writehi(s)story Passie voor schrijven
home   wat is writehi(s)story?   bladeren   uitgeven   gezamenlijke publicaties   boekenwinkel   manuscriptanalyse   inschrijven   contact   
top 10   wedstrijden   forum   hulp   
 
naam:  
pass:  


wachtwoord vergeten?
 
 

Volg ons op facebook

Ga naar chat

< terug

Betere leesbaarheid

I hope I die before I get old

door pisatelj

Vrijdagavond. Ik huppel met Cybil naar het station, blijf braaf wachten op het perron tot de trein vertrekt en zwaai haar nog uit ook. Vijf minuten later stuurt ze mij al een bericht. Ze prijst mij als 'het beste lief ter wereld'. Als je het maar vaak genoeg herhaalt, wordt het misschien werkelijkheid.

Ik zucht eens diep en trek mijn schouders op. Daarna ga ik op bezoek bij een bejaard koppel. Ze wonen in mijn buurt, op drie straten van mijn kot. De man knoopte ooit een gesprek met me aan bij de krantenkiosk. Hij vroeg mij binnen voor soep. Ik had weer eens niets beters te doen.

We zitten voor televisie. Dat is op bezoek gaan bij mensen in België. Tv kijken. De vrouw wil mij volstouwen met koekjes, chocolademelk en thee. Ik wil alleen thee. Ook al maakt ze die veel te sterk. Terwijl ze mij opdient, voorziet ze de televisiebeelden van commentaar. Haar man vraagt: 'Heb je de waterkoker ingeschakeld?' Zij antwoordt: 'Wacht ik zal even kijken.' Ik zeg: 'Het is in orde. De thee is al klaar.' Zij komt terug uit de keuken met een ongeopende doos koekjes. Die plaatst ze naast de twee dozen die al op de salontafel staan. Haar man vraagt: 'Heb je de waterkoker ingeschakeld?' 'Wacht' zegt zij, 'ik zal even gaan kijken.' Ik wil zeggen dat er geen warm water meer nodig is, dat er al thee is, maar ik zwijg en trek mijn schouders op.

De vrouw komt terug met een schaal chocolaatjes. 'Straks begint het journaal.' Ik zeg dat we net het journaal bekeken hebben. Haar man zegt: 'Als je nou eens zou stoppen met dat heen en weer gedraaf. Je hebt een pracht van een documentaire gemist.' Ik kan mij geen documentaire in de herinnering brengen. 'Zo'n zebra is toch een fascinerend beest, niet?' Ik knik. 'Afrika heeft mij altijd geweldig kunnen boeien.'

Ik vraag hem wanneer hij die documentaire gezien heeft. 'Houd een oude man niet zo voor de gek, jongen', zegt hij lachend en hij slaat op mijn knie. 'Die hebben we net samen gevolgd, niet waar, Henriëtte?', vraagt hij. Henriëtte denkt na, schudt dan heftig van nee. 'Nee, hoor, Paul, dat kan niet, ik was op zolder bij de Koopmansen. Ze doen al een week met twee broden en drie liter melk en dat voor een gezin van vijf en dan die arme mijnheer Holman.'

Daar gaan we weer, denk ik en ik slurp van mijn thee. Paul strijkt door zijn baard en zegt: 'Zo'n natuur, zo'n woeste fauna en flora, schroeiend heet overdag en berenkoud 's nachts. Alleen spijtig dat alcohol er zo duur is.' 'Waar dan?', vraag ik tegen beter weten in. 'Nou, in Finland, let toch eens op, jongen, we zien toch net die documentaire.''Over die zebra's?',vraag ik. 'Maar nee, jongen, over Finland, waar zit jij met je gedachten?' Hij stopt zijn pijp en richt zich tot Henriëtte: 'Heb je de waterkoker al ingeschakeld?' 'Wacht, ik zal even kijken', reageert zij en ze loopt naar de keuken. Als de telefoon rinkelt, staat ze meteen terug in de zitkamer. 'Paul, zie je wel, daar heb je de moffen al. Doe jij open, ik ga de Koopmansen zeggen dat ze stil moeten zijn. Als ze hen vinden gaan we allemaal tegen de muur!' Paul maakt zich kwaad: 'Henriëtte, dat is de telefoon. Neem nou maar gewoon even op.'

Henriëtte lijkt weer tot zichzelf te komen. In de hoorn hoor ik haar vragen: 'Elsey? Mijn dochter? Ja, nu je het zegt. Wacht, ik geef Paul. Die is vandaag vrij helder. Alleszins meer dan ik.' Paul neemt de hoorn over. Ik hoor alleen zijn stem, maar ik kan het gesprek duidelijk volgen. Hij vertelt zijn dochter over een briljante documentaire. Over zebra's. In Finland. De dochter wil enkel vaders stem horen. Als hij de hoorn neerlegt, vraagt Henriëtte wie hij aan de lijn had. 'Hendrik. Hij laat weten dat hij morgen niet kan komen behangen. Te druk.'

Henriëtte steekt de schaal chocolaatjes onder mijn neus. 'Allemaal gekregen van de Amerikanen. Onze kleine Elisabeth moet maar een soldaat aankijken of ze bedelven haar onder de chocolade en de pakjes kauwgom. Wat wil je ook? Met zo'n engelengezichtje. Denk je dat ze al in Berlijn zijn, Paul?' 'Wie?', vraagt haar man geïrriteerd. 'De Amerikanen.' 'Hoe moet ik dat weten?', bromt Paul vanuit zijn zetel.

'Hemeltje', zegt Henriëtte opeens, 'ik ga de Koopmansen zeggen dat het gevaar geweken is. Die arme mensen zullen wel bang zijn!' Ze spurt de kamer uit. 'Heb je de waterkoker al ingeschakeld?' roept Paul haar na. Hij kijkt mij aan met een licht spottende glimlach: 'Die vergeet ook echt alles', zegt hij. 'Maar pas op, ik onthoud ook al lang niet alles meer. Een mens wordt oud, niet waar, Jean? Weet je nog toen we samen naar de bevrijding gingen kijken?'

Ik knik. Tegenspreken heeft geen zin. 'Je zat in mijn nek om de tanks te zien. Jongen, was jij toen verzot op tanks. Je wist er alles van: bepantsering, geschut, topsnelheid, gewicht, alles.' Hij maakt zijn pijp schoon. 'Zo fascinerend.', mompelt hij. 'Wat? Tanks?', vraag ik. 'Nee, jongen, wie heeft het nu over tanks? Zebra's, bedoel ik.' Ik verontschuldig mij en bevestig: 'Ja Zebra's zijn geweldig interessante dieren.' 'Maar als ik ooit naar daar trek, neem ik verdorie mijn eigen voorraad alcohol mee. Die gierige Finnen maken mij niets wijs.' 'Slim gezien', zeg ik. Ik slurp het laatste restje thee op en maak me dan uit de voeten. Als ik de deur achter me dichtklap hoor ik Henriëtte roepen: 'Gaat hij nu de straat op? En de avondklok dan?' Paul antwoordt: 'Die hebben ze al zes maand afgeschaft. Houd er toch eens je hoofd bij, Henriëtte.'

Op mijn kot kruip ik in mijn klerenkast. Ik ben doodsbang. In het donker zijn mijn ogen wijd opengesperd. Ik stel mij voor dat Cybil alles te weten komt en dat via haar iedereen de waarheid hoort, Laura, Elena, Sigrid, en dat ik een foute reputatie krijg in mijn studentenstad. Maar dat is niet het enige. Er is ook een onverklaarbare droevigheid die mij omhult als een soort vette asgrauwe mist. De wereld lijkt een donkere, uitdeinende vlek die mij wil opslokken. Mijn kin rust op mijn opgetrokken knieën. Rillingen lopen over mijn rug. Ik dek me toe met een winterjas. Het baat niet.

Na een half uur of langer geef ik mezelf een klap in mijn gezicht. Ik stommel uit de kast en val in slaap op bed. 's Morgens voel ik mij ietsje beter. Ik eet zelfs met smaak. Rond de middag bel ik mijn moeder. Om mezelf voor de rest van de dag vrij te stellen van beklemmende levensangst. Een tijdelijke verlichting. Het is chronisch.

 

feedback van andere lezers

  • Liesje
    heel beklijvend gebracht, ontroerend en pijnlijk...
    pisatelj: hey Liesje,

    merci, dit is het soort ding dat ik heel graag schrijf
  • Vansion
    prachtig en pakkend
    slot is meesterlijk

    spijtig van de expliciete titel (vind ik)
    het werkje spreekt voor zichzelf

    je schrijft meer dan goed
Er zijn bezoekers online, waarvan leden: .