writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Reiskroniekje: Techero

door RolandBergeys

"Nog acht kilometer," schatte ik, "dan ben ik in Can Frêt," het 'koud huis', zoals de ranch waar ik sliep werd genoemd, "de paarden zullen snuiven en de honden zullen grommen, tot ze mijn lijfgeur herkend hebben…"

Vermengd met de allerzuiverste Mallorcaanse zeelucht dan wel, musk, en brandy, veel brandy. Industriële hoeveelheden had ik ervan achterover gekieperd! Dommerik, ik was een arme idiote staljongen, een zielig hoopje mens, ging het door me... Maar goed: Can Frêt wàs koud, want de bouwheer was vergeten dat dikke muren je woning in de zomer wel tegen de hitte beschermden, maar dat ze 's winters de kilte evenzeer binnen hielden.

Acht kilometer, al was het moeilijk schatten bij het licht van de koplamp van mijn brommer. Ze projecteerde een klein cirkeltje op de zandweg die door het landschap slingerde. Tegelijkertijd stak een bries op, die me vertelde dat er storm op komst was - juist nu!… Ontelbare keren had ik deze weg genomen: met de auto, de bromfiets, te paard, soms fluitend, soms neuriënd, soms pratend met andere ruiters, of kankerend op hun onredelijke angst. Vooral de Britten hadden die dagen een bijzonder flauwe afvaardiging naar de Balearen gestuurd: geen spoor van raceground- of cross-countrylovers, neen, zonder onderscheid waren ze bloednerveus wanneer hun knol ook maar even opkeek, en stamelden ze oneliners gelijk "O my goodness," en "God bless us."

Hoe dan ook, ze waren uit vrije wil op een paardenrug gekropen, en van het feit dat ik, vreemdeling uit een ver land, daar mensen mee op tocht mocht nemen, genoot ik elke keer. Die schitterende kronkelwegen te paard nemen, was gewoonweg een zaligheid. Te voet was wat anders: te voet was een marteling, midden in de nacht dan nog! De band van de mobylette was echter lek, ik kon niet anders - pure horror was het, zeker wanneer je aangeschoten van een dancing kwam. Die dingen spookten door mijn hoofd, toen ik in de verte twee lichtjes zag naderbij komen. Het waren de lampen van een jeep, merkte ik - één van de Guardia zou blijken, want eensklaps flikkerde een blauwe lamp op het dak. Perfect om te ontnuchteren. Hij stopte vlak voor me, twee agenten sprongen eruit, salueerden, keurden dan mijn rijwiel zonder toeter, zonder knipperlichten, zonder verzekeringspapieren. Ik probeerde duidelijk te maken dat ik het daar, en daar alléén gebruikte, op dat wegeltje, dat ik niemand kwaad wou, en dat ik eigenlijk bij mijn Franse vrienden in Can Frêt logeerde. Het ging erin, maar met moeite. Ze waren op zoek, zegden ze, naar Techero…

Techero was snel.
Techero was gevaarlijk.
Techero kende geen medelijden!

Mocht ik hem tegenkomen, dan moest ik hen onmiddellijk waarschuwen. Voordat ik vragen kon stellen, waren ze terug ingestapt, en stoven ze richting zee. Ik keek rond. Een wolk had de maan helemaal bedekt. Wind striemde in mijn gelaat.

Techero… soit.

Ik baalde omwille van de blauwtjes die ik die avond met twee Antwerpse meiden had opgelopen in de danstent -"Ge stinkt naar paardenmest, vent!" "Neen: musk!" "Neeeneenee: mest!"

Musk dus. En een flinke dosis - musk kwam ook voort van beestjes, was gemaakt om te lokken. En was een vrouw zoeken niet mijn allerenige doel op het eiland?… Pas toen besefte ik zelf hoe broos het idee was. Het had ook geen enkel resultaat. Ik zou er evenmin een op het lijf lopen tijdens de harde tocht die me wachtte tussen de rotsmuurtjes en de eindeloze amandelvelden. Ik keek terug naar m'n brommertje: waarom ook, zou ik het niet achterlaten en het later ophalen?…Wie zou op dat tijdstip nog over deze paden dwalen?… En wie zou zo'n krat willen stelen?… Juist toen ik daad bij woord wou voegen, voelde ik de beweging in mijn rug. Niet meer dan een zucht was het geweest, maar ze had me doen ineenkrimpen. Daarop wipte een schim over het muurtje naast me. Mijn hart bonkte, en ik liet de bromfiets vallen, het gekletter van het ijzer op de weg maakte me nog banger.

Met de pomp in aanslag wachtte ik af.

Wat geritsel. Gehijg. Stilte.
De wolken. De wind. En ik.
Weer geritsel. Ik hield de adem in, ik zou mijn vel duur verkopen!

Toen de schim weer te voorschijn sprong, kon ik evenwel amper een kramplach onderdrukken: voor mij stond zowaar een hond, een hazewind om precies te zijn! Hij wachtte, wipte terug over het muurtje, en deed dat nog een keer over. Waarschijnlijk was het dier ook eerst net zo bang van mij geweest… Ik klakte met de tong, en dat moest vertrouwen geven, want het kwam kwispelend op me af, likte mijn hand, en jankte zachtjes terwijl ik de brommer dan toch maar voort sleurde.

"De Guardia heeft hem Techero gedoopt," zou de rancher me later vertellen. Hij dankte de naam aan de militair die in negentien eenentachtig zijn putch in het Spaans parlement zag mislukken, en was dus het symbool van de jager die zelf wild geworden was. De hond stal pluimvee of leefde van vuilnis, zijn baas was vorige maand gestorven, hij was op de dool geraakt, en de Guardia had gevreesd dat hij van honger mensen zou aanvallen - vandaar…

Dansend was Techero me gevolgd tot in Can Frêt, aanvoelend dat hij daar een nieuwe thuis zou vinden. Met enig gevoel voor drama, kon ik stellen dat ik het ontstaan van een plaatselijke legende in de kiem had gesmoord: geen Hound of the Baskervilles in het dorp dus, en dat viel voor iedereen mee: de hond zelf, de boeren omdat ze niet meer voor hun vee hoefden te vrezen, en de toeristen - vooral dan de Engelsen, zij waren er toch niet zo moedig.


Hoppa, het bed in - geen vrouw, maar een hondje rijker!…


xxx


Techero komt uit Fritto Mallorquin, een plaatselijk soort hutsepot. Met John Willaert en Perre de Amberes trek ik rond met mijn kronieken over Mallorca en zijn bewoners. John en Perre spelen prachtige flamencomuziek, ik vertel.

-vorige stukjes: Nor en Gastarbeider
-volgend stukje: Cactus

 

feedback van andere lezers

  • miepe
    weer mooi meegelopen!
    RolandBergeys: Dank je, Miepe. reisherinneringen uit een vorig leven.
  • ERWEE
    Spannend, zo 's nachts op een bandiet stuiten. Zeker zo'n viervoetige bandiet.
    RolandBergeys: Dank je, Erwee, je had het moeten meemaken ...:))
  • aquaangel
    hoe moet ik het woord
    soit interpreteren?
    tja klinkt misschien dom maar ja ik doe niets met de ander Taal he.. en dat amaai gebeuren en zo ken ik ook niet dat lees ik ook wel eens in verhalen, maar wel graag gelezen;

    geen vrouw..........euh wel die hond met rust laten dan!

    op naar Charo!


    RolandBergeys: soit betekent een beetje: het zij zo.

    Dank voor je fb, Aqua!
  • ivo
    Charo - van reinheid?

    Mooi, ik lees zoiets wel graag
    RolandBergeys: Niet echt van reinheid, Ivo. Dank je voor je fb!
  • Ghislaine
    Mooi.
    RolandBergeys: Dank je, Ghislaine.
  • SabineLuypaert
    wat een zaaaaalig stukje, helemaal hemels omdat het een lief hondje betreft (smile) die vooringenomenheid he van de mensne tsss, dat beestje moet toch ook eten (smile)
    RolandBergeys: Dank je, Sabine, dat vond ik toen ook.
  • Theo_Roosen
    Ja, Roland, it keeps going, hé. Hoe meer ik van je lees, hoe meer me de goesting vergaat om zelf nog een letter op papier te zetten. Je weet alles zo meesterlijk mooi te beschrijven. En dat je de taal volledig beheerst, dat zal voor iedereen wel duidelijk zijn zeker. Ik wou dat ik het kon Roland. Maar ja wat wil je, heel mijn leven met cijfertjes gewerkt. En met cijfertjes schrijf je nu eenmaal geen boeken. Groetjes, van een fan.
    RolandBergeys: Cijfertjes, Theo, zijn voor mij één groot mysterie. En ik beheers de taal niet volledig (haast niemand doet dat), ik doe m'n best, ben een creatieveling om het zo te zeggen. Ik heb wel het gevoel dat ik iets te vertellen heb.
  • kronos
    mooi Roland, Hound of the Bakservillers ( AC Doyle ) heb ik gelezen.
    RolandBergeys: Hehe, dank je, Dirk! Alleen was dit echt.
  • remy
    Ik ben gek op lieve honden en dit is een lieverd in een mooi verhaal.
    RolandBergeys: Dank je, Remy! Hte was nochtans een bange nacht, toen,.
  • Lucky
    graag gelzen en op het eind een lach ..geen vrouw maar wel een hond
    RolandBergeys: hehe, dank je, Lucky!
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .