijk contrast met hun bierbuiken. Hun alcoholcultuur saboteerde hun bodybuilderambities nogal. Die bodybuilderambities waren anders erg prominent aanwezig in het straatbeeld. In elke straat had je wel een fitness. Kortom, geen land waar ik wilde blijven plakken, maar interessant om eens rond te kijken. Mijn terugkeer naar België zou des te gelukzaliger zijn.

Met de locals raakten we niet echt aan de praat. Jens sprak wel Russisch en Slowaken hadden ooit wel Russisch gekregen op de secundaire school, maar dat was al weer te lang geleden. Alleen sommige oude mensen konden nog wat Russisch babbelen. Engels kenden ze niet. Duits soms wel, maar daarin waren wij dan weer te stroef. In de reisgids lazen we echter dat er elke eerste woensdag van de maand een bijeenkomst was voor Nederlanders, in een bar in het centrum. We hadden geluk. We waren die dag nog in het land en dus present. Waren echter niet present: die Nederlanders. We dronken bier aan clochardtarief. Een euro voor een halve liter of zo. Het was daar in die bar zelfs iets duurder dan in andere cafés. Best een vreemde ontmoetingsplaats voor Nederlanders dus. Misschien doken ze daarom wel niet op.

Net toen we wilden weggaan, stapte er een man binnen, in een kort zwart kostuumvestje. Die keek eens goed rond. Ik stootte Jens aan en die vroeg: 'Sorry, spreekt u soms Nederlands?' En jawel, we hadden toch één Nederlander kunnen strikken. Abel heette hij. Oprichter van zijn eigen bedrijf hier.

Abel hield van directe vragen. Hoelang we al samen waren. Of ik zat te popelen om een stuk of twee blauwroze wormen uit te poepen. Of Jens er naar uitkeek om binnenkort enkel nog te kunnen zeiken over de pis- en kakgewoontes van zijn eerstegeborene. Toen ik bijna uitschreeuwde -niemand verstond mij hier toch- dat ik zwangerschapsstriemen zolang mogelijk wilde uitstellen, haalde hij opgelucht adem. Hij gaf mij zelfs een warme kneep in mijn schouder.

Abel verbaasde mij even later met zijn klare kijk op Slowaakse maatschappij. Alleen snapte ik achteraf niet waarom hij hier nog één dag langer bleef. Zijn beoordeling was minstens zo negatief als mijn eerste indrukken. Slowaken zaten met een minderwaardigheidscomplex. Ingebokst tussen grote buurlanden voelden ze zich verdrukt en vergeten. Het katholiscime zat er nog diep in. De botsing met de hedonistische verlokkingen van het kapitalisme was hard. Slowaken liepen er bij als berouwvolle zondaars. Hier reisde berouw vooraf aan de zonde. Slowaken zagen er een beetje bang uit, overdreven alert, alsof God elk moment kon nederdalen uit de hemel en hun een klap in hun gezicht kon geven, omdat ze hadden durven dromen van meer luxe. De katholieke God had zich makkelijker versmolten met het sobere communistische leven. Dat kapitalisme moest wel de geboorte van de antichrist aankondigen in hun maagdelijke, naïeve ogen. Jens begon tijdens Abels betoog trouwens meer en meer op een Slowaak te lijken.

Ik wilde ook iets inbrengen en zei: 'Weet je, ik zie hier veel koppels over straat lopen, maar de man lijkt er altijd als een geslagen hond bij te lopen en de vrouw kwettert ondertussen tegen haar vriendinnen. Volgens mij zijn die Slowaakse vrouwen binnenskamers harde tantes.' Abel pakte me weer vast bij mijn schouder. 'Goed gezien, goed gezien', zei hij. 'Ze zien er inderdaad bedriegelijk braaf en groen achter de oren uit, maar vergis je niet: het zijn vampieren. Ik ken veel Nederlanders die hier getrouwd zijn met een Slowaakse. Foute zet, hoor. Die gozers mogen na zes uur 's avonds de deur niet meer uit.'

'En op seksvlak houden ze waarschijnlijk het slot op de kluis', zei ik. Abel nam blijkbaar ook mijn schouder vast als ik het mis had. 'Nee, dat is dus de vergissing die iedereen maakt. Die vrouwen zijn in bed juist ontiegelijk veeleisend! Tot bloedens toe, echt waar, tot bloedens toe moet je er tegenaan. Een man moet kunnen presteren hier. 'Ja', zei ik 'dan zou ik ook geen pap meer zeggen als ik dan eens buiten mocht.' Nu vond Jens het nodig om een grapje te maken: 'Dat lijkt mij allemaal te mooi om waar te zijn eigenlijk. Hebben de vrouwen hier echt zo'n gigantisch libido? Damn, zeg, ik heb de verkeerde slavische taal gestudeerd.' Ik scheurde enkele biertviltjes traag in kleine stukjes en dacht: jongen, als je 't ooit twee keer na elkaar kan, slaap ik een week in die onnozele sovjetvlag van je.

Abel ging verder. 'Echt, je moet door dat katholieke pantser kijken. Katholiscme is een laagje aan vaste rituelen. Zolang je braaf die rituelen respecteert, mag je verder doen wat je wilt.' Ik vroeg om voorbeelden. 'Bijvoorbeeld: als je in het ouderlijke huis van je vriendin blijft slapen, moet je een bed nemen in de gastenkamer. Je mag niet bij je vriendin in bed. Maar als ze 's nachts tot bij jou sluipt, ja, goed dan, whatever. Maakt die ouders niks uit. Zij hebben hun katholieke plicht gedaan.' Ik zei dat het dagelijkse Slowaakse leven wel een komedie leek. 'Of kijk', ging hij verder, 'op zondagochtend ga je naar de mis. Bij de lunch zuip je tot je lam bent. In de namiddag kruip je in bed en daar kom je niet terug uit tot de vrouw volledig bevredigd is. 'Dus op zondagnamiddag spelen de kinderen massaal buiten, want mama en papa moeten nog even, zeg maar, de belastingen overlopen of zo?'. Abel knikte: 'Precies, ja.'

Ik vond dat die langbeenvrouwen het goed voor elkaar hadden. Waren ze daarom zo slank? Omdat de mannen hier de burgerplicht hadden om hun vrouw het vet van de dijen te neuken? Nu was ik nóg jaloerser. Ik wilde ook op het seksdieet. Maar dan niet met Slowaakse diëtisten, want die mannen bleef ik foeilelijk vinden. Jens tot bloedens toe neuken, was geen optie. Tenzij ik hem vastbond en hem dwangvoerde met viagrapillen. Dat idee sprak mij ergens wel aan, maar er lagen nog te veel van mijn spullen op zijn kot. Die zou ik vast niet terugkrijgen als ik hem een beetje aanrandde en vernederde en zo. Bij jongens als Jens vroeg ik me altijd af: stelt hun techniek niks voor, omdat hun grote lul al de helft of meer van het werk doet? Of heeft dat er niks mee te maken en hebben ze gewoon geen benul van techniek? Misschien gold wél het omgekeerde: dat jongens met kleine lullen zich op techniek storten als compensatiestrategie. Ik wist zeker dat mannen met grote lullen én techniek bestonden. Ik was er alleen nog geen tegengekomen. Nu, wij vrouwen zijn ook schuldig: we zijn veel te behaagziek en verwijten een man na seks niet dat hij qua techniek een dikke nul is. Dat doen we misschien als we in een echtscheidingsprocedure verwikkeld zijn. Maar dan neemt een man zo'n verwijt natuurlijk al lang niet meer serieus. Hoe pakten die Slowaakse vrouwen dat dan aan?

Als Jens naar het toilet was, vroeg Abel wat ik 'in die jongen' zag. 'Heb je zijn neus gezien?', vroeg ik. Abel haalde zijn schouders op: 'Ja, en wat dan nog? Ben je een size queen of zo?' Aha, was het dat? Was ik een size queen? Klonk wel lekker als antwoord op die hardnekkige vraag: wat doe jij in het leven? Ik? Ik ben een Size Queen. Jens kwam terug. En ik zei: 'Hey Jens, ik ben een Size Queen.' Die jongen snapte het niet en zei gewoon: 'ok, dan.'

'Ben jij eigenlijk getrouwd?,' vroeg ik aan Abel. Nee, maar hij was het ooit wel geweest. Met een Slowaakse. Wel geen typische Slowaakse. Atypisch zijn, is een erg goeie kwaliteit in onze samenleving. Zijn ex was nu zijn beste vriendin. 'Als ik ergens pijn heb, bel ik haar meteen voor een geruststelling. En als zij zich zorgen maakt over haar familie of zo, dan belt zij mij. Ze had er hier net zo goed kunnen bij zitten. Maar om tien uur moet ze dan wel oprotten. Ik ga mij nou niet in het nachtleven storten met haar er bij.' Klonk allemaal heerlijk excentriek uit de mond van een veertiger. Ik zei dat hij opvallend jong van geest was. Hij zei dat hij meestal optrok met jonge mensen. Dat gaf soms vreemde situaties. Als hij bij een meisje thuis ging eten, kookte de mama en dan flirte die met hem. 'Dus als ik op bezoek ben bij een meisje, schrok ik snel naar binnen wat de mama mij voorzet en hup, wegwezen dan.'

Ik keek naar Jens. Kon mij onmogelijk inbeelden dat die op zijn veertigste nog dates had met jonge meiden. Ik vroeg wat er mis gelopen was in dat huwelijk van Abel. 'Niets', zei hij. 'Seksueel op elkaar uitgekeken?', gokte ik. 'Nee, niet zo zeer', zei hij. 'Kijk, op een bepaald moment werd het gewoon té vrij tussen ons.'

'Hoezo?'

'Nou, weet je, dat is heel spontaan gekomen. We wilden bezitterigheid en al die clichéjaloezie liefst van al vermijden.'

'Dus jullie hadden een open relatie?'
'Ja, als je het zo wilt noemen.'

'En dat was niet houdbaar?'

'Nee, juist wel. Alleen leken we na een tijdje eerder broer en zus te zijn.'

Ik had zin om hem te felicteren en gaf hem spontaan een zoen op zijn wang. 'Heerlijk om eens iets anders te horen dan huisje, boompje, tuintje. Zo'n dingen zoek ik dus' Jens werd meteen een beetje bleek. Ik keek hem strak aan en zei: 'Communisme van de ziel en van het lichaam. Iedereen heeft evenveel recht op iemand anders lichaam.' Abel grinnikte. 'Je doet me denken aan de roman Wij van Zamjatin. Daarin krijgen mensen roze bonnetjes van de staat. Als ze seks met iemand willen, kopen ze die met zo'n bonnetje.' Jens schrok wakker. 'Ken jij Zamjatin?' Abel knikte. 'Ja, ik heb indertijd slavistiek gestudeerd. Russische literatuur is mij altijd blijven boeien.'

De zelfde academische opleiding, maar het contrast tussen de twee kon niet groter zijn. Jens als starre communist en deze Abel als onbegrensde libertijn. Jens zocht in dat communisme hoogstwaarschijnlijk een soort gemoedelijke, gezellige samenhorigheid. Iedereen even arm, maar ook even dronken. Abel was een levengenieter, iemand die grenzen aftaste, maar ook een beetje een Einzelgänger bleef, iemand die altijd ongrijpbaar bleef, zij het dan met bijzonder vlotte sociale skills. Warme schouderklopjes en directe vragen waren een uiterst zeldzame kunst. Omstreeks tien moest hij er vandoor. Die avond niet het nachtleven in, maar naar een vriend, die een promotie wilde vieren.

In bed na een kort nummertje waarbij ik mij twee hele liedjes lang, fysiek even helemaal opgevuld voelde, vroeg Jens of ik dat meende van dat communisme van het lichaam. Ik zei: 'Van mij mogen tien kloeke arbeiders meteen hun communistische rechten op mijn kut laten gelden.' Ik zei express 'kut', want Jens ergerde zich aan de platheid van dat woord. Ik herinnerde mij opeens dat Vlaanderen ook katholiek was. Hij zei verder niks meer. Toen we de volgende avond terug in België landen, deed hij erg afstandelijk. Op het perron in Brussel, als we elk een andere trein moesten halen, zei hij: 'het spijt mij heel erg, maar ik denk niet dat wij echt een toekomst hebben. Samen.' Voor de vorm keek ik een beetje sip en zei dat ik het wel begreep, gaf hem een knuffel, mompelde iets over vrienden blijven. Stapte in.

Ik verkende de trein. Tot ik bij een groep Deense scouts kwam. Daar in de buurt zocht ik een zitje. Fantaseerde de hele rit naar huis dat het communisme van het lichaam al een feit was. Scouts hadden vast handige vingers met al die knooptechnieken. Op een tram was ik misschien klaargekomen louter en alleen van de vibraties van de rails. Op een versleten communistische boemeltrein misschien ook. In een benepen, onvrije samenleving is de kracht van fanatasie het lekkerst. Te voet van het station naar mijn ouders, brandde het tussen mijn benen nog steeds van geilheid. Mijn reis naar Slowakije en mijn kwakkelrelatie met Jens hadden weer een lampje doen branden in de coulissen mijn diepste verlangens.

 

feedback van andere lezers

  • ivo
    de kleine slordigheden deden me afdwalen, maar de facinatie wat je dacht is wel boekvullend en interessant om als studieobject te blijven bekijken - de drang van de basisbehoefte komt haast in elke zucht van je pen terug naar boven, ik denk dat je bewust hard hebt moeten kloppen op je toetsen om het niet altijd terug over hetzelfde te moeten hebben.
    pisatelj: scherpe commentaar, merci Ivo
Enkel ingeschreven gebruikers kunnen stemmen.

Totale score: 4

Uitstekend: 2 stem(men), 100%
Goed: 0 stem(men), 0%
Niet goed: 0 stem(men), 0%

totaal 2 stem(men)
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .