Volg ons op facebook
|
< terug
zwart zaad (6)
John staarde me aan maar zei geen woord. Het feit dat hij pep gekocht had bewees dat hij wel geld had en me wel kon terugbetalen. Ik voelde m'n woede opborrelen omdat hij gelogen had maar nog voor ik iets kon doen of zeggen werd ons onderonsje onderbroken door Lea, die bij het opmerken van onze aanwezigheid haar ogen tot twee kwaadaardige spleetjes kneep. Ze kwam tussen ons beiden in staan en staarde ons aan met een blik van hel en verdoemenis, alsof de drietand van de duivel uit haar hoorvlies schoot.
'Wat doen jullie hier in godsnaam?' vroeg ze met norse stem.
'Dag zus', zei John met een provocerende grijns, 'wat leuk om je weer te zien.'
'Dat kan ik niet van jou zeggen', beet ze terug, 'waarom ben je hier?'
'Je een bezoekje brengen.'
'Hoepel dan maar meteen weer op', brieste ze, 'je bezoek is niet gewenst.'
'Kom kom', ging John verder, 'we kunnen onze familieband toch niet zomaar verloochenen. Herinner je je trouwens m'n vriend hier nog?'
Natuurlijk herinnerde ze me nog. Alleen leek het niet bepaald warme en tedere gevoelens op te wekken. Ze liet haar blik op me vallen en bekeek me van top tot teen. Het was een koud en harteloos moment. Een moment van absolute stilstand waarop je het tollen van de wereld welhaast onder je voeten kon voelen trillen. Twee bolle, verleidelijke ogen boorden zich tot diep in de mijne. Het was alsof ik oog in oog stond met de Nefertite, een Egyptische koningin met de zelfzuchtige en verheven blik van een farao die een slaaf keurt.
'Ik vraag het nogmaals', zei Lea tenslotte terwijl ze zich terug tot John richtte, 'wat komen jullie hier doen?'
John legde haar de situatie uit. Dat hij me geld verschuldigd was en dat hij het niet had en of ze het hem niet wou voorschieten zodat hij z'n schuld kon aflossen.
Nadat ze John's onhandige, strompelende verklaring aangehoord had verscheen er een spottende grijns op haar gezicht. Een veelzeggende spottende grijns die me onmiddellijk deed beseffen dat de zaak verloren was. Geen schijn van kans dat ik m'n vijftig die avond zou terugzien. Haar blik sprak wat dat betrof boekdelen.
'Voor wat aanzie jij me?' begon Lea tegen John, 'denk je nu werkelijk dat ik zo idioot ben om jou ook maar één cent te geven? Na alles wat je me al geflikt hebt met je dronkemansgedrag? En jij durft me dan nog om geld vragen?'
'Maar het is niet voor mezelf', wierp John machteloos terug.
'Ik zou willen dat je gaat', zei ze, 'jullie beiden.'
'En mijn geld dan?' vroeg ik.
Ze keek me aan met een strenge, nadenkende uitdrukking op haar gezicht. Haar bolle wangen vertoonden enkele sporen van de blos die ze erop aangebracht had en haar lange wimpers knipperden vluchtig in het rond, als de vleugels van een kolibrie. Maar nog voor ze m'n vraag kon beantwoorden werd haar aandacht volledig opgeëist door een onbekende die iets in haar oor kwam fluisteren. Ze slaakte een zucht, fluisterde iets terug en richtte zich vervolgens weer tot ons.
'Er is een klein probleempje in de tuin', zei ze nors, 'ik moet er even heen. Jullie wachten maar even in de keuken, waar jullie m'n gasten niet kunnen lastig vallen. Dit gesprek is nog niet voorbij.' Daarna begaf ze zich naar de tuin, met een ijskoude air die sterk genoeg was om het smelten van de poolkappen tegen te gaan.
Alles aan haar manier van doen had er trouwens iets van weg. Elk woord dat ze sprak werd met een zelfingenomen, dictatoriale tint gezegd, alsof ze een vorstin was die een stel onderdanen berispte, en als ze stapte dan deed ze dat met de trotse verhevenheid van een ijdele pauw die hooghartig haar kleurrijke verders flaneert. Elke pas die ze zette werd zorgvuldig en gewiekst geplant, alsof ze het hele bestaan, het hele universum vereerde met haar aanraking. Ze waande zich een roos in een tuin van onkruid terwijl ze hoogstens een irritante, jeukende brandnetel was. Ze was verachtelijk en abject, en wat haar des te hatelijker maakte was het voldongen feit dat ze er niet in het minste besef over koesterde. Ze geloofde in haar eigen waan. Ze verzoop in het water van haar hoogmoed. Ze was omgeven door de tralies van haar zelfingenomen waanzin zonder dat ze ook maar één enkele seconde naar vrijheid verlangde. Ze was een zandkorreltje die dacht dat ze de Sahara beheerste en het maakte haar tot een hatelijk schepsel.
In alle stilte begonnen we een plan te spinnen om haar een poets te bakken die ze niet snel zou vergeten…
feedback van andere lezers- Wee
Oef, dat voorspelt niet veel goeds ...
x - killea
Excellent!
xx
j Mephistopheles: Thanks, dear. - koyaanisqatsi
"Spinnen!" zou ik zeggen! Mephistopheles: Hebben we gedaan en het was een gouden wielwebweefseltje haha
grts. - DeKoeneRidder
Ik ben benieuwd!
Gr. DKR Mephistopheles: rara...
grts. - sproet
ik wacht met spanning op wat komen gaat...
liefs, trees Mephistopheles: ..en komen zal het.
grts. - Mistaker
Wat een bitch!
Prima cliffhanger trouwens.
Groet,
Greta Mephistopheles: Dat was ze, ja.
bedankt voor het lezen
grts. - jan
wat gaat dat zijn, ben benieuwd?
grts Mephistopheles: Ze is er nog steeds kwaad voor, hahaha - otiske
Knap gedaan met een heel goed taalgebruik ook.
Graag gelezen weer, groetjes. Mephistopheles: bedankt. bijna gedaan deze reeks.
grts. - lonely1
het boeit van begin tot einde, mooi!!!
liefs, hilde Mephistopheles: Ik doe m'n best, lonely.
bedankt voor het lezen
grts. - Hoeselaar
stel me nu voor dat Nefretite met haar oogwimpers fladderd een beeld dat me in vervoering brengt.
Nee dit heeft niets met jouw verhaal te doen maar het viel me op tijdens het lezen
Willy Mephistopheles: Ik las vroeger veel over de Egyptische cultuur en dan durft het wel eens naar boven komen tijdens het schrijven.
bedankt,
grts. - aquaangel
voor wat zie jij me aan ipv voor wat aanzie jij mij?
Komma voor maar hier en daar?
M'n - mijn -ik blijf volhouden hi hi
leuk weer x Mephistopheles: Soms herval ik in spreektaal, je zal wel gelijk hebben dat 'voor wat aanzie jij mij?' geen correct nederlands is, hoewel het hier wel wordt gezegd
|