writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

Sorane 2 Delos - hoofdstuk 2/26

door Jelsi

Het vertrek
'Ja, Hoson. Ik heb een jaar verlof gekregen, na de dood van mijn partner. Over acht maanden moet ik terug op mijn post zijn.'
'Waar is dat? Als ik vragen mag.'
'In het noorden, aan de rand van het Amazonegebied. De stad Vinten.'
Opnieuw voelt Ena de blik van de vrouw op zich gericht.
'In orde. Maar ik denk dat je verlof sneller voorbij zal zijn, als je denkt. Je hebt nog twee maanden en dan moet je op het kantoor in Vinten weer aan het werk.
'Maar…'
'Het is een bevel, Ena Ros. En wees op tijd. Anders komt u misschien op de lijst der verdachten terecht en die worden zo snel mogelijk gearresteerd.'
'In orde, Hoson. Ik verveel me toch al een beetje. Ik zal uw goede raad opvolgen en mijn verlof inkorten. Over twee maand is Jouna haar tijdelijk contract afgelopen. In het ziekenhuis van Vinten krijgt ze een permanente baan als dokteres. We vertrekken dan van de luchthaven in de hoofdstad, samen met Aenon, haar verloofde,' zegt ze met trillende stem.
'Hoson Povan knikt instemmend.
'Dat is de juiste instelling van Jakira's nieuwe garde. Meld je dadelijk na je aankomst in Vinten bij de centrale van de zwarte garde. Na de testen zal blijken of je een gewone agente zal blijven of de eer zult hebben om tot de garde toe te treden.'
'Dat zou te veel eer zijn, Hoson. Maar men kan nooit weten of iemand tot meer in staat is als wat hij of zij zelf denkt,' zegt Ena, met een vreemde glimlach.
Alonga Povan kijkt hen na, als beide vrouwen met Ron en Arika in hun arm naar buiten lopen. Nog steeds heeft ze een vreemd gevoel als ze naar de agente staart. Plots trekt ze haar schouders op en fluistert:
'We zien wel.'
Intussen richt de jonge Gayna zich plots op. Ze heeft telepathisch flarden van gedachten opgevangen. Het gedachte patroon komt haar bekend voor.
'Was mijn vermoeden dan toch juist. Sorane is nog in leven, dat kan niet anders,' fluistert ze.
'Wat fluister je daar toch?' vraagt Vienna, waarmee Gayna haar kamer deelt.
'Je weet toch wel dat ik denk dat Raya en zelfs Sorane nog in leven zijn.'
'Ja, maar iedereen zegt het tegenovergestelde.'
'Die hebben het mis, Vienna. Ik weet het zeker. Sorane is iets van plan. Ik voel het diep in mij.'
Langzaam staat ze op uit haar bed en scant haar omgeving.
'Kon ik mijn krachten maar richten, dan zou ik dadelijk weten waar ze is,' denkt ze.
Dan krijgt ze een idee en laat snel haar pyjama vervormen tot een sportieve kledij. Vienna kijkt haar na als ze naar de deur toe stapt.
'Wacht even. Ik ga mee, Gayna.'
In gang lopen ze enkele anderen voorbij, die hun verbaasd nastaren. In de centrale kern neemt ze plaats achter en bureau en activeert de computer. Vienna kijkt naar de handen van Gayna als ze snel enkele commando's intikt. Aandachtig bekijken ze beide de gegevens. Een tiental minuten later glimlacht Gayna, als de data van het dorpje Mogwan op het scherm verschijnen.
'Haha, zie je wel, Vienna. Daar verstoppen ze zich.' denkt ze opgelucht.
Vienna kijkt verbaasd naar het scherm en bestudeert de gegevens. Maar buiten een paar aanwijzingen kan ze er niets er uit opmaken.
'Dat bewijst toch niet dat Raya en Sorane zich daar bevinden, Gayna.'
'Toch wel, Vienna. Ze zijn daar ergens en ik zal ze vinden.'
IJverig begint ze weer te typen en heeft al snel een verbinding met de verkeer camera's van het dorp.. Meer dan een uur blijft ze zoeken, maar nergens ziet ze een spoor van Sorane of Raya. Ontmoedigt laat ze moet zakken.
'Waar ben jullie mee bezig, Gayna,' zegt een stem spottend
Het meisje kijkt op en kijkt Sejine aan. Aan haar blik kan de jonge vrouw dadelijk zien dat Gayna radeloos is.
'Ben je nog steeds bezig met je dromen dat Sorane nog in leven is.'
'Ja, ik weet dat ze nog leeft, Sejine. Ik kan het alleen niet bewijzen.'
'Je kan je beter met nuttige taken bezig houden. Dat zou Sorane's wens zijn. Hoe is het met jullie trainingen?'
'Goed. Als Sorane terugkeert, zal ze trots op mij en Vienna zijn,' antwoordt Gayna, terwijl ze opstaat.
Sejine en Vienna kijken Gayna even na, als die zich naar de deur spoed.
'Vienna, probeer Gayna te helpen. Ik voel dat ze kwaad is op iedereen, omdat we haar niet willen geloven.'
'Kon ze die wensgedachten maar kon vergeten. We zagen Sorane allemaal in de energiegloed oplos…,' denkt Sejine, maar verstart als ze naar de gegevens kijkt die op het scherm verschenen zijn.
'Gayna. Verdomme, je hebt gelijk,' roept ze uit.
Ook Vienna kijkt naar het scherm en ziet de beelden van een vrouw die heel veel op Raya lijkt, Ze is in gezelschap van en zwartharige vrouw.
'Gayna, kom snel,' roept Vienna uit.
Gayna die juist de deur voor zich ziet openschuiven, kijkt verbaasd om.
'Wat is er?'
'Kom hier, meisje,' zegt Sejine bijna bevelend.
Gayna spoed zich terug naar de computer en laat zich op de stoel vallen. Verbaasd kijkt ze naar de gegevens:
-
Gehuld is een holografisch veld. DNA gegevens geverifieerd en bevestigd. Doelwit is Ena Ros, Federaal agente, Haar DNA gegevens stemmen overeen met Sorane Cobanon.
-
Terwijl beiden dit lezen, verschijnen meer gegevens.
-
Mogwan, ziekenhuis.
Geboorte van Arika en Ron, kinderen van Sorane Cobanon.
Geregistreerd als Arika en Ron Darinon.
Moeder Ovara Darinon, Vader onbekend.
-
Plots wordt de gedaante van Anya naast hen opgebouwd.
'Ik moet je feliciteren, Gayna. Jij bent de enige die volhield en slaagde.'
Sejine kijkt Anya kwaad aan.
'Ben jij spelletjes aan het spelen, Anya.'
'Nee, ik sta nog steeds in verbinding met mijn gebieder. Zij bevindt zich met enkele anderen en haar twee kinderen in het dorp Mogwan.'
'Zie je wel dat Gayna gelijk had, Sejine,' merkt Vienna op.
'Anya, zei je, kinderen?'
'Ja, Gayna. Sorane was al een hele tijd in verwachting, daarom dook ze onder in Mogwan, waar ze een paar maanden later beviel. Arika en Ron zijn gezond en wel.'
Zowel Sejine als Vienna kijken het halogram verbaasd aan.
'Dus dat is de reden,' fluistert Gayna.
'Had je dat niet kunnen meedelen, Computerwezen.'
Anya wend haar hoofd naar de vroegere zwarte wachtster.
'Dat was mij door Sorane bevolen. Ze wilde voorkomen dat ze ontdekt werden. Daarom was er telkens maar een zeer kort contact tussen mij en onze meesteres. Maar nu deze volhoudster de waarheid ontdekte, is de situatie veranderd.'
'Mag ik het de anderen laten weten.'
'Ja, maar wees wel voorzichtig als je het Raya's ouders laten weten.'
'Ik zal proberen, Anya. Wat zal Malon opgelucht zijn,' zegt Gayna en rent de centrale uit.
'Vergeet haar ouders niet, Gayna,' roept Vienna nog.
In het dorp Mogwan zitten Sorane en haar vrienden in haar huis in de zetel naar de teevee zitten te kijken. De nieuws berichten gaan bijna uitsluitend over de nieuwe heerseres en vijanden die opgepakt of neergeschoten werden. Aenon, die nog een paar dingen in de nabij gelegen winkel gaan halen is, komt glimlachend binnen. Als hij zijn nieuwe vrienden bedrukt naar het toestel ziet kijken.
'Wat is er te zien?'
'Altijd hetzelfde. Overvallen en verslagen van zogenaamde verraders die opgepakt worden,' antwoordt Jouna.
'Waar is Sorane?'
'In de slaapkamer van de kinderen, Aenon.'
De vader van Jouna staat op en wandelt naar de ijskast toe. Als hij een bierblikje aftrekt, vraagt hij:
'Nog iemand?'
Als ze allemaal nee schudden, dan trekt hij zijn schouders op en brengt het blikje naar zijn mond. Aenon draait zich intussen om en loopt naar de deur van de kinderkamer toe. Als hij binnenstapt, merkt hij dadelijk dat Arika in haar bedje ligt. Het bedje van Ron is echter leeg. Als hij Sorane met ontbloot bovenlichaam, links van de deur, ziet zitten, schrikt hij. Sorane, die de kleine Ron borstvoeding geeft, kijkt de jongeman glimlachend aan.
'Niet zo schrikken, Aenon. Baby'tjes moeten ook eten, dat weet je toch. En het is een van hun laatste keren, denk ik.'
'Tja, ik was even verrast toen ik je daar zo zag zitten..'
'Je hebt toch nog naakte vrouwen gezien, geloof ik.'
'Zeker, al was er eentje te veel bij.'
'Heeft Jouna je nog steeds niet vergeven?'
'Ik weet het niet, Sorane. Maar zelfs als ze mij niet vergeeft, zal ze steeds een goede vriendin blijven.'
'Hee, gluurder. Juist als ik er over denk om je te vergeven, dan zit je weer naar naakte dames te kijken,' zegt een spottende stem achter hem.
Met een rood hoofd kijkt de jongeman om en staart Jouna even aan.
'Waarom kijk je zo vreemd, lieve Aenon.'
De jongeman weet niet goed wat te doen en kijkt een naar Sorane, die intussen opgestaan is en met Ron naar zin bedje toe stapt. Haar Hypsoon heeft haar kleding weer hun vaste vorm gegeven.
'Buk je eens, Aenon,' hoort hij Jouna zeggen en voldoet verbaasd aan haar verzoek.
Tot zijn verrassing kust ze hem. Met een gevoel van geluk neemt hij haar in zijn armen en beantwoordt haar kus. Sorane kijkt hen glimlachend aan, nadat ze Ron onder zijn dekentje stopte. Dan kijkt ze nog even op hem neer en werpt een blik op Arika, die rustig ligt te slapen. Even strijkt ze met haar linker hand over het hoofdje van Ron en kijkt even naar de deur. Maar Aenon en Jouna hebben alleen nog oog voor elkaar. Arm in arm lopen ze naar de trap toe. Sorane kijkt hen met enige pretlichtjes in de ogen na.
Als ze in de woonkamer binnenstapt, vraagt Dane:
'Heb jij Jouna gezien.'
'Die ziet er opnieuw heel gelukkig uit, mama. Maar ik denk dat zij en Aenon nu een beetje tijd voor elkaar nodig hebben.'
Even kijkt Dane haar niet begrijpend aan, maar dan krijgt ze een tevreden lach op haar gezicht.
'Ven, onze dochter heeft het goedgemaakt met Aenon.'
'Wat? Is dat waar? Waar zijn ze. Ik wil hen geluk wensen,' zegt hij, terwijl het halfvolle blikje op de tafel neerzet.
'Je kan ze beter een tijdje met rust laten, Ven,' lacht Sorane, terwijl ze naar boven wijst.
Even kijkt Jouna's vader omhoog, en glimlacht dan begrijpend. Sorane gaat ook in de zetel zitten en werpt even een blik op de teevee, maar daar is alleen een verslag te zien van de bouwwerken aan de grote tempel. Stilzwijgend staren alle aanwezigen naar de beelden, die soms kort onderbroken worden met berichten over arrestaties.
'Hoe is het met Raya, Sorane,' zegt Dane plots.
'Goed, al heeft ze het een beetje moeilijk, maar ik heb vertrouwen in haar.'
Ven en zijn vrouw kijken de roodharige verbaasd aan. Sorane glimlacht even.
'Je vergeet dat ik een telepate ben.'
'Ach zo. Kan jij werkelijk van iedereen de gedachten lezen.'
'Ja, als ik wil, Ven. Alleen bij andere espers, kan dat alleen als ze hun gedachten niet afschermen.'
'Hoe ben jij aan die gaven gekomen?'
'Iedereen bezit die, Dane. Ook jij. Alleen de juiste instelling en training kan helpen om die krachten te ontwikkelen.'
Ven en Dane kijken haar ontsteld aan.
'Wij zouden dat ook kunnen. Nee, dat geloof ik niet.'
'Voorlopig kan het niet, vrienden, maar als we weer in de basis zijn en jullie tot de groep willen toetreden, dan zullen we moeten uitmaken welke functies jullie allen kunnen vervullen. Alleen Jouna is al zeker van haar functie.'
'Wat bedoel je?'
'In mijn groep hebben ze ook dokters en onderzoekers nodig, Dane. Jullie dochter is er geschikt voor, als ze nog tijd kan vrijmaken,' lacht Sorane.
'Waarom zou ik geen tijd kunnen vrijmaken?'
Sorane kijkt glimlachend om naar Jouna en Aenon die achter elkaar de trap afkomen.
'Je zult minder tijd hebben voor Aenon, als je doktertje wil spelen.'
'Waarom, Sorane. Heb ik dan geen recht op een dokter.'
Als iedereen begint te lachen, weet de jongeman niet wat te zeggen. Dus slaat hij zijn arm maar om de schouders van Jouna en loopt met haar naar de slaapkamer van Ron en Arika.
'Ik wil er ook één of twee van die popjes in mijn armen houden,' fluistert hij in haar oor.
Jouna kijkt naar zijn ernstig gezicht en glimlacht.
'Ik ook, schat. Maar pas als de tijd rijp is.'
'Waar is Raya?'
Sorane scant snel de omgeving van het huis en glimlacht als ze de gedachten van haar vriendin ontdekt. Ze staat buiten naar de sterren te staren. Haar gevoelens liggen in een knop en ze smeekt de goden om haar te helpen.
'Die is buiten aan het nadenken, ik vrees alleen dat de goden haar niet zullen helpen,' antwoordt ze dan.
De aanwezigen kijken haar verbaasd aan, maar Sorane gaat er niet verder op in, maar zegt:
'Ik zie jullie straks bij het eten wel.'
Als Sorane door de voordeur naar buiten stapt, slaat ze links af en ziet een dertigtal meter verder Raya tegen een omheiningmuurtje leunen.
'Aan wat denk je, Raya?' vraagt ze, als de vroegere agente haar hoort naderen en opkijkt.
'Aan al wat ik verkeerd gedaan heb, Sorane. En aan mijn ouders, die ik ontgoocheld heb.'
'Misschien heb je dat al goed gemaakt.'
'Nee, het was ook dwaas van mij om in mijn eentje tegen die overmacht op te treden.'
'Dat klopt, Raya. Maar mij treft ook een beetje schuld. Ik had moeten zeggen wat ik van plan was, dan was je nooit gegaan.'
'Misschien wel, maar of dat mij tegen zou gehouden hebben.'
'Laat ons er maar over zwijgen. We moeten ons voorbereiden voor morgen,' zegt Sorane en heft haar hand op, waarin de Hypsoon van Raya ligt.
Even kijkt de agente ernaar en richt dan haar blik op Sorane.
'Denk je dat ik die nog verdien.'
'Zeker, Raya. Die ruzie van een tijdje geleden ben ik al vergeten. Ik kan begrijpen dat het machteloos toezien iemand over zijn toeren brengt. Ook ik zou actie willen, maar onze tijd is nog niet gekomen.'
'Ik zal nog spijt krijgen, dat ik je belooft heb om mij in te houden.'
'Dat zou wel kunnen, Raya.'
'Ga jij al maar, Sorane. Ik kom straks wel,' knikt Raya en neemt de Hypsoon in haar hand.
Even kijkt Sorane haar nadenkend aan en glimlacht dan:
'Blijf niet te lang op, Raya.'
De volgende dag nemen Sorane en de anderen afscheid van Dane en Ven, die op Arika en Ron blijven passen. Sorane laat hen niet graag achter, maar ze kan niet anders. Ze moet zo snel mogelijk naar Yharven. Ze voelt diep in haar binnenste dat ze langzaam maar zeker de greep op Sorane's lichaam begint te verliezen. Ze stappen in de huurauto, die Raya gehaald heeft. De vrouw rijdt achter uit de straat op. Nog even wuiven ze naar de ouders van Jouna. Ven en Dane zien de wagen op het einde van de straat de hoek omslaan.
'Hopelijk komen ze veilig terug.'
'We kunnen er beter niet aan denken, Ven. Sorane heeft ons een veel belangrijkere opdracht gegeven. Haar kinderen.'
'Misschien heb je gelijk, schat. Maar we zullen het niet gemakkelijk hebben, met ons nieuwe gezinnetje.'
Verschillende uren later bereiken onze vier vrienden de kleine luchthaven op een veertig kilometer van het dorp. Hier stappen Sorane Aenon en Jouna uit en moeten in het grote gebouw verschillende controles doorstaan, maar krijgen dan toch de toestemming om hun reis verder te zetten.
Raya rijdt intussen met de wagen terug naar het verhuurbedrijf aan de rand van de luchthaven. Maar ze heeft al een tijdje twee wagens opgemerkt, die haar al sinds de luchthaven volgen. Ze moet die kwijtraken. Daarom drukt ze het gaspedaal in en de wagen schiet vooruit, maar de achtervolgers versnellen ook en een wilde achtervolging begint. Raya moet al haar rijkunsten ter hulp roepen om hen voor te blijven, al halen ze haar langzaam in. De drie wagens snorren tussen de rijdende wagens door in de richting van de hoofdweg. Raya rijdt in volle vaart de oprit op en meer dan acht kilometer razen ze tegen een gevaarlijke snelheid over de snelweg. Gelukkig is weinig verkeer.
'Oppassen, Raya. Er is een controle post zes kilometer voor ons,' meldt haar Hypsoon plots.
'Wat? Is er een afrit.'
'Nee, ze hebben de weg afgesloten een honderdtal meter voor de afrit.'
Even denkt Raya na, maar dan wijkt ze uit naar links en drukt dan de rem helemaal in. Nog voor de wagen stil staat geeft ze terug gas en schiet vooruit, terwijl ze scherp maar recht draait. De wagen komt slippend op de pechstrook terecht. Maar de vroegere agente slaagt erin om de wagen onder controle te houden en geeft opnieuw gas. De twee achtervolgers rijden echter met grote snelheid naar haar toe. Een wagen rijdt echter tegen een van de twee en gaat over kop. De wagen schuift recht op Raya toe, die dadelijk uitwijkt. Terwijl de wagen tegen de berm terechtkomt, schiet Raya hem voorbij. De tweede achtervolgende wagen, ziet de andere, met een kapotte voorkant, in het midden van de autostrade staan en zet de achtervolging in van de vluchtelinge.
Raya, die nu nog maar een achtervolger achter zich heeft, glimlacht even.
'Nu krijgen ze me nooit,' denkt ze, maar dan merkt Raya een drietal zwevers van de zwarte wacht op.
'Stop, of we openen het vuur,' klinkt een stem.
Maar Raya geeft het nog niet op. Als ze haar grijpen, dan zullen ze haar tot spreken dwingen en dat wil ze voorkomen. Over de pech strook rijdt ze met grote snelheid verder, de zwevers veranderen van koers en zetten de achtervolging in. Als ze het vuur openen, kan Raya de twee schoten ontwijken, maar ze merkt dat er steeds meer tegenliggend verkeer nadert. Gelukkig nadert ze de afrit. Een derde schot schampt even het dak van de wagen, waardoor ze even moeite heeft om hem op de baan te houden.
Op hetzelfde moment drukt ze op de remmen, terwijl ze aan het stuur draait. De zwevers schieten over de wagen van Raya voorbij, maar passen dadelijk hun koers aan. Als Raya opnieuw gas geeft, opent een van de drie het vuur. Deze maal is het raak. Het eerste schot raakt de voorkant van de wagen, maar het tweede boort zich doorheen de motor. De stuurloze wagen schiet dadelijk in brand en knalt tegen de linker vangrail. Een paar meter verder komt het zwaar beschadigd wrak tot stilstand. Uit de ramen flakkeren de vlammen, terwijl ze hun vernietigend werk doen.
De zwevers landen dadelijk, terwijl de achtervolgende wagen tot stilstand komt aan de hoek van de afrit. De inzitten springen uit de wagen, maar als ze naderbij komen, zien ze dat alle hulp te laat komt. Niemand komt levend uit dat wrak.

 

feedback van andere lezers

  • Ghislaine
    Masterart
  • Magdalena
    Ik moet eerlijk zeggen: eerst was ik afgeschrikt door de lengte: dit is een website, geen boek.
    Het is door de fb van Ghislaine dat ik toch maar beginnen lezen ben en het is inderdaad zéér goed!

    veel groetjes!
    Jelsi: Op papier lijkt het altijd korter. Ongeveer 5 tot 10 pagina's
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .