writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

kwart over zes (deel II)

door ivo

Lees eerst deel 1 ... aub ..

Linda wist dat ze altijd moest oppassen. Sinds de moord op Cathy had zij van haar vader geleerd hoe je kon zien dat je gevolgd werd en hoe ze met de hulp van de weerspiegeling van het licht in de ruiten van huizen, winkels en auto's ongemerkt de mensen kon gadeslaan die in haar buurt waren. Zij leerde luisteren naar motoren, en kon zeggen in welke versnelling deze auto's door de straat reden. Vandaag had ze haar studentenjob, pizzarijden, kunnen wisselen met Tom, zodat ze nog eens naar haar moeder kon gaan. Nu ze in Mechelen studeerde en elke dag met de trein naar school ging, had ze veel minder tijd om haar moeder te bezoeken.
Linda ging nooit in dezelfde wagon zitten en nam nooit dezelfde lijnbus of tram, maar wisselde in niet regelmatige orde af van openbaarvervoer. Niet dat ze angst had, maar het verhaal van Cathy en vooral die verschrikkelijke verkrachtingen, had haar doen nadenken en vooral geleerd zeer voorzichtig te zijn. Haar papa was ook zo'n flik die steeds weer achter zeer gevaarlijke boeven ging. En ze had gezien hoe deze despoten een gezin konden kapot maken. De collega's van Kurt hadden al eens geprobeerd om haar te traceren, maar ze waren feilloos in een van haar vallen getrapt waardoor ze haar telkens weer kwijt waren,

In het hotel kwam er plots een man in het zwart opdagen. De kleur van zijn zwart was zo opvallend dat de receptionist zelfs zijn bril afzette om deze man beter te kunnen zien. De man vroeg in het meest perfecte Engels of Mister Rub reeds was toegekomen. De receptionist herinnerde zich deze man nog heel goed. Hij had geen dialect of vreemde tongval gehoord, alles leek op een zeer beleefde Brit die achter een landgenoot kwam vragen.
Deze in het zwart geklede Brit droeg een in leer gebonden boek vast. Hij klemde het boek nogal dicht tegen zijn buik aan. De receptionist bekeek zijn gastenlijst en zag dat Mr. Rub een kamer had toegewezen gekregen op het derde verdiep. Kamer driehonderddrieenveertig, zei hij kort. 'Moet ik hem bellen dat u hier bent ?" de Brit keek de receptionist vriendelijk aan en aan de brede glimlach kon de receptionist opmaken dat dit gewenst was. Daarom nam hij de telefoon en belde mr. Rub op zijn kamer. Wie mag ik zeggen die op hem wacht ? vroeg de receptionist nog vlug, want de kiestoon was ook al hoorbaar aan de andere kant van de balie. "Zeg maar mister Provender " zei de Brit vriendelijk..

De fax vertelde een verhaal dat zo ongelofelijk leek dat Kurt niet goed wist wat hij daarmee moest doen. Een roze diamant die als betaling dient voor een transactie die nodig is om een hele legerdepot aan wapens te kopen. Wapens die gebruikt zouden worden voor een aanslag die ze zouden doen opeisen door enkele Arabieren, zodat iedereen zou denken dat Bin Laden hier achter zou zitten, maar feitelijk het niet meer dan een ordinaire aanslag van de maffia zou zijn, gewoon om de macht in Napels terug te herstellen.
Maar als dit nog niet erg genoeg was, zou de concurrerende familie op de hoogte zijn van deze aankoop. En het zou zeker niet uitgesloten zijn dat deze tegenstanders er alles aan zouden doen om deze transactie ongedaan te maken. De namen Giovanni Linori en Antonio Espinosa en David Licata werden genoemd als eventuele terroristen die de deal in Antwerpen zouden verhinderen. Een regelrechte maffiaoorlog in Antwerpen. De strijd tussen de families zou dus hier in onze koekenstad plaatsvinden. "Hoe kan ik hier nu meer informatie over hebben, het is het eerste wat ik hierover lees", Kurt's stem sloeg haast over van ergernis. Hij nam de telefoon en belde met de kabinetschef van de eerste Minister. Want hiervan moest hij de Minister op de hoogte brengen. De Eerste Minister was er niet en Kurt zei dat hij de fax zou doorsturen. Nadat hij het document elektronisch verzonden was, wachtte hij nog eventjes op de automatische verzendbevestiging.
Een kwartier later belde de minister in eigen persoon, want de ernst van de zaak kwam eigenlijk heel slecht uit. "Ik sta klaar om te vertrekken naar Oostenrijk en nu dit, kan je dit niet even uitstellen tot het einde van de week" , vroeg de minister zeer onhandig. Alsof de boeven een staakt het vuren zouden aanvaarden.
Het was duidelijk voor Kurt dat er geen gehoor was aan de andere kantvan de lijn, omdat hetgeen zich aandiende geen plaats had in de agenda van de minister. "Zie maar hoe je het oplost, maar hier kan ik echt geen tijd voor uittrekken, je bent een professional en je zal je het wel oplossen.. Zie dit maar als een testcase", zei de minister, "Om te zien of je je maandloon wel waard bent. En vooral, zorg ervoor dat ik hier geen last mee krijg." Hiermee was het overleg met de Minister dan ook klaar.

Met de tram ging Linda naar het verpleeghuis waar haar moeder verbleef. Onderweg had ze een uitverkoop in een winkel gezien waar haar merk van kleding ook verkocht werd. Zij stapte vlug af en liep het eindje terug om te zien of er geen koopje te versieren was. In een oogflits had ze een grijze auto gezien die ze daarvoor ook al eens had gezien. Ze wist niet meer waar, maar ze herinnerde de drie eerste letters van de nummerplaat en dat was voor haar voldoende om voorzichtig te zijn. De winkel was inderdaad in uitverkoop, het was een faling en de deurwaarder had er niet beter op gevonden om de stock aan een sterk verminderde prijs uit te verkopen. De winkel stond vol met grijpgrage klanten, die uit waren om ook een voordeeltje mee te pikken.
Snel beslissend koos ze een jas en een jurk die wel in haar budget en smaak vielen. Het passen was geen probleem, omdat ze wel meer van dat merk had gekocht wist ze perfect wat haar maat was. De jas en jurk werden door de verkoopster in een grote zak gestopt en na het betalen met de betaalkaart ging ze terug naar de uitgang. Plots merkte ze dat de grijze auto nog steeds voor de winkel stond te wachten. Ze keerde zich om en vroeg aan de verkoopster of er nog een andere uitgang was. Ze verzond vlug een verhaaltje, iets van een oud vriendje dat haar hier echt niet mocht zien en dat als hij haar hier zag er zeker heibel zou komen. Een rel die heel de winkel in rep en roer zou zetten. Het meisje bekeek Linda begripvol aan, want ze had zelf ook ooit zo'n vriendje gehad en dat was zeer gênant geweest. Ze loodste Linda via het sanitair en stockruimte naar een garagepoort die uitkwam in een steegje aan de achterkant van de winkelstraat.
Linda bedankte het meisje en haastte zich naar de bushalte, enkele straten verder, waar ze vrij snel de bus naar het verpleeghuis kon nemen. Ze keek nog vaak om haar heen, maar ze was zeker dat ze haar belagers kwijt was.
De verkoopster vertelde achteraf dat ze had gezien hoe deze mannen in de winkel waren geweest en alle pashokjes en wc hadden doorzocht. Zij hadden bijna enkele vrouwen lastig gevallen, vrouwen die van ver te zien wel wat leken op Linda. Maar, ze waren toch zonder heibel te maken vertrokken.

In het hotel zag de receptionist hoe mr. Provider telefoon had gekregen en zag duidelijk dat deze man heel boos was geworden.

Linda had zich bij haar moeder omgekleed met de nieuwe kleren, vooral die nieuwe jas stond haar heel mooi. Frieda, die ook veel heldere momenten had, kon genieten van de schoonheid dat mode kan geven. Zij vond haar dochter zo prachtig staan met de nieuwe jas. Een koopje had Linda gezegd, "Meer dan 70% korting, dat kon ik echt niet laten liggen". Samen dronken ze nog een kop koffie en keken ze naar Frieda's lievelingssoap een tv-verhaal waar ze elke dag naar keek. Moeder kon perfect vertellen wat er allemaal gebeurd was en voor Linda was het klaar dat zelfs als je twee weken niet gekeken had je nog altijd kon volgen. Nadat ze haar moeder nog een dikke knuffel had gegeven ging ze met haar nieuwe kleren aan terug buiten. Ze had de oude kleren bij haar moeder in de kast achter gelaten, hiervoor had ze een smoes bedacht, ze durfde haar niet eens vertellen wat er gebeurd was, bang voor een nieuwe angstcrisis.
Ze wist ook niet zeker of wat er nu gebeurd was, heel ernstig was, anders had ze wel naar haar vader gebeld. Die nieuwe outfit was wel handig, het was nu nog veel moeilijker geworden voor de eventuele belagers.
Linda stapte door de hal van het verpleeghuis toen ze de grijze auto voor de deur zag stoppen. Nu was het duidelijk, deze mensen waren op zoek naar haar. Ze ging naar het secretariaat en vroeg of ze eens mocht bellen.
Kurt, die de telefoon opnam en zoals altijd zei : " Met Wallander", had het direct door. Hij wenkte naar zijn collega en vroeg of hij een wagen kon versieren om Linda op te halen. Kurt drukte Linda op haar hart om niet naar buiten te gaan en in het secretariaat te wachten op de wagen van de veiligheidsdienst. De wagen vertrok vanuit het commissariaat met drie gewapende agenten naar het verpleeghuis van Kurt's vrouw. De zon die laag stond, maakte het ook voor de agenten niet makkelijk om te rijden.. Het was half vier.

Kurt liep zenuwachtig heen en weer door zijn bureau. Wie en wat was er bezig ? Een fax met een oorlogsverklaring, opgemaakt door zijn beste vriend en vooral die laatste woorden : be carefull. Alsof de vijand wist dat hij ook een dochter en een vrouw had.. Conti's gezin was al door deze despoten vernield en nu zouden ze het net zoals bij Conti ook zijn dochter op het oog hebben, zodat ze hun handen vrij zouden hebben om te doen wat ze altijd al hadden gedaan ?

Kurt belde met zijn schoonbroer, een dominee van een kleine Evangelische kerk in het Antwerpse. Deze had een gastenkamer die hij soms ter beschikking stelde voor armoedzaaiers die zelfs geen nagel hadden om aan hun achterste te krabben. Theo, was een zachtmoedige man en was direct bereid om de kamer klaar te maken zodat Linda daar enkele nachten kon overnachten..
Het kerkje was gelegen achter een gewoon rijhuis in een loods waar vroeger mosselen werden verpakt. En boven het kerkgebouw was er een zolder waar deels een zondagschool was ondergebracht en in het andere deel een gastenkamer. Het gekke was, dat als je op die zolder kwam, je die gastenkamer niet direct kon vinden. Theo had het idee opgevat om zoals in de achterkamer van Anna Franck, de toegang van de gastenkamer een beetje uit het oog te ontrekken. Hij was er fier op dat de grote kleerkast ook dienst deed als toegang tot de gastenkamer. Met een zelf uitgedacht en ingenieus idee, had hij er een verborgen deur van gemaakt. Zelfs al zou je weten dat er een gastenkamer was, dan nog moest je hard zoeken om de ingang te vinden. In de gastenkamer was er een tweede uitgang bedacht, waardoor men vanaf de zolder, heel ongemerkt, achter het orgeltje in de kerk, naar de kelder kon gaan, waar men via de achterkant zo langs de garage de straat achter de kerk kon bereiken. Een grote gemeenschappelijk garage, zonder scheidingsmuren, waar al de huisjes die naast de kerk lagen ook gebruik van konden maken. Dus men kon enkele garagedeuren verder buiten stappen in een totaal andere hoek van het huis,
Theo kende de pater en het klooster waar Conti verbleef. Theo had Conti daar leren kennen, zonder dat ze van elkaar wisten dat ze Kurt en Linda kende. Het was pas veel later dat Conti het door had dat Theo een broer was van de vrouw van Kurt. Een confrontatie die beiden zagen als veel meer dan toeval.

Toen de agenten het verzorgingstehuis binnenkwamen zag één van de agenten de grijze wagen nog net om de hoek doorrijden. Linda was blij dat de collega's van haar vader er waren en ze vertelde ronduit hoe ze die mannen in de winkel was kwijtgeraakt. Een collega verbaasde zich over het feit dat deze belagers blijkbaar wisten dat ze hier te vinden was. Daarom belde hij naar Kurt, die ervoor zorgde dat er bewaking kwam voor zijn vrouw.
Met Linda reden ze direct naar Theo, maar ging via de garage de kerk binnen. Men wilde immers niet het risico lopen dat Linda hier belaagd zou worden. En het was duidelijk, er had niemand hen gevolgd.

In het hotel was er ondertussen een rel geweest tussen mr. Provider en Mr. Rub. Mr. Rub was duidelijk heel boos geworden en had een asbak naar mr. Providers hoofd gegooid. De aanleiding was een gsm gesprek dat Mr Provider had ontvangen.
Mr. Provider had zich bij de receptionist verontschuldigd en vroeg of het mogelijk was om een meisje te bestellen dat zich graag liet bedienen, en hij vroeg in het mooi Engels of de receptionist hem begreep wat hij bedoelde. De receptionist vroeg of hij een prostituee wou en Mr. Provider had heel zenuwachtig ja gezegd. Zodoende had het hotel naar een exclusief escorte bureau gebeld en deze hadden een blond 18 jarig meisje van een 1m70 gestuurd, want daar had mr Rub expliciet naar gevraagd. Toen het sterk opgemaakte meisje zich had aangeboden aan de receptie, was het meisje samen met mr Rub en mr Providers naar de hotelkamer gegaan.

Theo had de dag voordien een konijntje in de marinade van trappist en pruimen gelegd. Een hobby die uitgegroeid was tot een professionele kijk op eten maken. Met een dikke bruine boterham ruim voorzien van mosterd had hij net zijn stoofpotje toegedekt. De zoete geur van het bier vulde nog de keuken Linda kende de kookcapaciteiten van haar oom en kon dit ook appreciëren. Theo had een grijze wagen in de straat gezien en dit aan Kurt gemeld, maar niet aan Linda, zodat ze niet onnodig ongerust hoefde te zijn.

De staatsveiligheid werd om assistentie gevraagd en deze mensen waren heel bereidwillig. Ze hadden twee teams van agenten ter beschikking gesteld om de belagers in hun grijze auto te vatten.. De fax die ze inmiddels hadden gekregen, was ook voor hen hot spul, waardoor het netwerk rond Antwerpen zich nauwer ging sluiten.
De namen die Conti had genoemd waren inderdaad in Antwerpen gesignaleerd. Maar ze waren nog niet te traceren. Daarom had Kurt gevraagd of de gsmgesprekken van en naar Italië onderschept konden worden.
Hij had geen enkel aanknopingspunt, enkel wist hij dat zijn dochter bedreigd werd door een stel mannen in een grijze auto. En hij wist ook dat er een roze diamant moest gezocht worden, want die diamant was de sleutel tot de oorlog die misschien zou uitbreken. Ook wist hij dat er enkele Italiaanse criminelen in de stad waren, maar waar …. Blijkbaar was de minister van Binnenlandse Zaken wat bijgedraaid. Sinds de binnenlandse veiligheidsdienst zich met deze zaak had gemoeid was de veiligheidschef van de minister Kurt in zijn kantoor komen opzoeken en samen met de commissaris van de politie en van de federale politie, hadden ze even kort met elkaar de zaken doorgenomen.

Het was nog maar vijf uur en de minuten tikten maar traag weg.

Ondertussen waren Mr Provider en Mr Rub met het meisje vertrokken uit het hotel. Haar verblijf op de kamer had nog geen kwartier geduurd. Ze zag er nog altijd even opvallend uit. Samen hadden ze een taxi genomen en waren richting station vertrokken. Het was de receptionist opgevallen dat de koloniale koffer veel lichter was geworden, want Mr. Provider kon de koffer met veel gemak dragen. Mr. Rub had de sleutel van de kamer afgegeven en gezegd dat hij pas heel laat zou terugkomen.

De veiligheidspolitie wist ondertussen waar Giovanni Linori en Antonio Espinosa en David Licata zich bevonden. In de Hoogstraat boven een antiquariaat. Via het afluisteren van het GSM verkeer naar Italië had men een signaal gezien dat naar die richting wees.. De politie die al in volle paraatheid klaar stond, had zich geconcentreerd rond het huis in de Hoogstraat en de speciale eenheid had bij de buren en achter het huis zich heel verdekt opgesteld. Het was nog maar 20 minuten over vijf..

Een van de gezochte Italiaanse gangsters, Linori, was gekend als een explosievenexpert en men had schrik dat hij in het bezit was van een bom en hiermee terreur zou zaaien.
Net voor men het sein groen gaf om de inval mogelijk te maken, kwam er een bakfietsbrommertje aanrijden. Een pizzajongen probeerde zijn brommertje te stallen aan de lantaarnpaal net voor het pand waar het trio zat. De jonge nam zijn tijd om hetgeen er besteld was uit de bakfiets te halen en stapte de winkel binnen. De pizzajongen stond een beetje verbaasd rond te kijken naar al het moois dat hij in de winkel zag staan. De juffrouw die achter de toog stond glimlachte lief en vroeg wat zij voor hem kon doen. De jongen keek een beetje verlegen naar zijn pizzadoos en keek dan terug in haar mooie ogen. Het meisje lachte en zei, "Oh, ja ik moest vier pizza's bestellen voor meneer, hij heeft gasten, ze zitten boven in het kantoortje. Ga maar langs de zijdeur hier net buiten de winkel naar boven". Toen de pizzajongen de winkeldeur terug sloot, deed het meisje de zijdeur langs binnen open. Het kantoortje was op het eerste verdiep.
De officier die de leiding had van deze operatie, zag het als een godsgeschenk dat de zijdeur openging en hoe hij kon zien naar waar de jongen ging. Er werd dus besloten om de inval niet te concentreren op de winkel, maar op het verdiep. Een klein explosief bommetje werd klaargemaakt om de deur te openen zodat de mannen direct toegang hadden tot het verdiep.

De jonge pizzaboy was ondertussen op de laatste trede gekomen en klopte aan de deur die openstond boven. Hij zag een man die druk aan het bellen was met de GSM, terwijl er zenuwachtig een andere telefoon aan het rinkelen was.
Drie mannen zaten in een ander kamertje, je kon hun silhouet zien doorheen het matte glas. De jongen wriemelde zich door de chaos die het kantoortje had gevuld, hierdoor had hij de aandacht getrokken van het trio dat zich bevond in het andere kamertje. De aanwezigheid van deze ongenode gast had hen blijkbaar doen schrikken.

De officier gaf het bevel om toe te slaan, en de voordeur te forceren met de kleine bom. Maar net als de knop werd ingedrukt, vloog het glas van boven en beneden overal door de straat. Een grote knal en een verschrikkelijke chaos was het gevolg. Overal vloog er puin en glas de straat rond. De voordeur vloog met een smak de staat op en miste tot op een haar de agent die kleine explosie moest aanbrengen.

Wat er juist gebeurd is, zal men nooit weten, want de chaos was zo groot dat er drie huizen achteraf moesten afgebroken worden. De pizzajongen was met een klap tegen de muur geknald. De steunbalk die het oude huis overeind hield was net achter de rug van de jongen naar beneden gestuikt, waardoor hij van het rondvliegend geweld werd gered. Buiten het suizen van de oren en het verliezen van het bewustzijn, had hij enkel er een sterk verhaal van overgehouden. Het trio die de bom aan het prepareren waren, samen met de eigenaar van de zaak, zijn nooit meer teruggevonden. Wel enkele lichaamsdelen werden nadien nog uit het puin opgevist. Het juffrouwtje in de winkel had men bevend onder de winkeltoog gevonden, haar gezicht was vol bloed . Een stuk glas van de kapot gesprongen vitrine had een lelijke wonde achtergelaten op haar aangezicht.

In het station van Antwerpen stonden ondertussen de camera's klaar. Mr. Provider had geen zin meer om nog te wachten op het resultaat van het coachteam die de ultieme personage moesten casten. Enkele maanden geleden hadden ze Linda zien lopen en volgens de regisseur was zij de enigste die de hoofdrol van deze toekomstige kaskraker kon spelen. Haar flair en uitstraling was zo sprekend geweest, dat men al meer dan 3 weken achter haar identiteit aan het zoeken waren. Ze wisten al wie ze was en waar haar moeder verbleef. Maar ze hadden haar nog niet kunnen tegenkomen. Vandaag was het de laatste dag dat het nog kon, omdat men vanaf morgen effectief begon te filmen. Er was geen uitstel meer. En ook al was de eis van de excentrieke regisseur nog zo dwingend, hij moest het maar stellen met het meisje van het escortebureau dat haar leven een andere wending zag krijgen. Een hoofdrol in een beroemde film, dat krijgt niet iedereen. Het castteam dat vruchteloos Linda hadden gevolgd waren met lege handen teruggekomen. De grijze auto werd op de parking voor het station gezet en het verhaal van een eigen successtory kon starten. Mr Provider verontschuldigde zich en vertrok in een wachtende taxi.

Bij het natrekken van het GSM verkeer naar Italië, was een afspraak voor een ontmoeting op de boekenbeurs opgevallen.. Een boek met een kaft van leer zou doorgegeven worden. Er was afgesproken aan de persstand.. Kurt was hierover geïnformeerd en samen met zijn collega's trok hij naar de boekenbeurs. Hij was benieuwd waarom er een transactie op de boekenbeurs zou plaatsvinden. Door het drukke verkeer waren ze een beetje opgehouden om op tijd zijn. Dit viel natuurlijk op, want ze hadden geen kaartje kunnen kopen en ze moesten zich identificeren met hun politiekaart. Kurt zag hoe twee mannen zich een weg baanden naar zaal twee, Kurt deed teken naar de anderen om via zaal 1 de weg af te sluiten. De mannen hadden dit gezien en vluchtte zo naar zaal drie. Hier werden ze opgehouden door een klas met oudere studenten die er maar wat doelloos rond liepen en het de andere bezoekers van de beurs erg lastig maakten.

Er was een televisie-uitzending bezig op de stand van de VRT die op deze beurs een vaste stand heeft. Het vluchtende duo had zich tussen de kijkers op de stand gemengd. Kurt die ook door die lastige rondhangende leerlingen gehinderd werd, had nog net kunnen zien hoe deze mannen zich op de stand van de VRT hadden gemengd tussen de toeschouwers.
Ondertussen waren de collega's van Kurt ook via zaal één en zaal Twee bij Kurt gekomen. Kurt ging heel resoluut naar de regisseur die naast de cameraman stond en zei dat er een arrestatie zou volgen. Het programma liep rechtstreeks op Canvas en kon niet onderbroken worden. De regisseur vroeg of dit niet na de uitzending kon. Gelet op het belang van deze zaak, was dit onmogelijk.

En voor het oog van vele Canvaskijkers, en nadien in heel veel nieuwsuitzendingen wereldwijd, werden er twee mannen, die geen weerstand boden, resoluut uit het publiek gehaald. In het boek met lerenkaft zat een mooie rode diamant verstopt.. Mister. Provider zou er terug mee naar Londen zijn gevlogen om de deal te sluiten.. Provider was feitelijk een Italiaan vanuit Palermo die door de omzwervingen in zijn leven het voor mekaar had gekregen zijn identiteit te veranderen tot de man die hij nu was. Ongrijpbaar voor de vele geheime diensten die hem zochten en zeer gevaarlijk. Hij was de sadist die Cathy zo had gemolesteerd. Zelfs de Eerste Minister was niet ongevoelig voor de felicitaties dat ons land kreeg vanuit het buitenland. Op de televisie had hij achteraf verklaard dat door deze arrestatie onze kennis over de maffia op de wereldkaart was gebracht en hij overwoog om deze expertise dan ook te exporteren.

Conti was blij, maar niet uit op wraak. Er was rechtvaardigheid geschiedt. en nog wel door een goede vriend van hem. Hij stuurde zijn dossier door naar Kurt, zodat het proces kon starten.

Omdat de rode diamant zo veel waard was en deel uitmaakte van een misdadig geheel werd hij voorlopig in bewaring gegeven aan het diamantmuseum, want nergens anders, totdat rechtbank een uitspraak had gedaan, kon deze prachtsteen zo veilig opgeborgen worden.

Het was kwart over zes..





 

feedback van andere lezers

  • RolandBergeys
    Je bezondigt je, net als in deel een aan aantal stijl-en spellingsfouten.

    Een tip, Ivo: lees je verhaal luidop omwille van het ritme, je zal merken waar het wat lang (eventjes vervelend misschien) wordt, en je zal erin schrappen, waar je dat nodig vindt. Als je spanning wil creëren, schrijf je best in een vaart die deze mee illustreert. Vandaar.

    Toch blijft het me boeien.
    ivo: bedankt Roland, idd die stijlfouten ik ben blij dat je me er op wijst
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .