writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Roman-in-wording .11

door RudolfPaul

In het schemerdonker van de vroege ochtend lag ze er over te piekeren. Hein had zonder een woord te zeggen het bed verlaten. Ze hoorde hem vaag bezig in de badkamer en even later in de keuken. Nooit had hij het er met haar over willen hebben. Iedere gedachte om samen eens naar de huisarts te gaan en er over te praten wimpelde hij af. Het initiatief was weer van haar uit gegaan. 's Ochtends vroeg was immers de beste tijd - de ochtendstond heeft goud in de mond. Ze wilde beslist een kindje, nog een... Voordat het voorgoed te laat was. Maar het lukte hem gewoon niet, hij kreeg het gewoon niet voor elkaar. Schijt er maar op want het is een ding van niks, dacht ze bitter. Het was de clou van het kindermopje dat dat leuke ondeugende patientje haar de de vorige dag verteld had. Ronnie. Ze had eerder een moppenboekje voor hem gekocht. Annemarie, ik weet er nog een, had hij geroepen toen ze langs zijn bed liep. Ze was naast hem komen zitten met haar arm om hem heen. Ze moest al lachen als ze zijn guitige rattenkopje zag, met die twee grote voortandjes. Staat niet in het boekje, zei hij. Een boer gaat met zijn lul naar de dokter omdat hij hem niet omhoog kan krijgen en de dokter zegt doe hem dan omlaag en tussen je benen door en helemaal naar achter zo ver als je kan, de man doet dat en de dokter zegt schijt er maar op want het is een ding van niks. Geproest en geschaterd hadden ze samen.
De keukenradio werd uitgezet. Ze hoorde zijn stappen in de gang bij de kapstok. De voordeur werd van het slot gedraaid en achter hem dichtgetrokken. Tijd om zelf uit bed te komen en onder de douche te gaan. Ze moest opschieten. Gelukkig hoefde ze maar een kleine honderd meter te lopen naar het ziekenhuis waar ze drie maal in de week als gastvrouw werkte.
Op de afdeling hoorde ze dat kleine Ronnie de vorige avond naar huis was gegaan. Alles was goed met hem. De Amerikaanse jongen, James Creely, een knul van achttien die een motor-ongeluk had gehad, was met bed en al naar een apart kamertje gebracht waar het een beetje rustiger was. Hij had nog steeds die hardnekkige fantoompijnen in zijn geamputeerde onderarm. 's Nachts deed hij geen oog dicht, de nachtzuster had hem nu wat sterkers gegeven. Voor ze zijn kamer betrad moest ze maar even eerst voorzichtig om de deur kijken of hij nu wel sliep en als dat zo was hoefde ze hem niet terug naar de zaal te brengen.
Annemarie nam eerst een kijkje in het dagverblijf. Daarna opende ze het vertrek van James. Een karretje met een emmer, dweil en andere schoonmaakspullen stonden op de gang. Hij staarde naar haar met vermoeide roodomrande ogen toen ze er binnen ging. Het was een kamer voor twee bedden maar het tweede bed was leeg.
'Amerikaantje leef je nog ieja deeja', zong ze zachtjes. Ze kwam naast zijn bed staan.'En dan hoor jij als antwoord te zingen: Annemarie ik ben er nog... heb mijn drinken opgedronken en mijn eten laten staan... ieja deeja.' Ze wees naar het bord met twee boterhammen met kaas. Ernaast lag een bloknoot en een vulpen. 'Hebben ze je dat liedje nooit geleerd? Hoelang ben je eigenlijk al in Nederland?'
'En jaar of acht,' zuchtte hij.
Ze pakte een verfomfaaid tijdschrift dat open lag op zijn bed.
'Heeft een vriend voor me meegenomen,' mompelde hij. 'Hij kwam het tegen bij de kapper en heeft het voor me meegejat. Het gaat over een man met fantoompijn. Ik heb het nog niet kunnen lezen, mijn ogen zijn te moe. Ik kan ook geen brief schrijven naar mijn vader in Amerika.'
'Zal ik het verhaal over fantoompijn voorlezen?'
Het artikel ging over een taxichauffeur die een ongeluk had gehad en een been moest missen. Met een kunstbeen had hij weer leren lopen en zelfs autorijden. Wel had hij steeds last van pijnscheuten in het been dat hij helemaal niet had. Niets hielp ertegen behalve seks, had hij ondervonden. Gelukkig ben ik dol op seks, verklaarde zijn vrouw, een jonge aantrekkelijke vrouw van begin dertig die met haar diepe decollete wel erg sexy afgebeeld stond op een bijbehorende foto.
'Nou, je weet het. Plenty seks. Een gezonde Hollandse jongen als jij...'
Hij keek haar bedroefd aan.
'Het is te proberen...' zei ze zacht terwijl ze zijn voorhoofd streelde. 'Wil je het proberen.... met mij? Ik ben er gek genoeg voor, hoor... als die deur op slot kon....' zei ze bedachtzaam, 'kroop ik zo even lekker boven op je.'
Een brede grijns verscheen op zijn gelaat, hij keek haar met grote ongelovige ogen aan.
'Wacht, ik kan dat ander bed tegen de deur duwen en de wielen vastzetten. Niemand die de deur dan van buiten nog kan openkrijgen. Wil je dat ik dat doe?'
Hij knikte een beetje verlegen met een dankbare blik in de ogen.
Ze zette het schoonmaakkarretje buiten op de gang precies voor de deur maar nam de dweil en emmer mee naar binnen. Ze scheurde een bladzijde uit zijn bloknoot en schreef er met grote letters op: 'Deze kamer even niet betreden. Werk in uitvoering'.
Het vel papier legde ze voor de deur op de gang. Ze deed de deur dicht, sleepte het lege bed er heen en blokkeerde de wielen. Met grote verwachtingvolle ogen volgde hij haar verrichtingen. Terwijl ze haar grijze schort tot over haar heupen optrok kwam ze langzaam naar hem toe.
'Wacht, ik zal proberen er uit te zien als die vrouw op de foto met haar uitpuilende borsten.' Ze knoopte de bovenste twee knoopjes van haar blouse los. Wie weet, dacht ze, wie weet kan ik binnenkort tegen Hein zeggen dat de wonderen de wereld nog niet uit zijn en dat we wonder boven wonder in blijde verwachting zijn.

 

Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .