writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

het geheim van een dik boek

door ivo

Het grote boek had een harde kaft. Gouden letters lokten mijn ogen naar het midden van een sierlijk gesmeed ijzerwerk, dat het boek moest beschermen tegen ogen die niet gerechtigd waren, om hetgeen verborgen was, te ontsluieren. Een slot dat doorheen de twee mooi versierde ijzeren ogen was gevlochten, bevestigde wat ik hier al zei. Het slot zorgde er ook voor dat het boek veel begeerlijker werd om gelezen te worden.

Zou het een grote verkooptruck zijn om boeken met sloten verkopen ? Alleen wie het boek betaalt krijgt de sleutel.

Zoals het boek daar lag, badend in het stof dat de tijd er laagje per laagje had opgelegd, wekte alleen maar nieuwsgierigheid op. Wat was er zo belangrijk dat het met een slot moest afgesloten worden. Als ik een geheim zou moeten bewaren, dan zou ik het zeker niet aan een boek met een slot toevertrouwen. Dat vraagt om ontluisterende blikken en het openbaar maken van wat ik zo graag voor mezelf hou.

Niet dat ik veel te verstoppen heb, ik ben een open boek, en wie me leest, weet dat wel.

De plaats alleen al, waar het boek lag, maakte dat het niet gevonden mocht worden. Wie verstopt er nu een boek in een geheime ruimte achter een schoorsteenmantel ? Met een klein stokje moest ik in een klein gaatje, net achter waar de balk de muur bereikte, een vernuftigd systeem in werking stellen, zodat de geheime plaats haar onzichtbaarheid prijs gaf.

Ik had het huis gekocht en ik wist wel dat het huis een zeer oud kader had. Er waren al heel wat renovaties geweest. Blijkbaar had niemand de noodzaak gezien om ook de haard een ander aanzicht te geven. Gelukkig maar, anders was er geen aanzet geweest om dit verhaal te schrijven.

Mijn handen waren nat van het zweet, want toen het hele mechanisme, na zoveel honderden jaren, als een goed gesmeerde horloge, plots de schoorsteenbalk deed verplaatsen, schrok ik me een hoedje. Ik had het gaatje opgemerkt toen ik tegen de muur een nieuwe kast van oude teak wou plaatsen. De kast kon er net niet staan en vermits ik de kast zo mooi vond, was de deal snel gemaakt. De schoorsteenbalk zou een stukje van zijn prestige verliezen, in ruil van een interieur dat perfect paste in de sfeer waarvoor het huis ooit was gebouwd.

Een geheime ruimte in het huis dat ik had gekocht. Een oude kinderdroom werd werkelijkheid. Ik droomde als kind heel vaak dat ik via een geheim luik uit het huis kon klimmen, zonder dat men mij gemist had.

Heel de schoorsteenmantel wentelde zich als een deur open en dit zonder een gepiep of gekraak. Wie dit gemaakt had was een meester in de mechanica.

Een tafel en een stoel stonden daar de tijd te trotseren. Ze hadden de eeuwen doorstaan, zonder dat een mens ze had waargenomen. Het viel op dat er geen webben of andere sporen van verborgen leven zich van de ruimte hadden meestergemaakt. Het stof had zich in de tijden dat het daar maar doelloos lag te wachten, laagje per laagje zwaarder gemaakt. Het danste al lang niet meer als lichtvoetige ballerina's in de straaltjes zon, die nu via het grote raam, licht brachten in het donkere geheim.

Op de tafel naast het boek lag er ook een ganzenveer die mooi aangeslepen en zichtbaar gebruikt was. De inktpot stond er naast, en ik zag dat de tijd de inkt had doen verdrogen tot een zwarte korst die de glazen wand had overmeesterd.

Er lag geen sleutel bij het boek en bij de eerste inspectie die ik maakte doorheen de ruimte, dit door snel mijn ogen in alle richtingen de kost te geven, was er geen spoor van een sleutel te bespeuren. Het boek moest ik dus op een andere manier openen. Misschien was dit wel de bedoeling geweest van degene die het boek daar had achtergelaten. Zodat degene die uiteindelijk het boek zou vinden zijn creativiteit moest gebruiken, zodat hetgeen verborgen was, zich ongeschonden kon openbaren.

Degene die de machinerie had gebouwd, zodat de schoorsteenmantel als een sigarettenblaadje zich zou laten vouwen tot een deur van een kamer, had misschien in het sluiten van het boek ook een systeempje bedacht.

Ik had al geleerd dat wat lijkt wat is, niet altijd is wat het lijkt. En misschien was het slot ook maar een manoeuvre om iets anders te verhullen. Het boek had er al eeuwen gelegen, dus, er was zeker geen haast bij om het boek te openen.

Met mijn handen voelde ik aan de wanden van de ruimte. De stenen waren zacht, en voelden zeer koud aan. Ik wist dat aan de andere kant van deze ruimte mijn slaapkamer was, en ik had altijd gedacht dat de openhaard ooit als centrale verwarming had gediend De schouw stond zo mooi in het midden. En dat de muren, die deze schouw maakten tot wat ze was, opzettelijk heel dik waren gezet, zodat de stenen, eenmaal als ze warm waren, nog lang zouden nagloeien.

De realiteit van een geheime kamer had ik nooit kunnen vermoeden. Moest ik het vertellen aan m'n vrienden, ze zouden denken dat de fantasie die ik nodig heb om m'n boeken te schrijven tot mijn werkelijkheid was geworden. Zoals een acteur die de rol die hij moet spelen niet kan loslaten en maanden lang in die andere realiteit blijft leven.

Eerst moest ik de teakhoutenkast nog anders zetten, want geen haar op mijn hoofd dacht er nog aan om de waardigheid van de schouwmantel aan te tasten. Met hetzelfde gemak sloot de haard zich terug tot een rustiek ogende plek, waar menig mens van droomde om bij een gezellig vuurtje in de grote sofa een boek of een gedicht te lezen.

Heel wantrouwig begon ik de oude gedeelten van het huis beter te bekijken. Waren er nog meer van zulke fratsen, waardoor mijn huis veel meer werd dan enkel een huis om in te wonen ? In de kelder had ik vroeger al gezien dat de ruimte waar men de flessen wijn legde, potsierlijk oogde. Niet heel het huis was onderkelderd en hierdoor maakte ik direct de bedenking dat onder de vloer van de kamer waar geen kelder was, misschien toch wel een ruimte was.

Hoe goed ik ook keek en mijn vingers liet glijden over de kieren, waar duidelijk wel leven in zat, niets kon mij overtuigen van een mogelijke geheime deur of doorgang tot de andere realiteit.

Nadat ik de kast een beetje had beschadigd, zodat ze toch tussen de muren kon en de schouw niet verstopte, en ik al de spullen die daarin moesten, heel netjes had ingeladen, nam ik de stofzuiger om het laatste stof en zaagsel van de grond weg te zuigen.

Ik opende de haard weer, en nam het boek van de tafel. Je kon heel goed zien dat het stof het boek omsloten had, want de omtrek van het boek was achtergebleven als een spiegelbeeld in een vijver.
Het was een zwaar en zeer mooi boek. De buitenkant was van leer en er zaten grote nagels in de kaft zodat het leder bleef zitten op de blijkbaar houten binnenkant van de kaft.

Met mijn vinger volgde ik de patronen die de maker van dit stukwerk had achtergelaten. Ik probeerde te verstaan wat hij had willen zeggen. De gouden letters waren niet vergaan of beschadigd. Het was net of het boek pas van de boekbinderij kwam en het bladgoud dat de letters had gevormd, nog maar net was gegoten.

Het slot was van koud ijzer en zag heel zwart. Waarschijnlijk was het zo gesmeed, dat forceren weinig zin had.
Het fijn uitgewerkte beslag dat het boek moest beschermen was zo mooi verzorgd dat ik het eerst niet durfde aan te raken, uit angst dat ik het zou beschadigden. Naarmate ik het boek beter had bekeken, hoe meer en meer ik ervan overtuigd werd dat dit mooie kunstwerk wel tegen een stootje kon.

Ik had uit de kelder mijn halogeenlamp meegenomen en zette het ding midden in de kamer die eeuwenlang verborgen was gebleven voor het blote oog. Ik zag aan de achterkant van de schouw een hendel, en toen ik die omdraaide, sloot de deur van de haard zich terug naadloos in haar voegen. Nu zat ik binnen in de kamer en het voelde zelfs niet eens benauwd.

Het hendeltje bedienen was als een fluitje van een cent, open, toe, open, toe, en er kwam zelfs geen piepje uit de vele scharnieren die deze deur bedienden.

De letters op het boek kende ik wel, maar het woord dat er stond was voor mij onleesbaar. Het was geen Nederlands en zelfs geen Europese taal.

Met mijn hand wreef ik de kaft stofvrij en toen mijn hand over de gouden "O" wreef, voelde ik dat achter dat bladgoud een heel mechanisme zat. Zie je wel, dit boek heeft geen sleutel nodig, enkel een liefde volle hand.
Het slot viel als een voorschoot van het boek af en ik zag dat het boek zich zette om geopend te worden.

'Het geheim van een gelukkig en lange leven'. Deze zin, in mooie letters geschreven, stond op de eerste pagina achter de harde kaft.

Waarom moest deze wetenschap eeuwenlang in een boek, achter slot en grendel, verborgen blijven ? Had de mensheid dan geen recht op een gelukkig en lange leven ?

De tweede pagina was leeg, ook de derde, de vierde, vijfde, zesde, zevende tot de laatste pagina toe. Al de andere pagina's van het mysterieuze boek waren leeg. Was dit een vergissing ? Of zat er weer een of ander mechanisme te wachten om de letters op het blad te krijgen ?
Of was degene die dit allemaal gemaakt had, er pas aan begonnen en heeft die het nooit kunnen afmaken ?

Vragen die ik spontaan opriep, omdat hetgeen ik zag niet kon plaatsen in het referentiekader dat ik mezelf had opgelegd.

Ik zette me op de stoel, die daar zo uitnodigend op me stond te wachten. Eeuwen heeft die er gestaan, zonder dat er iemand naar hem had omgekeken. Met de lamp scheen ik naar de zoldering van het kamertje. De zoldering was beschilderd met een zeer mooie fresco. De motieven waren zo goed gekozen, dat ik me er direct thuis bij voelde. De verwondering die ik op dat moment opdeed, maakte me voor m'n gevoel, tot een ander en vooral nieuwe mens.

Toen plots begreep ik het werk van de kunstenaar die dit gemaakt had. Het geheim van het gelukkig en lange leven, zijn deze witte pagina's.
Mensen die hun leven zo voorspelbaar invullen, kunnen enkel door de grijsheid van hun bestaan, ongelukkig blijven. Er is geen uitdaging en geen verwondering meer, want alles is voorspelbaar, ingevuld, dat de verrassing geen element meer kan zijn in het leven.

Ik besefte dat mijn leven zelf mag maken en ikzelf er voor verantwoordelijk voor blijf.

De nieuwsgierigheid was geëvolueerd tot verwondering. De drang om te weten mag nooit de verwondering verdrukken.

Wie zich kan verwonderen, blijft langer leven en is gelukkig. Want elk detail, hoe klein ook, is een kunstwerk waar ik uren naar kan kijken. Verwondering voor wat is, kan geen mens verzuren. Zure mensen leven niet lang ...

Ik legde het boek mooi in haar schaduw terug. En zorgde ervoor dat het slotje dat zo vakkundig was ingewerkt, het boek terug deed sluiten. Ik sloot de deur van de haard en ik moet zeggen, ik heb ze sindsdien niet meer geopend. De les die ik daar geleerd heb, is als een waarheid geworden in mijn leven. Waarom zou ik deze stille waarheid laten teniet doen door ramptoeristen en andere niet geïntresseerden ? Het mocht geen banaliteit worden.

Nu zoveel jaren later vertel ik u dit geheim. Want als ik er niet meer ben, wie zal die les dan nog verder vertellen ?


 

feedback van andere lezers

  • SabineLuypaert
    in de eerste zin mag erge,s een komma van mij, hij lest hijgerig nu ;) voor een astatiekerken
    oooo dat wil ik ooit ook eens meemaken, zo recht uit een filmke(smile) draaideurschoorstenen met schatkamers erachter
    de omtrek van het boek was achtergebleven als een spiegelbeeld in een vijver
    ivo: bedankt
  • RolandBergeys
    -sierlijk gesmeed, niet gesmeden;
    -mooi versierde ogen (niet - versierden);
    -wie me leest, weet dat wel (niet die-)
    -zonder dat een mens ze had waargenomen (niet hen);
    -wist dat het huis een oud kader had (geen oude-)
    -waar men de flessen wijn legde, niet legden;
    -er heel potsierlijk bij lag, of heel potsierlijk oogde;
    -naarmate, niet naar mate;
    -mensen die hun leven zo voorspelbaar invullen, kunnen (niet
    die kunnen);
    -alles is zo voorspelbaar ingevuld;
    -wie zich kan blijven veronderen, blijft langer... (niet die-).
    -verwondering woor dat wat is (niet hetgeen);
    -laatste zin: wie zal die les dan voortvertellen?...

    Je zit regelmatig met herhalingen ook:

    ik had het huis gekocht en wist wel dat het huis een oud kader had:

    en wist wel dat het een oud kader had is even duidelijk, en je herhaalt niets.

    In meerdere zinnen ga je gekijkaardig te werk, je kan de zaken gemakkelijk oplossen met een aanwijzend voornaamwoord ipv het zelfstandig naamwoord te herhalen.

    Tip: lees je verhaal luidop, dan valt het op dat het ritme stokt door die herhalingen, je verveelt jezelf zowaar. Door luidop te lezen, valt dat alles op, je schrapt daarna, en brengt zo vaart in je vertelling.

    Toch is die boeiend qua gegeven.
    ivo: ik ben blij met de moeite die je doet
  • Ghislaine
    Mooi. Decorfouten zijn reeds aangegeven.
    ivo: bedankt
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .