writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Mijn beest

door bellehelene

Het eerste begin bedreigt me, ik leef in verhouding met een beest. Het beest, mijn eerste begin, het streelt mijn ego in de wereld, en scheurt mijn kleren in onze ontwikkeling. Ik kan wel schreeuwen als het komt, maar enkel een zachte kreun ontsnapt aan mijn lichaam wanneer mijn eerste begin me inhaalt. Elke fascinatie staat stil, ik lig even verloren over jouw schouder, als jaren geleden. Voor even weer kind, ondanks mijn denken, laat ik even mijn kleine ik door. Ik kan niet wenen, maar ik voel me zwak, ik glimlach zacht. Jouw armen duwen me weg en ik laat me op de grond vallen, je kijkt me aan.
Mijn beest neemt de overhand, ik verover je, maar ik kan geen moeite doen. Je wilt mij veroveren, mijn redder zijn, en ik wil jou. Ik wil je niet slaan, wegduwen, wil me laten veroveren, maar het mag niet voorbij zijn. Ik ril en ga zachtjes zitten, ik denk : waarom wil ik me laten veroveren? Ik denk aan mijn eerste vriendje, we hielden nooit handjes, hij lachte ik lachte, voor even was dat genoeg. Ik verbood hem en hij genoot, hij deed wat ik verbood. Ik zie hem in jou, ik zie hem in elke jongen. Zijn gezicht achtervolgt me.

Het meisje, dat naast ons staat, lacht zenuwachtig. Ik kijk haar aan en wil haar weer laten geloven dat ik geen beest in me heb, maar dan is alles voor niets geweest. Ze kijkt me geschokt aan en zegt "hier wil ik niet bij zijn, hier moet ik niet bij zijn". Ik zeg heel geleerd "Jawel!" terug. Haar ogen zijn klein en zo kijken ze ook, eng bijna, ik voel me alsof ik naar iets opgesloten kijk. Ik kijk weg.
Ik kan niet wenen, ik kan je niet vasthouden, je staat ik zit, je zwemt weg, fietst weg, terug naar wat ik al jaren niet meer ben. Of al jaren niet meer hoop te zijn, ik vraag me af "hoe doe je het toch?"
Nog even dringt het gras tot me door, ik vervloek mijn woorden, ik vervloek het verwarde meisje dat daar staat. Waarom koos ik ervoor haar mijn beest te laten zien en zo elk spel met jou, de kleine jongen, te laten varen? Ik wil terug, eindeloze momenten terug, ik wil mijn eerste vriendje dumpen voor ik verbieden moest, ik wil haar niet kennen, ik vervloek haar. Het water dobbert in golfjes voorbij en schijnt oneindig door te drijven naar verder, druppels die miljoenen jaren later, pas dan, terug op de exacte plaats zullen vallen, misschien. Mijn beest zwemt weg, verdwijnt gebogen in het water en ik streel de misvormde schouder met mijn blik. Haar haar klit samen in het water en het beest valt waterig uit elkaar.

En alles is voorbij, het meisje is mij als idool kwijt en ik ben jou, mijn jongen, ergens verloren. Plots ben je echt weg, heb je het misschien toch begrepen, en ik mis je. Ik lijk verscheurd en haat mijn beest meer dan ooit. Ik verlang naar jouw jonge handen , die van de verleider die plots wegging. Jouw kus was afscheid en ik was gebroken, maar speelde mee, ik kuste je weer. Je fietste gehaast weg, plots riep je mijn naam, ik keek op. Aan de overkant van de glanzende druppels fiets je voorbij en je hand beweegt. Hoog in de lucht klieft het je hoofd eerst in twee en bevrijdt dan je zicht van zichzelf. Ik lach, ik kan niet meer, ik ben kapot, 'k wil geen komedie meer spelen. Straks ga ik naar huis, ik ga daar anders wezen, vrij van enig beest. Zo meteen beter komedie spelen dan ooit tevoren, me volledig storten op het onmogelijke en ik neem haar mee. Ik spreek in metaforen, ik zwijg over namen, en sterf bij elke metafoor iets meer. Geen woord past bij het vurig branden van verlangen naar duidelijkheid. Geen woord kan zeggen hoe ik me voel, geen mens kan me begrijpen via taal, en ik wil niet meer proberen. Waarom elke keer weer trachten het onverwoordbare te verwoorden.

Ik ging naar huis, en nam haar mee, zij sprak wanneer ze zwijgen moest. Ik wou haar weg. Ze maakte mijn scherm onwennig kapot, en dacht niet na over de inslag van haar nagels, enkel de drang te spreken heerste nog in haar woorden. En ik leef nog een beetje, met de kleine verbrokkelingen van mijn masker angstig voor mijn gezicht houdend glip ik tussen hun speculaties door naar de wonderlijke hemel, waar mijn schild zich zacht hersteld in hun vergetelheid, en ik mijn wonden schoonlik bij het branden van maanlicht.Het raam kijkt me bevrijdend aan wanneer ik stil de trap erlangs opsluip. Ik keer het de rug toe en scheur krakend de schuifdeur open. Met een klap glijdt hij achter mijn rug weer dicht, en ik strompel samentrekkend naar mijn bed. Ik bots met mijn hoofd tegen de rand van het meubel en draai walgend tussen de dekens.
Het doet pijn tussen mijn ribben, ik kreun zacht en plooi dubbel. Ik kruip naar de wc en kots alles weg, maar gal blijft branden in mijn hoofd. Ik was mijn handen en gezicht voor de vuile kleine spiegel en denk aan het vluggertje van vorig week. Waarbij ik naar zijn been keek, dat bij elke stoot verdween achter het mijne.

Hij vond het niet leuk, "nooit meer vlug" zei hij. Ik lachte en beaamde zijn woorden met een kus die eindeloos lang de stilte verkleurde tot een kleed van paarse bloemen dat bebloed door de handen van een zwarte man glijdt. Plot zag ik hem graag, hij sprak. Ik verlang naar zijn lichaam en eeuwige omhelzingen die nooit in tijd verloren gaan, en die herhaaldelijk in daden aangehaald worden. Ik wil bloederige liefde, die me doorboord met een lichaam, me niet heel laat, me verscheurd zodat ik geen beest meer hoef. Enkel nog soms eens zwaaien naar de donkere gedaante die in het water tevoorschijn sijpelt. Ik word gebeld, het is een meisje, ik ken haar stem niet. Ze zegt jouw naam, ik schrik wakker en in een samentrekking van mijn hand steek ik de tv aan. Een afgerichte stem, een bulderende troep honden in koor, jouw foto. Een jongen is van de weg gereden, zomaar het water in, hij verdronk samen met zijn fiets, zijn hoofd had de rand geraakt van een steiger waarvan later bleek dat die van zijn vader was. Mijn zus die luid zuchtend en hevig snikkend achter me kwam zitten, vroeg of er niets leuk op tv was. Ik keek naar achter en een traan ontsnapte mijn ooglid, dat nog hevig trillend trachtte die terug te grijpen. Ze vroeg of er wat was, ik zei dat ik mijn lens goed ging steken, had er wat last van gehad vandaag.

Het regende, en ik ging rillend op de tafel in de tuin liggen. De volgende morgen hoorde ik mijn moeder boven wakker worden en mijn naam roepen vanuit haar kamer, ik snelde naar boven, lachte en zei dat ik vertrok, ik pakte mijn rugzak, stapte de beestige wereld in. Op een oude fiets in de garage zat mijn beest, lachend, ik omhelsde het met hevige haat, en draaide mij terug de leegte in. Ik groette het leven.

" Tot ooit!"

 

feedback van andere lezers

  • thijl
    Nou! Wat een bloemrijk stuk qua taal. De 'Jekyll en Hyde' persoonlijkheden die strijden om voorrang in de hoofdpersoon worden uitstekend beschreven, net als de twijfel die erbij hoort. Heel graag gelezen, ik wilde maar dat ik zulke fraaie metaforen kon verzinnen, zucht... ;-)

    Enkele vrijblijvende tipjes:

    -Jouw armen duwen (-w in duwen)

    -de kleine verbrokkelingen van mijn masker angstig voor mijn gezicht houdend, glip ik tussen hun speculaties door naar de wonderlijke hemel, waar mijn schild zich zacht herstelt in hun vergetelheid (+ komma tussen twee pv's en d= t in herstelt en overigens een heel fraai voorbeeld van jouw vermogen om te schrijven in treffende metaforen!)

    -Waarbij ik naar zijn been keek (waarbij aaneen)

    -Plots zag ik hem graag (+s)

    -die me doorboort met een lichaam (d=t)

    -en hevig snikkend achter me kwam zitten, vroeg (+komma tussen twee pv's)

    -ik pakte mijn rugzak, stapte (+ komma)

    - Je hebt wel alinea's gebruikt, maar doordat je geen witregels gebruikt hebt, en omdat dit een vrij compact en dichtopeengeschreven stuk tekst is, raakte ik af en toe van de wijs tijdens het lezen vanaf een schermpje. Wellicht wil je overwegen om toch witregels toe te passen als aanduiding van alinea's om het lezen te vergemakkelijken?

    groet,
    bellehelene: Waaw bedankt voor de lof, ja er staan nogal wat rare fouten in. Bedankt voor het advies
    xxxxxxxx
  • SabineLuypaert
    waaw, een erg intrigerend stukje :o ik ben benieuwd naar nog (smile)
    bellehelene: bedankt, er is meer. :)

    xxxxx
  • dichtduvel
    Hier ben je wel even goed bezig! Verrassend gewoon, Jef
    bellehelene: merci
    xxxxxxxx
  • vansion
    jij hebt iets te vertellen én talent
    ('t geduld om af te wegen komt later wel)
    ik vind het stukje niet dat je me aanraadt

    ps als je eens véél tijd hebt een aanrader om te lezen (geen roman, wel kei-interessant ... je vindt de inhoud wel op internet):
    C.Pinkola Estés, Women who run wth the wolves in 't Nederlands vertaald: 'de ontembare vrouw'

    (moest aan dat boek denken toen ik dit las)
    bellehelene: bedankt
    het stukje had ik veranderd van titel, maar was het vergeten, nu is het " Parijse nacht".
    Ik zal het eens zoeken, bedankt h?.
    xxxxxxxx
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .