< terug
"ZES" - Expeditie naar Mars - Hoofdstuk 1.6 F
We zaten daar even voor ons uit te staren, maar het was nog te vroeg om iemand door de liftkoker te verwachten. Zonder zijn hoofd te draaien vroeg Milo me opeens iets.
"Hoe denk je dat Caitlin haar pak besmet is geraakt?"
Ik moest even denken over wat ik ging antwoorden. Ik had er mijn idee al over gevormd, maar nog niet beslist hoeveel ik daarvan aan Milo kon zeggen. Uiteindelijk zei ik maar gewoon wat ik dacht.
"Als er niemand in de reactor is geweest, kan er maar één manier zijn waarop iemand aan een stralingsbron is geraakt. Door het buiten te gaan halen wanneer de reactor een blokje uitspuwt. Als de stralingsbron in het pak werd binnengebracht, heeft dat het alarm niet doen afgaan."
Het klonk vergezocht. Dat betekende dat iemand ongemerkt in zijn pak de buitenste dokdeur had geopend en op het juiste moment een uitgestoten blokje uit de ruimte had kunnen plukken. Vervolgens moest de moordenaar in spe ongemerkt terug binnen geraken, het ding in haar pak moffelen en op één of andere manier het alarm blijven omzeilen om Caitlin naar alle waarschijnlijkheid in de trainingsmodule te vergiftigen. Aangenomen dat het waar was, volgde daaruit dat iemand in de controlezetel ofwel de moordenaar zelf was, ofwel minstens medeplichtig moest zijn. Een derde mogelijkheid; dat de gezetene misleid was geweest en uit de controlezetel gelokt, leek mij onwaarschijnlijk genoeg om er geen rekening mee te houden.
Het detectiesysteem voor radioactiviteit aan boord was niet geweldig precies, zodat het niet zou afgaan wanneer we allemaal in dezelfde module verbleven. Als levende wezens gaven we nu eenmaal heel wat straling af. Maar de bron die Caitlin doodde zou ongetwijfeld onmiddellijk het alarm hebben doen afgaan, wat nog eens bewezen werd tijdens haar autopsie. Het bleef ook nog een raadsel hoe haar moordenaar Caitlin ongemerkt had kunnen vergiftigen. Het leek me sterk dat iemand even een vitaalpak ongemerkt naar boven en terug kon sleuren.
Milo overwoog mijn verklaring. Hij leek in te zien dat ik gelijk kon hebben, en bevestigde dat dan ook.
"Het is misschien een vreemde, maar toch een verklaring. Het is zeker een mogelijkheid die we moeten bespreken met Zarah en Ben."
Ik vroeg me onmiddellijk af hoe Milo van ons onderzoek afwist. En me bovendien de indruk deed krijgen dat hij zichzelf erbij rekende. Ik schoot dat maar snel op hem af.
"Hoe komt het dat je weet hebt van ons onderzoek? Wie heeft je dat verteld?"
"Weet je dat dan niet? Zarah heeft mijn medewerking gevraagd, ik dacht dat ze dat jou ook wel zou gezegd hebben ondertussen."
"Nee dus, en ik kan me specifiek herinneren dat ik haar had duidelijk gemaakt dat er best niemand meer in zou betrokken raken. Een simpele waarheid van Ben zegt dat we maar met acht zijn, en de moordenaar daarbij is."
Milo gaf me droog de verklaring.
"Zarah had opgemerkt dat als jullie met drie het onderzoek leiden, jullie een blinde vlek hebben. Jullie slapen allemaal op hetzelfde moment."
Eigenlijk had ik er nog niet bij stilgestaan, maar Zarah had gelijk. En als we konden verdergaan op onze nieuwe ontdekking, werd het aantal verdachten veel kleiner. Als er nog iemand moest bijkomen, was Milo geen slecht idee.
"Dat weten we dan ook alweer. Alleen stom dat ik dat op deze manier moet te weten komen."
We zagen tegelijk het blonde hoofd van Anne aan het venster van de liftkoker verschijnen. Ze klom verder naar boven en reageerde gelaten als ze ons zag kijken. Zoals alle vrouwen aan boord zag ze er immers niet onaardig uit in haar nauw aansluitende uniform. Niet fit zijn zou een gans spectrum aan problemen opleveren.
De liftkoker had een ovale doorsnede met de deuren aan de uiteinden. Met de cilindervorm van de lift liet het ontwerp daarom aan de oostkant en de westkant wat ruimte over, maar aan de westkant liep geen ladder, alleen een groot aantal ingekapselde drukleidingen. Wel liep de vloer op elke module door tot aan de lift zelf aan beide kanten, kwestie van erin te kunnen stappen. De uitsparing voor de noodladder in die aansluitvloer liet de gebruiker toe er in vitaalpak door te geraken. Rick paste er maar in als een doos in zijn deksel.
Anne klom heupwiegend naar boven. Mira volgde haar snel en bespeelde op haar beurt onze ogen met haar nog net wat bredere lenden. Ze zag ons natuurlijk ook zitten kijken en wuifde even glimlachend. Voordat ze uit ons zicht klom, speelde nog een venijnig lachje om haar mond. Onze gapende mannelijke kinnebakken vielen blijkbaar wel echt op.
Milo en ik keken ook best even gemeen lachend als lotgenoten naar elkaar. Milo wou iets zeggen, als we uit onze ooghoek alweer de gepakte vorm van Ben zagen verschijnen. Ik hief nog maar eens met wat moeite mijn arm op. Ben trok zijn wenkbrauwen omhoog en deed teken terug met de hand die de metaalkleurige sleutel vasthield, maar bleef verder emotieloos. Hij stapte van de ladder opzij en verdween achter de deur, ongetwijfeld om aan het slot te beginnen morrelen.
[I]
Best handig dat het ganse gezicht zichtbaar blijft in onze pakken.
Ook al staan we onder verbinding met elkaar en de controlemodule.
Zonder mimiek spreken we niet met elkaar, maar bellen we.
[/I]
---------
Wordt vervolgd
feedback van andere lezers- hettie35
Heel mooi geschreven,
groetjes Hettie Wardibald: Zolang het goed blijft gaan..
|