< terug
Brief aan.
Op duizend km van zijn eigen woonplaats gezeten op een terras van de plaatselijke bistro neemt de heer Carel V. een slok van het plaatselijke wijntje. De smaak doet hem herinneren aan een wijn die enkele kilometers verder naar het zuiden wordt gebrouwen. Als de nieuwe moderne mens gelooft Carel in de kracht van plaatselijk gekweekt voedsel en drank. Hij neemt nog een slokje en zet zich schrap voor het schrijven van een artikel voor zijn broodheer. Hij neemt nog een slokje en laat de drank langzaam in zijn mond draaien doet van genot zijn ogen dicht en slikt de goden drank door. Het artikel gaat over een wielrenner die twee jaar op non actief is gezet wegens doping na twee jaar zwoegen is de wielrenner er in geslaagd om een koers te winnen. Zijn gezicht krijgt een ernstige uitdrukking de bedrieger mompelt hij. De wielrenner in kwestie zal nooit het artikel lezen maar dat weten ze niet in zijn thuis dorp. En zijn broodheer is een bekend verdediger van de plaatselijke normen en waarden. Carel grinnikt. De bekendste inwoner van het dorp ook wielrenner zat in zijn tijd ook aan de doping maar is ondertussen wereldberoemd. Hem door het slijk sleuren is hetzelfde of ontslag nemen. Zijn voorganger is na de bekentenis van de wereldberoemde wielrenner. Prompt aan de deur gezet. Gelukkig denkt Carel leef ik in een Christelijke wereld zijn wijn is er zelfs een symbool van -er zijn er die het woord kannibalisme in de mond nemen- ze zullen zijn wijn nooit of te nimmer verbieden. Bij deze geruststellende gedachte neemt karel de pen.. Voor het terras lopen enkele kaalgeschoren jongeren in perfect witte T-shirt. Hoe zuiver kan een mens wezen. Hun handen zijn rood bevlekt.
|