Volg ons op facebook
|
< terug
Memoires van een jonge dorpsmuzikant. Deel 2.
De hele winter werd er op de vaste dinsdagavondrepetities gestudeerd aan het nieuwe repertoire en de concerten tijdens het seizoen 1968 waren van een plus-minus goed gehalte. Alles ging zijn gewone gangetje, tot op het moment waarop een situatie voor grote opschudding zorgde binnen leven van onze muziekvereniging.
De broers Jozef en Gerard Vanderhallen gaven prompt hun ontslag. Jozef, die jarenlang de Bugelsolo-partij geblazen had en tevens onze onderdirigent was, en Gerard, die al even lang gekend was als een der beste Cornettisten van de streek, kwamen niet meer.
Daar moest zo vlug mogelijk een mouw worden aan gepast. Twee jonge muzikanten, beiden amper vijftien, kregen de verantwoordelijkheid om hun verdwenen voorgangers te doen vergeten. Jo Vranken werd de nieuwe Bugelsolo, en ik, René Corvers, werd de opvolger als eerste Cornettist. Kortom, men zou de gebroeders Vanderhallen eens laten zien dat het zonder hen ook zou lukken.
Gedurende de nieuwe winterperiode werden alweer een aantal nieuwe werken aangeleerd. Door het wederzijdse vertrouwen tussen de heer Otten en zijn twee vijftienjarige 'chefs de pupitres', werd het eerste concert bij Sint-Cecilia Rekem een geweldig succes. Nooit voordien was er daar zo geluisterd naar onze vereniging. De daarna volgende concerten over het seizoen 1969 werden met hetzelfde animo en succes afgewerkt. De vereniging maakte dat jaar een zekere vooruitgang, waarin Jo en ikzelf zeker ons deel hadden.
Tijdens een van de dinsdagse repetitieavonden kwam het dan ook zover dat we beiden, na een korte stemming, de job kregen van onderdirigent. De afspraak die daaromtrent gemaakt werd, was deze: Jo zou fungeren als tweede dirigent voor het buitengebeuren, bijvoorbeeld tijdens wandelconcerten, enzomeer. Ikzelf zou onze dirigent vervangen op de repetities of eventueel tijdens een optreden.
Vermeld moet hier worden dat de heer Otten reumalijder was, waardoor het kon voorkomen dat hij tijdens de winter wel eens belet moest geven. Met onze aanstelling als zijn vervangers zou het muzikale leven altijd zijn gewone verloop hebben.
Ook voor wat betreft het geven van notenleerlessen aan jonge nieuwkomers kregen we beiden een deel van het werk toegewezen.
Gezegd dient evenwel dat bovenvermelde stemming en aanstelling gebeurde op mondelinge basis. Het onderlinge vertrouwen was groot genoeg en zo'n afspraak vastleggen op papier hoefde niet.
Tegelijkertijd met deze periode werden Jo Vranken en ikzelf ook lid van de Koninklijke Fanfare Sint-Jozef te Kotem-aan-de-Maas. Op vraag van de heer Otten, die ook daar het dirigeerstokje hanteerde. We waren nog steeds minderjarig, hij haalde ons op de zondagvoormiddag aan huis af, we speelden onze werken, en over de middag zette de dirigent ons weer af aan de voordeur.
We maken nu even een zekere sprong vooruit. Periode waarin het fanfareleven in het eigen dorpje de gang van zaken aldoor bleef aanhouden. Alzo komen we toe aan een volgend voorval.
Het was tijdens een uitstap met de fanfare van Kotem, dat de dirigent ons zijn plan bekend maakte om de Koninklijke Fanfare Sint-Martinus om te bouwen tot een harmonie-orkest. De heer Otten legde ons zijn plan uit en vroeg daarover onze mening. Zowel mijn vriend Jo als ikzelf zagen direct enkele voordelen om die stap te zetten. We wezen de dirigent er wel op dat er dan op het gebied van groepstucht veel zou moeten veranderen, en wel vanaf het eerste ogenblik. Nu, die tucht zou er komen, aldus de heer Otten.
Wij beiden dus akkoord. Alvast in zoverre dat we in elk geval tijdens een bestuursvergadering over bedoelde hervorming een mondje zouden helpen bij de uiteenzetting van het plan.
Hier wil ik even melding maken van het feit dat ik in het jaar van deze veranderingen - we schrijven 1971 - reeds sinds enkele jaren ingeschreven was als full time-leerling aan de Gewestelijke Muziekacademie, enkele gemeenten verderop. Meerbepaald sedert september 1969.
Op het ogenblik dat onze muziekvereniging omgevormd werd van fanfare naar harmonie-orkest, was ik eveneens ingeschreven als student aan het Koninklijk Vlaams Muziekconservatorium te Antwerpen. Wat sinds 1965 mijn hobby was, zou na de studies aldaar mijn beroep worden. Dat stond vast.
feedback van andere lezers- muis
Hey ERwee,
Een mooi opgebouwd stuk. Heel duidelijk."Chefs de pupitres", prachtig uitgedrukt.
Je eindigt wel spannend:) en ben benieuwd naar het vervolg:)
Opmerkinkjes als ze terecht zijn tenminste:) Ik kan verkeerd zijn
§3: 2 de regel: een mouw aan passen
§6: Ook voor wat betreft (voor wat ) van elkaar?
Groetjes!
Muis
ERWEE: Zie zo. En het loopt verder.
Zeer bedankt! - SabineLuypaert
van je hobby je beroep kunnen maken :-d dat is HET van HET
ERWEE: Kan ik helegans beamen. Laat Ren? maar doen.
Enne, dik bedankt zinne, deel 3 is in de maak. - RolandBergeys
benieuwd naar deel 3, erwee. Boeiend.
Is het niet rheuma ipv reuma (weet het zelf niet)? En meerbepaald in één woord.
ERWEE: Blijkbaar is het toch wel 'reuma'.
Het andere heeft beide mogelijkheden, ga dus ne keer kijken naar mijn contextje.
Zeer bedankt! - louisaatje
tot aan het moment dat= tot op... / Periode waarin... aanhouden', wat betekent deze zin?
graag gelezen, ook al hink ik wat achterop
ERWEE: Periode dat het dorpse blzersleven bleef voortkabbelen als een vissersbootje op een Fins meer. Iets in die zin, denk ik.
En bedakt hoor! - Theo_Roosen
ERWEE. Ik ben volledig een leek wat fanfares en harmoniën betreft. Is het mogelijk mij het verschil uit te leggen tussen een harmonie en een fanfare ? Zit ik al veertig jaar mee verveeld.( Niet lachen hé ) Groetjes, Theo.
ERWEE: Goede vraag. Eeen fanfare bestaat enkel uit koperblaasinstrumenten en slagwerk.
In een harmonie zitten ook de houtblazers er bij: klarinetten, saxen, dwarsfluiten, hobo's . . . + koper + slagwerk.
Tegenwoordig gaat dat natuurlijk veel verder dan destijds.
Zeer bedankt! - Henny
Altijd leuk om van je hobby je beroep te kunnen maken.
ERWEE: Benieuwd naar je volgende indrukken. - jbrouns
Ook dit deel leest eerder als een verslag dan als een verhaal, maar dat is dan misschien ook de bedoeling? Allemaal wel zeer duidelijk en verzorgd verwoord, ik mis alleen nog wat actie, maar ik voel dat er iets te gebeuren staat.
ERWEE: 't Is dus inderdaad een soort feitnverslag van de lopende periode, over meerdere jaren.
En Ren? Corvers dankt u andermaal.
|
