writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

De attractie

door badstop

Ruim tien jaar geleden zijn wij met vrienden van ons naar een absolute topattractie in Engeland geweest. Het ontdekken van dit hoogwaardige culturele genot ging als volgt: In die tijd hielpen mijn vrouw en ik mijn zuster en haar man met een handel in vis in Frankrijk. Zij deden dit samen met een aantal Engelsen. Deze handel was gevestigd in een klein dorpje nabij Calais. Mijn vrouw bestierde het huishouden en de keuken, ik deed technisch werk en was chauffeur.
Dit chauffeuren hield onder andere in dat ik gemiddeld drie keer per week van Calais naar Airport Heatrow bij Londen reed, om daar vis af te leveren. Op de boot waar ik het Kanaal mee overstak, lagen foldertjes over uitstapjes die je kon maken. Een toeristisch treintripje of een kasteel met een tuin en ook The Canterbury Tales in Canterbury. Deze laatste attractie trok mijn aandacht. Het foldertje stak ik in mijn zak, met het voornemen om daar ooit een dagje met mijn vrouw heen te gaan.

Een paar weken later gingen we voor een aantal dagen naar Nederland, om thuis wat dingen te regelen zoals bankzaken en bijslapen. We spraken ook vrienden die de post in Nederland voor ons verzorgden. Zij vroegen of ze een keer een weekeinde bij ons in Frankrijk op bezoek konden komen. Dat kon dus.

Op vrijdagavond om acht uur arriveerden ze. Tijdens een alcoholisch samenzijn die avond, kwam het Engelse ontbijt ter sprake. De Engelsen namen hiervoor regelmatig de echte worstjes en spek uit Engeland mee.
Mijn vrouw beloofde onze vrienden dat ze de volgende morgen zo'n ontbijt voor ze zou maken. Tijdens dit ontbijt bespraken we wat we konden gaan doen die dag. Het foldertje, dacht ik.
"Een ogenblik, ik heb een idee."
Snel liep ik naar onze kamer waar ik het foldertje neer had gelegd.
"We kunnen naar The Canterbury Tales gaan," zei ik, terwijl ik ze het, door al zijn omzwervingen, in een vodje veranderde brochure gaf. De superlatieven schreeuwden van het papiertje: "De nummer 1 attractie van Engeland," was er een van, "Het hele jaar open," een andere.
Dat laatste kwam goed uit, want het was eind februari. Onmiddellijk na het lezen van de betoverende folder, was iedereen voor. De ligging was ook nog gunstig, dertig kilometer van Dover. We besloten de hovercraft te nemen. Het stormde behoorlijk, dus ik was niet zeker of hij wel zou uitvaren. Hij ging nog nét wel. We kochten een dagretour voor veertien gulden. Na een kwartier wachten vertrokken we in een door de wind onder de hovercraft veroorzaakte wolk van zeewater. Door de ramen zagen we bijna niets van de zee, maar we voelden hem wel érg duidelijk. Hoe dichter we bij Engeland kwamen, hoe hoger de golven werden. De maag van onze vriendin kwam in een tweestrijd terecht. De zee wilde hem legen, haar verstand wilde dat niet. De zee won en in de snel gepakte bruine zak verdwenen de restanten van het Engelse ontbijt. Vlak voor de ingang van de haven van Dover was de branding op zijn hevigst. De hovercraft ging steeds langzamer. Eindelijk voeren we de haven in waar de snelle verbindingen aanmeerden. De eindeloos lijkende achtbaan waar we in zaten, eindigde abrupt. Een beetje wankel liepen we naar de auto. Zonder gedoe met de douane konden we Dover verlaten. Na een half uurtje rijden, arriveerden we in Canterburry. We parkeerden de auto en liepen, de boordjes volgend, naar de topattractie. Bij de ingang stond een gezette, érg fakevrolijke veertiger ons op te wachten.
"Where you from?" vroeg hij met een valse lach.
Onmiddellijk moest ik aan Ebenezer Scrooge denken.

Deze verwelkoming had een waarschuwing moeten zijn, maar verblind door de vaste wil om dit avontuur aan te gaan, zagen wij die niet. Of wij een koptelefoon wilden waarop in het Nederlands de instructies te horen waren. Dit wilden wij wel. De prijs die de lachende Engelsman aan entree vroeg, kreeg voor elkaar wat de zee niet had gered: ik werd misselijk.
Zijn flauwe grapjes over Wim Kok en alles wat hij verder over Nederland wist, gaf het geheel nog enig cachet. Niets kon ons nu nog tegenhouden om het verfijnde genot van de Tales te ondergaan. We werden door een deur geleid een donkere ruimte in. In een soort kunstmatig Nederlands werd ons verteld dat we door moesten lopen naar de eerste belevenis.
Onze vriend opperde dat het gebrekkige Nederlands door een student, als opdracht voor zijn eindexamen Nederlands, was ingesproken.
"Dan is hij wel héél erg gezakt," kon ik niet nalaten deze stakkerige student een trap na te geven.

We vervolgden onze weg. We kwamen in een schaars verlichte ruimte van ongeveer vier bij vier meter. Daar stond een buitengewoon slecht nagemaakte ezel en nog iets wat ik vergeten ben. Nu werd er door de student een verhaal verteld: een Canterburry Tale dus. We keken elkaar aan en begonnen te lachen. We hadden geen achtbaan verwacht of zo, maar toch wel een soort voorstelling van het verhaal. Het verhaal eindigde en we werden de gang weer opgestuurd naar de volgende manifestatie. Hier bereikte de techniek van de attractie zijn hoogtepunt, want er werd een gordijn van ongeveer veertig centimeter in het vierkant, tijdens het vertellen van het volgende verhaal twee keer heen en weer gehaald.
De cultuurshock werd te groot voor ons. Zulk verfijnd amusement hadden we nog nooit gezien. Overmand door emoties, begonnen we te verlangen naar het einde van de voorstelling. Wat ook een bijdrage leverde aan dit verlangen, was dat wij dit ongekende genot staande moesten ondergaan. Bij het derde verhaal werden we ingehaald door zéér boze landgenoten, die kennelijk midden in een verhaal waren doorgelopen. Met zijn allen spraken we er kort schande van. Na enig heen en weer geschutter konden zij ons passeren in de kleine ruimte. Zij liepen gebelgd door en na een korte aarzeling volgden wij hun voorbeeld, omdat we achter ons een stel mensen met twee kinderen aan hoorden komen lopen. Volgens mij waren het Denen, Zweden of Noren. Verstaan kon ik het dus niet, maar ze waren, net als wij, niet onder de indruk van wat er voor vertier geboden werd, dát kon ik wel verstaan.

Eindelijk waren we uit de muffe kamertjes bevrijd en kwamen een winkel binnen, met souvenirtjes, die minstens tien keer zo groot was dan de hele attractie. Mijn vrouw is gek op dit soort winkeltjes. Ik bezwoer haar dat ik ging scheiden als ze ook maar één cent uitgaf bij deze zwendelarij. Nu bleef er nog maar één ding over, de kathedraal. Zo snel mogelijk verlieten we de winkel om daar heen te gaan. Buiten was alleen de top van de toren te zien. Tussen de woningen in het dorp waren kleden opgehangen om de kathedraal uit het zicht te houden. Het geheel deed mij heel sterk aan Volendam denken, waarvan ik de aantrekkingskracht ook niet snap.
Voor een onredelijk hoog bedrag mocht je voorbij een van de kleden om hem te bekijken. Dat nóóit, besloten we unaniem. We zijn zo snel mogelijk naar de auto gelopen en naar Dover gereden. Een heleboel geld en een illusie armer. We hebben er achteraf wel ontzettend om gelachen.

 

feedback van andere lezers

  • pieter
    Leuk verteld en heel herkenbaar.
    Groet,

    Pieter.

    badstop: Ben je er soms ook geweest? (-:
  • Mistaker
    Leuk verhaal.

    Groet,
    Greta
    badstop: Het was een leuke ervaring.
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .